Na het overhandigen van het zwartboek “Huishoudhulpen aan het woord” aan federaal minister Dermagne op 4 maart, was het vandaag/11 maart de beurt aan Vlaams minister Crevits. Met dit zwartboek willen de huishoudhulpen de moeilijke loon- en arbeidsomstandigheden tijdens de coronacrisis aan het licht brengen. Want deze crisis verergerde de bestaande problemen van deze werknemers alleen maar, waardoor ze zich nu in een nog kwetsbaardere positie bevinden.

Minister Crevits ontving vandaag een delegatie van huishoudhulpen. Zij overhandigden de minister hun zwartboek, waarin honderden getuigenissen van werknemers uit de sector te lezen zijn. De onaanvaardbare omstandigheden waarin ze tijdens de twee coronagolven werk(t)en, de stress en het loonverlies komen er in aan bod.

Deze ontmoeting was een uitgelezen moment voor de huishoudhulpen om een face-to-facegesprek te hebben met de minister en hun bezorgheden mee te delen. De impact van de coronacrisis op hun sector is groot: de werknemers zijn enerzijds afhankelijk van de goodwill van hun klanten die vaak onvoldoende oog hebben voor de veiligheid van de huishoudhulpen en anderzijds hun werkgevers die ondanks 100 miljoen euro aan subsidies hen vaak niet het nodige beschermingsmateriaal (gel, maskers, handschoenen,…) bezorgen. Terwijl de huishoudhulpen zich hierdoor onveilig voelen, zijn ze vaak verplicht te kiezen tussen gaan werken en voldoende verdienen om de facturen te kunnen betalen, of geen risico’s te nemen voor hun gezondheid en die van hun naasten, maar met loonverlies tot gevolg.

De huishoudhulpen vroegen aan de minister om duidelijke en strikte regels. Niet alleen tijdens de coronacrisis, maar ook erna. Al te vaak worden afspraken in de sector niet nageleefd door klanten en werkgevers. Daarom is het volgens federaal secretaris Issam Benali ook nodig dat de inspectie meer bevoegdheden krijgt om enerzijds bij de klanten, en anderzijds bij de bedrijven proactiever te controleren. Ten slotte pleitten de huishoudhulpen om werk te maken van betere loonvoorwaarden. Vele huishoudhulpen slagen er niet in om rond te komen, laat staan om te sparen. Door de massale tijdelijke werkloosheid tijdens de crisis verloren ze tot €1.000 loon en eindejaarspremie, een ramp voor vele vaak alleenstaande vrouwen zonder spaargeld.

Hun getuigenissen hadden een duidelijke impact op de minister. Ze was onder de indruk van de verhalen uit eerste hand en ging de aangehaalde suggesties van de huishoudhulpen proberen meenemen in haar beleid. ABVV Dienstencheques hoopt dat lessen getrokken worden uit de coronacrisis. Het beleid ten aanzien van de sector moet veel strenger worden, regels moeten toegepast worden en niet de bedrijven maar het welzijn van de huishoudhulpen moet weer op de eerste plaats komen. Als hun beroep essentieel was tijdens de coronacrisis, dan moeten de huishoudhulpen ook als essentiële werknemers behandeld worden na de crisis. Dat vereist een deftig loon en werkbaar werk.