images/headerlefonline.jpg
Delen van artikels

De Europese transportsector kan tegen 2040 koolstofvrij zijn, maar dan moet deze fundamentele transformatie nu van start gaan. Nieuw onderzoek, gepubliceerd door Climact en NewClimate Institute in opdracht van Greenpeace België, biedt een leidraad om deze deadline te halen die nodig is om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5°C. De analyse beschrijft hoe Europa onze mobiliteit kan aandrijven met hernieuwbare energie, schadelijke biobrandstoffen kan vermijden en de uitstoot van broeikasgassen drastisch kan inperken.

“De corona-crisis zette onze mobiliteit even op pauze: mensen gingen massaal telewerken, velen ontdekten het belang van voldoende publieke ruimte en groen in de buurt en het aantal fietsers explodeert. Onze overheden staan nu voor een belangrijke keuze. Als we terugkeren naar de mobiliteit van het verleden zullen ongelijkheden en de klimaatcrisis nog groter worden. De transportsector heeft een fundamentele transformatie nodig die nú moet beginnen en binnen dit decennium worden uitgerold”, zegt Joeri Thijs, expert Mobiliteit bij Greenpeace België.

Terwijl de uitstoot van broeikasgassen uit andere sectoren is vertraagd of gedaald, is de uitstoot van transport in de EU in een sneltempo blijven stijgen, met 28% in 2017 ten opzichte van het niveau van 1990. In ons land is de transportsector goed voor 22% van de totale uitstoot, een stijging van 8% ten opzichte van 1990.

Het nieuwe rapport toont hoe we de CO2-uitstoot van de volledige transportsector tegen 2040 op nul kunnen krijgen.[2] Technologische efficiëntie en schonere brandstoffen kunnen leiden tot 53% minder CO2-uitstoot. De overige 47% vermindering kunnen we bereiken door de vraag naar mobiliteit te doen dalen en over te schakelen op schonere en hernieuwbare vervoersmiddelen - zoals fietsen, lopen, openbaar vervoer, treinen en gedeelde voertuigen.

Enkele van de belangrijkste aanbevelingen uit het rapport:

  • Geen verkoop meer van nieuwe diesel- en benzinevoertuigen (inclusief hybrides) uiterlijk in 2028. Uitfasering van alle voertuigen met een verbrandingsmotor in heel Europa tegen 2040.
  • 27% minder lichte voertuigen (auto’s en bestelwagens) tegen 2030, 47% minder tegen 2040. De verplaatsingen met auto’s en bestelwagens dalen van 62% tot 42% (in grote stedelijke gebieden, met nog sterkere dalingen in stedelijke centra) en van 79% tot 68% in niet-stedelijke gebieden. De resterende voertuigen hebben een hogere bezettingsgraad via carpoolen (+25%) en worden vaker gebruikt via autodelen (+20%).
  • Lokale overheden en nationale overheden moeten stedelijke mobiliteit reorganiseren om voorrang te geven aan wandelen, fietsen en openbaar vervoer. Hiervoor moeten ook de nodige investeringen in de infrastructuur gebeuren.
  • Het aantal vrachtwagens op de Europese wegen verminderen van 6 tot 3,6 miljoen. Tegelijkertijd moet het gebruik van de binnenwateren en het spoorvervoer verdubbelen van 29% tot 58%.
  • Het totale aantal passagierskilometers met het vliegtuig moet met minstens 33% verminderen, door onder meer korte afstandsvluchten te verbieden.[3]
  • De Europese Commissie en EU-regeringen moeten aanzienlijk investeren in een versterkt netwerk van betaalbare en toegankelijke nieuwe dag- en nachttreinen in heel Europa.

De studie biedt ook munitie voor de federale onderhandelaars. Naar verwachting krijgen Europese lidstaten tot eind april 2021 de tijd om hun nationale ‘Covid-19 veerkracht- en herstelplannen’ bij de Europese Commissie in te dienen. Veel van de nationale maatregelen in dit nieuwe rapport kunnen in die plannen worden opgenomen.

“Een nieuwe federale regering heeft belangrijke hefbomen in handen om ook in ons land deze transformatie van onze mobiliteit drastisch te versnellen. Het Belgisch corona-herstelplan moet ambitieuze sociale en klimaatvoorwaarden verbinden aan elke overheidssteun. Geen herhaling van de quasi blanco cheque aan Brussels Airlines dus”, zegt Joeri Thijs. Ook de fiscale voordelen voor salariswagens moeten op de schop en er is dringend nood aan visie en investeringen voor het spoor. Regionale en lokale overheden moeten tegelijk voluit gaan voor verstandig ruimtelijk beleid en investeren in straten op maat van mensen in plaats van auto’s. “De Vlaamse regering kauwt al jaren op een mobiliteitsplan en wil nu een visie voor 2040 [4]. Wel, dit rapport schetst heel duidelijk welke ambities noodzakelijk zijn om onze klimaatbeloftes na te komen”, besluit Thijs.

Noten:

[1] De analyse gebruikt het jaar 2020 als benchmark, met schattingen op basis van de meest recente beschikbare gegevens. Er zijn geen post-corona data gebruikt, omdat die niet beschikbaar waren toen de modelleringen voor dit rapport gebeurden.

[2] Het volledige rapport vindt u hier. Er is ook een samenvatting en kortere mediabriefing beschikbaar.

[3] Dit is in de veronderstelling dat er voldoende E-brandstof (of synthetische vliegtuigbrandstof) op basis van hernieuwbare energie op commerciële schaal kan geproduceerd worden. Dergelijke "E-brandstoffen" zijn echter nog lang niet op grote schaal beschikbaar, wat betekent dat het aantal passagierskilometers in de luchtvaart allicht nog meer zou moeten dalen.

[4] https://www.tijd.be/politiek-economie/belgie/vlaanderen/vlaanderen-broedt-nog-maar-eens-op-mobiliteitsplan/10250786.html