Koopkrachtplakkaat

EnergieplakkaatC

173646265 10222054268599783 1356797931624160070 n

Delen van artikels

https://www.tijd.be/tech-media/technologie/Belgie-mist-boot-van-supersnel-mobiel-internet/10236395

Zoektocht naar en met de oorspronkelijke volkeren

image021

1973: ‘Wounded Knee’. Leden van de strijdbare ‘American Indian Movement’ (AIM) bezetten symbolisch het plaatsje waar “op 29 december 1890 een slachting plaats vond onder Indianen van de Lakota. Meer dan 150 indianen kwamen om. Wounded Knee werd onder de Noord-Amerikaanse indianen een symbool voor de eerloosheid van de blanken.” Zo stelt Wikipedia.

De leden van AIM riepen in 1973 een vrijstaat uit. Na 71 dagen werd de bezetting door de autoriteiten gebroken. Nog maar eens met geweld. “Vijftien Indianen werden veroordeeld” lees je ook bij Wikipedia.

Voor de ‘Indianen’ was ‘Wounded Knee’ een soort ‘George Floyd’-gebeuren. Plots bestonden ze weer voor de media en dus voor de rest van het land. Wereldwijd zongen hippies en andere ‘stadsindianen’ het ‘Redbone’-lied “We were all wounded at Wounded Knee”. In België en Nederland een nummer 1 hit .

“Het is misschien een beetje romantisch, maar heel veel jongens idealiseren als jonge gast de inheemse volkeren, de zogenaamde ‘indianen’. Dat was bij mij heel sterk en het is altijd zo gebleven, vooral als inspiratiebron.”

Zo opent Luc Vankrunkelsven het interview met hem in het nieuwe boek ‘Voeten in Braziliaanse Aarde’ dat zopas verscheen bij ‘Dabar Luyten’.

Maar waar de meeste jonge westerse ‘gasten’ wellicht de over weidse prairies galloperende Noord-Amerikaanse ‘indianen’ idealiseerden, voelde Luc (° 1956, Diest), die Wounded Knee ook vermeldt (p. 66-67), zich meer aangetrokken door de inheemse bewoners van Zuid-Amerika.

image022image023

Had Luc, zelf zoon van een dierenarts, dan geen schrik van al de tropische ziektes ? “Geen schrik, nee”, antwoordde hij toen we over zijn nieuwste boek mailden. Een boek met hem als auteur maar tegelijk ook opgedragen aan hem.

Hans Luyten, die al een eeuwigheid en zeven dagen Lucs boeken uitgeeft, stelt in zijn ‘Verantwoording’ vooraan in het boek dat er dit jaar 2020 voor de Brabantse norbertijn Luc Vankrunkelsven “enkele boeiende zaken bij elkaar komen. Voorjaar 1990 nam hij, met enkele tochtgenoten, het initiatief tot oprichting van ‘Wervel’ - de ‘Werkgroep voor Rechtvaardige en Verantwoorde Landbouw’, gevestigd in Brussel, waar hij ook woont. In het jaar 2000 besloot hij om na vele actieve jaren - naast ‘Wervel’ onder meer binnen het bezinningscentrum van de Abdij van Averbode - een sabbat te nemen. Tijdens die sabbat wilde hij zijn droom, van jongsaf, waar maken: een ontmoeting aangaan met de inheemse volkeren van Brazilië. Na het eerste bezoek aan dat land, in het voorjaar 2000 gedurende zes maanden, ontstond er een reeks van ontmoetingen en activiteiten in Brazilië die resulteerden in een aantal boeken. Waarin hij zijn ervaringen met dit enorme land wil delen.”

Het nieuwe boek, dat een lang gesprek met Luc bevat plus een rijke selectie artikels uit zijn boeken, heeft volgens initiatiefnemer Hans Luyten de intentie ons kennis te laten maken met de inzet en betrokkenheid van Luc en om ons te laten “achterhalen wat hem beweegt, hoe hij zich probeert in te zetten voor de inheemse volkeren en een poging om een verbinding te leggen tussen Brazilië en België.”

‘Geef ons ons dagelijks sojavlees’ …

Brazilië heeft soja (+ virussen) en Bolsonaro. ‘Vlaanderen’ varkens (+ virussen) en Jan Jambon. In al hun arrogantie lijken de twee ‘leiders’ over de Atlantische Oceaan heen, soms wel elkaars spiegelbeelden. En dat wij te veel varkens en Hesp hebben, komt dan weer door de grenzeloze import van Braziliaanse soja.

Soja, daarover gaat in het ‘Voeten-boek’ het inleidend stukje ‘Vanuit een sojaverhaal’ van de hand van een Belgische in Brazilië: Agnes Vercauteren. Toen ze Luc leerden kennen, zagen ze beiden snel dat er “raakvlakken waren tussen de activiteiten en thema’s” van Wervel “in België en de acties van de kleine familiale boeren van Fetraf-Sul”, de organisatie waarvoor Vercauteren werkte. “Een belangrijk thema was het oprukken van de GMO-soja die vanuit Argentinië via Zuid-Brazilië verder naar het noorden tot in Bolivia zich in snel tempo uitbreidde. Luc was een belangrijke spreker over dit onderwerp tijdens conferenties omdat hij de geschiedenis van het sojaverhaal kon brengen en duidelijk kon maken welke belangen er wereldwijd speelden.”

Door de stijgende wereldwijde vraag naar soja moesten en moeten nu nog, ook steeds meer gebieden in de Amazone en de Cerrado er aan ‘geloven’. “Uitgestrekte en kwetsbare natuurgebieden en traditionele systemen van leven en voedselproductie worden overwalst door grote buldozers en bosbranden. Dat gaat Luc nauw aan het hart. Lokale groepen die hier tegen in verzet komen, zijn wat blij met de aanwezigheid van Luc omdat die hun situatie kan tonen en hun stem kan laten horen in de landen die door hun productie- en consumptiepatroon uiteindelijk verantwoordelijk zijn voor de kaalkap en de verwoesting van de natuur en de lokale gemeenschappen.”

Er kwamen heel wat uitwisselingen tot stand en Vercauteren noteert daarbij dat “Luc de gave heeft om het allemaal op te schrijven in zijn kronieken die wij met vaste regelmaat tijdens zijn reizen in Brazilië mochten ontvangen en die later verzameld zijn in nu al 9 boeken die gretig gelezen worden, zowel in Europa als Brazilië.” (….) “Zo toont hij hoe de belangen van de Braziliaanse kleine boeren en traditionele volkeren nauw verbonden zijn met de dynamiek in Europa en hoe de problemen wereldwijd moeten worden aangepakt. Hoeveel duizenden kilometers zullen Luc en anderen nog moeten afleggen om tot een meer duurzame voedselproductie en een leefbare aarde te komen ?” vroeg Vercauteren zich af.

Tja, hoe houdt Luc het vol ? De vraag die dan rijst. Denk terug aan al de boeken van hem die in De Groene Belg al besproken werden en bekijk dan de actualiteit van Brazilië. Je zou voor minder “de pijp aan Maarten geven.” Wat kan hem blijven aansporen ?

Lichtende voorbeelden

“Dom Hélder Câmara – Een rode draad in mijn leven” staat er boven het gesprek dat Hans Luyten en Gert Coppens met Luc voerden. Wie van al wie jong was in de jaren zestig en zeventig, kent de aartsbisschop van Recife niet ? Het boegbeeld voor ieder die het goed met de mensen meende, ook aan deze kant van de Grote Plas.

Nog tot 2000 zou het duren voor Luc in Brazilië geraakte. Wat hij tot die tijd allemaal deed: daarvoor verwijs ik graag naar het boek waarin nog heel wat namen opduiken van mensen die hem inspireerden: Frei Betto, Leonardo Boff, Marcelo Barros, José Comblin. “Boegbeelden van de bevrijdingstheologie”.

Ook over zijn toch wel kritische verhouding tot het instituut van de Katholieke (machts-)Kerk getuigt Luc en van de wijze waarop hij Wervel, dat hij met enkele gelijkgestemden oprichtte na een weekend met Herman Verbeek, als ‘Werkgroep voor een rechtvaardige en verantwoorde landbouw’, niet iets specifiek katholieks wilde maken. “Het was nooit de bedoeling om een katholiek Wervel op te richten.” Wervel gaat overigens sinds 2018 door het leven als ‘Beweging voor een gezonde landbouw’.

In 2000 ging dus ‘de droom Brazilië’ voor Luc in vervulling, maar in het begin was het behelpen ginder. Met nauwelijks contacten in het reusachtige land, werd hij gelukkig geholpen door de gehuwde priester en historicus Eduardo Hoornaert. Bij de norbertijnen in Salvador da Bahia kon hij “met vallen en opstaan Portugees leren.”

Inheemse Brazilianen, familiale boeren én de Cerrado

Daar kwam hij ook “veel in contact met landloze boeren. Het sabbatjaar was daarom niet alleen een vervulling van mijn eerste liefde, de inheemse volkeren, maar de boeren kwamen er ook bij. Dat werd de verbinding met het werk van en voor Wervel. (…) Dat het echt voor Wervel een zaak werd, kwam vooral door Tortelli, vanaf 2001 algemeen coördinator van een vernieuwend syndicaat Fetraf-Sul/CUT van kleine familiale boeren.”

Vanaf 2003 tot 2008 ging Luc ook halftijds in Brazilië wonen. Het waren jaren dat hij los kwam van Wervel maar sinds hij weer heel de tijd in België woont, werd hij ook weer “in het Wervelwerk gezogen.” Vanaf 2008 kwamen er de jaarlijkse “tournees door Brazilië.” Met sinds 2009 meer aandacht voor de Cerrado. Luc: “In 2009 werd mij door enkele sociale bewegingen in Goiás gevraagd om de Cerrado voor Europa zichtbaar te maken, omdat dat ecosysteem van twee miljoen km2 hier nauwelijks bekend is. Dat werd bijzonder aangemoedigd door Dom Tomás Balduino. Hij was oud-bisschop van Goiás Velho en nadien voorzitter van CPT-Nationaal, die op bijeenkomsten zei: ‘We moeten onze strijd voor de Cerrado internationaliseren; anders gaan we het nooit halen’. Die rol heb ik toen opgepakt en binnen Wervel zijn we daaraan beginnen te werken.”

Verderop in het interview getuigt Luc van zijn contacten naar aanleiding van het herdenken van de aankomst (“het binnen vallen”) van de Portugezen vijfhonderd jaar geleden in Brazilië, met vertegenwoordigers van inheemse volkeren.

In een ‘geglobaliseerde wereld’ zijn zij de pineut van de beslissingen van instellingen zoals IMF, Wereldbank en WTO. Van de opmars van de ‘industriële landbouw’ waarbij de Landbouwuniversiteit van het Nederlandse Wageningen wereldwijd een funeste rol speelt. “Ook in Brazilië is Wageningen de referentie voor landbouw, maar de wijze waarop spreekt ons weinig aan” stelt Luc.

Wie hem ook inspireerde was de Braziliaan Marcelo Barros, auteur van boeken zoals ‘Hemel en Aarde huwen’ en vooral het beklijvende ‘De spiritualiteit van Water’.

En dan waren er nog de Belgische ambassadeurs in Brazilië. “Eerst Jozef Smets. Zit nu in Angola als ambassadeur. Nu Patrick Hermann”, zo mailde Luc op maandag. Bij hen was hij hartelijk welkom en de ambassade leerde hem ook nieuwe “mensen kennen die van belang zijn voor ons werk. Telkens nodigt de ambassade dan andere ambassadeurs, universiteiten, activisten van sociale bewegingen, etc. uit.”

Met al die beetje bij beetje aangegane contacten werd een netwerk geweven dat de zoon van een veearts uit het Brabantse Diest toeliet om in zowel in Brazilië als Europa een stem te worden voor al de familiale landbouwers die vechten om te overleven in een tijdsgewricht waarin ze alles tegen zich hebben. Van India over Burkina Faso langs België of Frankrijk en tot Brazilië: overal voert de familiale landbouw een overlevingsstrijd en overal moeten er mensen die met hun voedsel de samenleving in leven houden, van miserie zelfmoord plegen.

Verbindingen leggen, verzet versterken

“Als ik terug kijk op mijn ervaringen na twintig jaar Brazilië moet ik vaststellen dat het er niet beter op wordt” concludeert Luc Vankrunkelsven zijn gesprek met Hans Luyten en Gert Coppens. “Je zou kunnen zeggen dat er op dit moment een enorme terugval is, met misschien als voordeel dat sociale bewegingen die nogal in slaap waren gesukkeld, wakker worden en zich opnieuw beginnen te organiseren. In mijn boeken heb ik beschreven wie de macht heeft in het parlement. De drie B’s: de Biblia, de Bala en de Boi. Biblia, dat staat voor de conservatieve Pinksterkerken die veel vertegenwoordigers in het parlement hebben, Bala, de wapenindustrie en Boi, het rund, symbool voor de agrobusiness.

Ik kan er enorm van afzien als ik zie hoe alles in Brazilië achteruit gaat. Het is een heel rijk land, maar het is afzien hoe daar de natuur kapot wordt gemaakt en de armen nog meer worden gemarginaliseerd. Jaar na jaar neemt dat toe en mijn overleven is daarover schrijven.” (…)

“Het is een wereldwijd probleem, dat ik steeds opnieuw ter sprake probeer te brengen. De mensen, niet alleen in België maar evengoed in andere Europese landen, weten amper wat er in veevoer zit. En de Brazilianen zien alleen maar sojavelden, zonder te weten waarvoor ze dienen. Die verbinding heb ik een beetje proberen te leggen.” (…)

“Moeilijk, om te zeggen wat ik daar heb gedaan en wat voor nut het had. (…) Ik denk, ik hoop dat mijn werk voor degenen in Brazilië die zich voor het land inzetten, een versterking is. Dingen die zij niet meer kunnen zeggen, kan ik als buitenlander te berde brengen, op de universiteiten bijvoorbeeld, op TV, radio, bij congressen. Zij gebruiken de buitenlander, de gringo, om het eigen verhaal sterker te maken en daarvoor laat ik me dan ook graag gebruiken.”

Luc besloot: “Ja, Brazilië is een deel van mijn identiteit geworden, zoals norbertijn-zijn mijn identiteit is. De inheemse volkeren hebben mij veel geleerd, het contact met hen blijft mijn betrachting. Als iemand voor hen opkomt, raakt me dat heel sterk. Ik voel in mij ook een heel stuk woede, waarover ik wil schrijven. Hoe wij dat land blijven koloniseren, kapot maken. Die branden bijvoorbeeld, in het Amazonegebied en de Cerrado, daar hebben wij als Europeanen net zoveel mee te maken. Dat moet ik doorgeven. Als ik ontdek dat Nederlandse, Duitse en Zweedse pensioenfondsen illegaal grond opkopen in de Cerrado, er de mensen laten vergiftigen en wegjagen, dan kan ik niet anders dan daarover schrijven. Dat heeft mij ook soms in conflict gebracht met Wervel, want daar willen wij toch vooral een positieve boodschap brengen. Maar als er in Brazilië onrecht is, en dat is er veel, blijft het mij toch appelleren om dat aan te kaarten.”

Tegen de versnellingswaanzin: grenzeloos Geduld

Na het gesprek met Luc Vankrunkelsven brengt het 118 pagina’s tellende ‘Voeten in Braziliaanse Aarde’ vervolgens een 14-tal bijdragen uit eerdere boeken van Luc Vankrunkelsven alsook nog twee getuigenissen. De Braziliaanse professor Eli Lino de Jesus eindigt het boek met te schrijven “veel respect en erkenning te hebben voor het werk van Luc en Wervel”. Eduardo Hoornaert die Luc in Brazilië wegwijs hielp maken, juicht de inspanningen van Luc toe om meer te doen dan aan te klagen, om banden aan te knopen en om te blijven strijden tegen “de ideologie van acceleratie”, van versnelling. Toeval: terwijl ik dit intijp, stuurt een vriend een bericht uit kapitalistenkrantje ‘De Tijd’ dat jammert dat België de boot mist van het ‘supersnel mobiel internet’.

https://www.tijd.be/tech-media/technologie/Belgie-mist-boot-van-supersnel-mobiel-internet/10236395

Goed zo. Want zoals Hoornaert stelt, is het werk aan de basis van de maatschappij voor een betere samenleving, iets dat “grenzeloos geduld vergt”.

De T van ‘Terra’ en van ‘Territorio’

Door het boek bladerend en de gekleurde en aangekruiste stukken overlopend, passeren thema’s zoals: het zoeken naar zingeving, identiteit en spiritualiteit, het terug aangaan van onze banden met de natuur (Luc merkt terzijde op dat ‘de Verlichting’ ook wel een ‘Verduistering’ was, door onze loskoppeling van de natuur), het verschil tussen optimisme en hoop, het belang van ‘territoria’ ook.

Daarover - we zijn op de pagina’s 70 en 71 - toch even wat citeren.

Het begint met de opmerking van Luc dat de T van het Portugese Terra (‘aarde’) ook de T is van ‘Territorio’ (territorium).

“De traditionele inheemse gemeenschappen (inheemse volkeren, maar ook de mensen van de quilombolas” (nvdr: gemeenschappen van gevluchte Afrikaanse slaven), “de artisanale vissers, de rivierbewoners) denken niet in afgebakende gronden. Ze denken, voelen en leven meer in territoria. Het idee dat grond kan gekocht en verkocht worden, heeft geen plaats in hun wereldbeeld van een territorium. Het is een ecosysteem, een ruimte waar een veelvormigheid aan leven is en waar de mens, zijn cultuur en zijn gemeenschappen een onderdeel van zijn.” (…) “Vele territoria van inheemse volkeren, quilombolas, rivierbewoners hebben geen juridische bescherming. Nochtans zijn ze essentieel om de identiteit van een volk te behouden.”

Dat schrijft Luc Vankrunkelsven over Brazilië. Betrekken we dit eens op een land zoals België waar veel mensen nu wonen in ‘grondloze’ appartementen. Net zoals voor varkens heb je hier een soort grondloze ‘mensenhouderij’ (om met Sloterdijk te spreken). Maar welke identiteit én welke band met hun ‘eigen’ natuur, kunnen mensen nog hebben in zo’n ‘grondloos bestaan’ ? (Tenzij in kleine stadjes zoals het mooie Diest, waar de natuur de stad nog omringt.) Een grondloos bestaan dat er om draait dubbel uitgebuit te worden: als werkkracht en als consument.

En wat moet je met de migratiegolven als je beseft hoe belangrijk het hebben van en het kunnen leven in symbiose met het territorium van je eigen volk wel is ? We klagen terecht de kolonisatie van het zuiden door het noorden aan, maar wat met de huidige trek van het zuiden naar het noorden ? Onschuldig ? Ze brengt wel nog meer heen en weer gereis over de planeet mee, daar waar ‘het groene verhaal’ één lang pleidooi is voor glokaliteit: denk globaal (doe om te beginnen, Kant indachtig, een ander niet aan wat je zelf niet wil), handel lokaal. En dus werken we met ‘Korte Ketens’ en is er sinds kort – zo informeert het ‘Wervelnieuws’ van juni - het nieuwe webplatform ‘Local Food Works’ van de ‘Voedselteams’: https://www.voedselteams.be/nieuws/link-nieuwe-webwinkel-local-food-works

De V van Varkens en … virussen

“Landbouw en voedsel horen lokaal te zijn” schrijft Luc op pagina 98. Ook om gezondheidsredenen. Lokaal levert de natuur ons net die voeding die bij de lokale seizoenen past. Noten hoef je bv. niet tijdens de warme zomer, wel tijdens de koude winter. Fruit is dan weer wel voor de zomer. Enz.

Ons terug lokaal voeden wordt ook noodzakelijk in de strijd tegen de klimaatchaos én de wereld rondreizende virussen. Op de laatste dag van juni 2020 berichtte De Volkskrant: “De ene pandemie is nog niet weg of de volgende rammelt alweer aan de poort. In China blijken diverse varkensboeren en medewerkers van slachthuizen de afgelopen jaren besmet te zijn geraakt met een nieuwe, mogelijk gevaarlijke griepvariant.” Aan het eind van het artikel kwam een ‘deskundige’ aan het woord die denkt dat “de beste strategie is om het virus bij de bron aan te pakken en het weg te krijgen uit de Chinese varkenspopulaties, door de varkens massaal in te enten of besmette dieren in quarantaine te brengen of te slachten.”

Zouden we niet beter stoppen met massaal varkens als vleesobjecten te ‘fabriceren’ ? Wordt dit niet “één van de grote uitdagingen voor de 21ste eeuw: ‘Hoe gaan we ons verhouden tot eiwitten ? Gaan we ons vooral voeden via het nutsdier of gaan we meer rechtstreekse plantaardige eiwitten tot ons nemen ?”

Aldus Luc Vankrunkelsven aan het eind van zijn jongste tekst in het boek ‘Voeten in Braziliaanse aarde’.

Een tekst uit “Een wereld van verdoken slavernij / Impressies onderweg”, het najaar 2020 verschijnende volgende boek van Luc. Tot over enkele maanden voor een recensie daar dan weer over.

Jan-Pieter Everaerts

’Voeten in Braziliaanse Aarde’, 13,5×21 cm – 118 pagina’s – € 12,50; Uitgeverij Dabar-Luyten, Nederland; Verdeeld door EPO, Vlaanderen; Rechtstreeks te bestellen via Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..

Ook nog meegeven dat er n.a.v. het nieuwe boek bij Wervel een panelgesprek te bekijken is - een ‘webinar’ heet dat nu – met Luc Vankrunkelsven, Livia Corpas (vrijwilliger Cerradoteam Wervel), Anneleen Vos (vrijwilliger Cerradoteam Wervel), Eduardo Hoornaert (historicus, priester) en Gie Goris (hoofdredacteur Mo*): https://wervel.be/mondiaal-dossiers/webinar-voeten-in-braziliaanse-aarde/?fbclid=IwAR1GFea2MU-QbsWaOxYYCgTmsPV2RGzd74Qw513qDlMrbwT9Sb3W25wEzwg

Deze boekbespreking verscheen eerst in het ezine De Groene Belg.