images/headerlefonline.jpg
Delen van artikels

vlcsnap 2021 01 21 14h05m25s688

"Het is overduidelijk dat de kernwapenstaten schrik hebben van dit verdrag." Interview met prof. Tom Sauer

Op 22 januari 2021 treedt het Verbodsverdrag op nucleaire wapens in werking. Een mijlpaal in de geschiedenis. We gaan hierover in gesprek met Tom Sauer, professor Internationale Politiek aan de Universiteit Antwerpen. Bekijk het VIDEO-interview onderaan.

Het belang van het verdrag hebben we in de geschiedenis gezien - in een negatieve zin dan - bij de atoomaanvallen op Hiroshima en Nagasaki. We zijn nu 75 jaar later. Het Verdrag werd aangenomen in 2017 en is ondertussen door 86 landen getekend en door 51 landen geratificeerd. Wat staat er in het Verdrag?

Het nucleair Verbodsverdrag, is een verdrag - zoals de naam het zegt - dat kernwapens verbiedt. Dat gaat van de ontwikkeling tot het aanmaken, productie, stockage, testen, transfer, maar ook het gebruik en het dreigen van het gebruik. Zo worden de afschrikdoctrines verboden. Daarmee gaat het Verdrag eigenlijk verder dan het Non-proliferatieverdrag van 1968, dat ook al het bezit van kernwapens verbood voor alle landen, met uitzondering van de vijf permanente leden van de Veiligheidsraad, die toen al over kernwapens beschikten. Dit verdrag wordt uitgebreid door ook het gebruik en dreigen met gebruik te verbieden.

Het Verdrag verbiedt kernwapens, maar het is maar geratificeerd door 51 landen. Er zullen er ongetwijfeld nog bijkomen, maar de kernwapenstaten zijn er vooralsnog niet bij. Wat zal dan de impact zijn van dat Verdrag?

De bedoeling van het Verdrag is dat ook de kernwapenstaten en hun bondgenoten het Verdrag zouden ondertekenen, maar daar zijn we nog niet. Maar betekent dat dan dat het een zuiver symbolisch verdrag zou zijn? Ik denk het niet. Zo zien we dat de privésectoren, financiële sector (banken, pensioenfondsen) wel degelijk een groot verschil maken tussen wapensystemen die enerzijds illegitiem, immoreel worden bestempeld en anderzijds, illegale wapensystemen. Voor banken maakt dat een hemelsbreed verschil. In het eerste geval kunnen ze de kantjes ervan aflopen, in het tweede geval niet meer. Ze worden onder druk gezet door hun eigen klanten, aandeelhouders en werknemers om af te stappen van die wapensystemen en deze niet verder te financieren, in dit geval kernwapen-gerelateerde bedrijven. Zo hebben KBC, Deutsche Bank en het Noors pensioenfonds beslist om geen kernwapen-gerelateerde zaken meer te financieren. Er is dus nu al een impact voordat het verdrag in voege is getreden.

Niet iedereen is tevreden met de komst van het verdrag, waaronder de NAVO, het militair bondgenootschap waar 30 West-Europese en Noord- Amerikaanse landen lid van zijn. Ze beweren dat dit het bestaande nucleaire ontwapeningsregime ondermijnt, meer bepaald het Non-proliferatieverdrag. Ze zeggen ook dat er geen controlemechanismen bestaan en dat dit de zwakte is van het verdrag. En ze zeggen vooral dat het verdrag weinig zin heeft omdat de kernwapenstaten er geen lid van zijn.

Op dit nieuwe verdrag wordt er nogal met scherp geschoten. Ze komen niet tot de kern van de zaak, maar hebben het over andere zaken die minder belangrijk zijn en eigenlijk onterecht zijn. Het zijn onwaarheden die worden verteld door de tegenstanders, inclusief door Buitenlandse Zaken. Bijvoorbeeld door te zeggen dat dit nieuwe verdrag niet complementair zou zijn met het Non-proliferatieverdrag. Dat is gewoon onjuist. In het verdrag staat er een duidelijke positieve verwijzing naar het Non-proliferatieverdrag. Een ander voorbeeld zijn die verificaties of ‘safeguards’. ‘Safeguards’ zijn ook gestipuleerd in het verdrag. Ze zijn even sterk - zelfs sterker - verwoord in dit nieuwe verdrag dan in het Non-proliferatieverdrag wat de controle op niet-kernwapenstaten betreft. Wat de controle betreft op ontwapening, ook dat principe is gestipuleerd in het verdrag. Alleen moeten de details verder worden uitgewerkt samen met de kernwapenstaten.

"Het is overduidelijk dat de kernwapenstaten en hun bondgenoten nerveus worden en dat ze schrik hebben van dit verdrag."


Nogmaals dit gaat niet in op de kern van de zaak. Ik heb de indruk dat de tegenstanders rond de pot draaien om het niet te hebben over de kern van de zaak, namelijk het verbod op kernwapens. Daarnaast is het zo dat men nu nog niet kan voorspellen wat de impact zal zijn. Enerzijds zeggen ze dat het verdrag niet belangrijk is. Dat het geen impact zal hebben. Anderzijds doen ze er alles aan om de bondgenoten ervan te overtuigen niet deel te nemen aan de multilaterale onderhandelingen. Daarnaast zetten ze ook druk op staten die het verdrag al hebben geratificeerd. Dat is tegenstrijdig. Het is het één of het ander. Het is overduidelijk dat de kernwapenstaten en hun bondgenoten nerveus worden en dat ze schrik hebben van dit verdrag.

De druk is enorm vanuit de NAVO: de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk, de drie kernwapenstaten binnen de NAVO. Maar we zien nu toch al kleine barstjes in het NAVO-pantser. We zien dat Nederland onder druk van het parlement - en het parlement onder druk van de vredesbeweging - wel degelijk zich heeft onthouden bij een resolutie hieromtrent. Ze zijn ook effectief gegaan naar de multilaterale onderhandelingen, hetzij als enige NAVO-lidstaat. Hiermee gingen ze in tegen de druk van Amerika. We hebben het ook gezien in ons land, de Vivaldi-coalitie schreef een positieve referentie over dit nieuwe verbodsverdrag in het regeerakkoord van 30 september 2020, onder druk van de groenen en de socialisten.

We hebben recent gezien dat het bilateraal-akkoord INF voor middellange en kortafstandswapens is opgezegd. Je ziet ook in recente cijfers dat er opnieuw zwaar wordt geïnvesteerd in kernwapenarsenalen. De Doomsday Clock, van de Bulletin of Atomic Scientists, staat op 100 seconden voor 12, wat symbool staat voor hoe dicht we staan bij een catastrofe. Kunnen we nog optimistisch zijn dat het op korte, middellange termijn tot kernontwapening komt?

Je hebt twee tegengestelde tendensen vandaag de dag. Enerzijds worden heel veel wapenbeheersingsakkoorden opgezegd. Dat is begonnen met Bush in de tijd met het ABM-verdrag, het raketschild. Maar dan vooral onder Trump werd het INF-verdrag, JCPOA (de Iran-deal) en de Open-Skies Treaty unilateraal opgezegd. Het enige bilateraal verdrag dat nog resteert is New Start, dat voor 5 februari van dit jaar verlengd zou moeten worden. Als dat niet gebeurt, rest er geen enkel bilateraal verdrag. Daarvoor moet je teruggaan naar 1970. Dan zijn Amerika en Rusland vrij om gelijk welk systeem aan te maken zonder enige bilaterale controle. Daarnaast worden de huidige wapenarsenalen in al die kernwapenstaten gemoderniseerd aan een rato van 70 miljard dollar per jaar. Dit is eigenlijk een aanfluiting van artikel 6 in het Non-proliferatieverdrag.

Dat betekent dat het er echt niet goed uitziet. Ook niet voor het Non-proliferatieverdrag, waarvan de herzieningsconferentie zit aan te komen in augustus van dit jaar. Het enige lichtpuntje - en dat is dan de positieve tendens - is dat nieuwe nucleaire Verbodsverdrag. Dus laat ons hopen dat dit nieuwe Verbodsverdrag veel energie opwekt bij middenveldorganisaties en vredesorganisaties. Ik zie dat nu al gebeuren in ons land. Zo zal de druk van onderuit toenemen op de politieke partijen en regeringen om het beleid aan te passen. Niet-kernwapenstaten hebben hun best gedaan. Het is nu aan de geallieerden.

In het kader van de NAVO doet België ook mee aan de nucleaire taakverdeling. Wat is de situatie in België op dit ogenblik? Er wordt heel geheimzinnig gedaan over kernbommen in Kleine Brogel. Men weet zelfs niet het exacte aantal. Wat is onze rol in het kader van die nucleaire taakverdeling?

Onze regering zit met een gigantisch spanningsveld. Enerzijds zijn ze voor mensenrechten, tegen genocide, tegen ecocide, voor het internationaal recht, voor multilateralisme en voor de Verenigde Naties. Wat er allemaal op lijkt dat we zouden moeten gaan naar nucleaire ontwapening. En eens te meer als we kijken naar wat onze bevolking erover denkt. Daarnaast - en dat creëert dat spanningsveld - zijn wij ook lid van de NAVO, een nucleaire alliantie. Onze regering heeft tot op de dag van vandaag altijd gekozen voor dat tweede, de NAVO, en dat eerste verwaarloosd. Op een zeker moment gaat die rek barsten. Dat is overduidelijk.

"Ik denk dat het hoog tijd is dat onze regering kiest voor het internationaal humanitair recht, het Non-proliferatieverdrag en de verplichtingen die daaruit voortvloeien en voor het nieuwe Verbodsverdrag."


Ik denk dat het hoog tijd is dat onze regering kiest voor het internationaal humanitair recht, het Non-proliferatieverdrag en de verplichtingen die daaruit voortvloeien en voor het nieuwe Verbodsverdrag. Dus niet voor die B-61 atoombommen die, daterend uit de Koude Oorlog, nog steeds op ons grondgebied liggen, met name in Kleine Brogel. De regering wil dat nog altijd niet toegeven.

Die kernbommen in Kleine Brogel zouden vernieuwd worden. Dat is toch voor lange termijn?

Er zijn verschillende kansen om de kernbommen terug naar afzender te sturen. Volgend jaar worden ze terug naar Amerika gevlogen om dan nieuwe bommen, die nog accurater zijn, te gaan halen. Enkele jaren later komen de nieuwe gevechtsvliegtuigen. Opnieuw is het mogelijk om daar een rode lijn onder te trekken en ze terug naar afzender te sturen. Het nieuw verdrag verbiedt ook om kernwapens op andermans grondgebied te stationeren.

Wat kunnen we doen, als land binnen de NAVO, om van die kernwapens en kernwapenpolitiek af te geraken?

De bal ligt nu echt in het kamp van de bondgenoten. De niet-kernwapenstaten hebben hun best gedaan. Het is nu echt aan de geallieerden om een statement te maken en om hun toon en houding ten aanzien van het verdrag aan te passen in positieve zin. Bijvoorbeeld door een ‘Group of Friends’ van dat nieuwe verdrag op te richten binnen de NAVO en tenminste aanwezig te zijn als waarnemer op die eerste vergadering van het nieuwe verdrag. Dat zou een positief signaal zijn naar de rest van de wereld, naar de niet-kernwapenstaten.

 

Bron: https://vrede.be/nieuws/het-overduidelijk-dat-de-kernwapenstaten-schrik-hebben-van-dit-verdrag-interview-met-prof-tom