images/headerlefonline.jpg
Delen van artikels

Ik was nu echt zinnens even te wachten met de zoveelste waarschuwing voor de grootste ramp die onze mensheid bedreigt maar door sommigen opnieuw afgewimpeld wordt omdat ze nog gekluisterd zitten aan het oude gedateerde internationale politieke spel tussen de grootmachten op zoek naar de wereldmacht. Een spelletje dat al duizenden jaren bewezen heeft geen oplossing te bieden, maar altijd meer doden en ellende te veroorzaken.

Of erger nog, afgewezen door sommigen die meer voordelen zien in oorlogs-voorbereiding dan in het zoeken naar stabiele vrede.

"Morgen om half drie kan er een kernwapen afgaan"

In het International tijdschrift NewScientist van april 2014 onder de titel "Morgen om half drie kan er een kernwapen afgaan" bevestigt Eric Schlosser nu ook dat het vroeg of laat, met de berg kernwapens die we nog liggen hebben, tot een ongeluk komt van apocalyptische omvang. We hebben tot nu toe al veel geluk gehad. Er hoeft maar iets mis te gaan met een kernwapen, het kost algauw 300.000 levens.

Schlosser deed zes jaar onderzoek naar ongelukken en incidenten in het Amerikaanse nucleaire arsenaal.

Hij schreef er een boek over met als titel ‘Command and Control:

Nuclear Weapons,the Damascus Accident and the Illusion of Safety’ waarin hij het heeft over de vele positieve, soms draconische voorzorgsmaatregelen die getroffen worden, maar geen veiligheid kunnen garanderen omdat je bij het omgaan met kernwapens een veiligheids-percentage van 100 % moet kunnen garanderen.

De gevaarlijkste momenten bij het manipuleren van kernwapens zijn ongetwijfeld de verplaatsingen van kernkoppen, speciaal het overladen in en uit vliegtuigen of andere transportmiddelen.

Vooral de grote dichtheid in Europa van de verschillende, geheim gehouden kernwapennetten maken de totaalsituatie onoverzichtelijk. De accidentele explosie van één van de thermonucleaire NAVO-bommen, opgeslagen in België, Nederland, Duitsland, of Turkije, of van een van de honderden kernwapens in Frankrijk, Groot-Brittannië en Rusland kan door de enorme explosies en branden die erop volgen een kettingreactie veroorzaken met onvoorspelbare gevolgen.

De vele verschillende types van raketten die enkel door hun eigen technische diensten getest en voor gebruik beoordeeld worden vergroten de kans op vergissingen waardoor vroeg of laat ongevallen worden veroorzaakt. De zeer recente ramp waarbij boven Oekraïne een passagiersvliegtuig met 298 personen aan bood neergeschoten werd met gebruik van zeer gesofistikeerd luchtdoelgeschut gebeurde waarschijnlijk bij vergissing.

In zijn boek beschrijft de auteur uitgebreid het 'Damascus incident', het ongeluk met een Amerikaanse Titan II, een raket die gebruik maakt van hypergole

een uiterst giftige en explosieve brandstof, een reden waarom de Amerikanen er geen gebruik meer van maken, terwijl de nieuwste Russische ICBM ook op hypergole brandstof blijft werken.

Het besluit van Schlosser is dat kernwapens een veiligheidspercentage van 100% moeten hebben, maar dat het volgens de ongevallentheorie inherent onmogelijk is de werking van een degelijk complex technologisch systeem geheel te bevatten en dat er altijd fouten of bijna-fouten mogelijk zijn.

Schlosser geeft nog meerdere voorbeelden, zoals het feit dat in 2010 lanceerploegen bijna een uur lang de controle over 50 kernraketten verloren door een verkeerd geïnstalleerde chip. Tevens het neerstorten van een B52 bommenwerper met 4 waterstofbommen aan boord, doordat een van de bemanningsleden vier rubberen kussentjes had meegebracht omdat het een lange vlucht zou worden. De kussentjes legde hij per ongeluk tegen een verwarmingsrooster, waardoor ze in brand vlogen. Bluspogingen faalden en het vliegtuig stortte neer, gelukkig zonder dat een van de bommen afging.

Een toenemende zorg wordt het gevaar voor hacken van het American Nucleair Command and Control System, iets wat men minder vreest vanuit landen als China of Rusland, maar van binnenuit, van iemand als Edward Snowdon.

Intussen komen uit andere betrouwbare bronnen berichten van gevaren waar niemand aan gedacht had, zoals het inslaan van een geïsoleerde bliksem bij de controle of tijdens het verplaatsen van een kernwapen. Dit zou een ramp betekenen omdat hierbij in elk geval de getroffen kernbom en eventueel naburige kernwapens zouden exploderen.

Onbegrijpelijke politieke reactie

Deze gevaarlijke situatie met een toenemende kans op het gebruik van atoomwapens wordt voortdurend acuter. In de eerste plaats door de verdere verspreiding van deze wapens over een toenemend aantal landen, waaronder landen die minder zorg kunnen besteden aan onderhoud en controle van hun wapens of, erger, landen waarvan het gezag overgenomen wordt door een fundamentalistische meerderheid, die een zeer groot aantal slachtoffers niet zo erg zouden vinden als het hen een overwinning zou kunnen bezorgen, maakte een aantal belangrijke politici die tot dan toe geen standpunt innamen inzake kernwapens echt ongerust.

In verschillende landen publiceerden politici met gezag en voldoende kennis van zaken waarschuwingen in verband met kernwapens. Ze adviseerden om zo snel mogelijk te beginnen met internationale besprekingen ter versnelling van de afbouw van de wereldvoorraad kernwapens om te komen tot een kernwapenvrije wereld.

In ons land waren het onder andere ex-premiers Dehaene en Verhofstadt en ex-Secretaris-Generaal Claes die deel uitmaakten van de groep politici die het manifest voor een wereld zonder kernwapens tekenden (februari 2010).

In de Verenigde Staten was het aanvankelijk Kissinger en uiteindelijk zelfs President Obama zelf die in een door de media uitgezonden boodschap pleitte voor een wereldakkoord dat moest leiden tot vernietiging van alle kernwapens.

Dit is nu meer dan vier jaar geleden. Sindsdien geen woord meer in de media over de uitschakeling van de kernwapens. Sterker, bij het overlijden van ex-premier Dehaene werden zeer vele officiële toespraken gehouden en teksten geschreven waarin hij geloofd werd voor zin inzet en staatsmanschap. Hoewel zijn standpunt tegen de kernwapens destijds ophef maakte en zeker tot een van zijn belangrijkste standpunten behoorde, heb ik over deze belangrijke verklaring geen woord gelezen of gehoord tijdens de uitgebreide condoléances. Zoals ik ook nergens meer in officiële teksten iets vermeld geweten heb over "een wereld zonder kernwapens".

Dit is censuur, puur bedrog

In elk geval het waarschuwen voor het grote gevaar dat uitgaat van de kernwapens past sinds de NAVO-bijeenkomst van Lissabon helemaal niet meer in het huidige internationale strategische spel van de NAVO, noch van de meespelende anti-NAVO landen. Er wordt niet meer gestreefd naar ontspanning, maar men laat geen gelegenheid voorbijgaan om de sluimerende gevoeligheden en tegenstellingen uit de Koude Oorlog weer geniepig op te drijven.

Ik zou zeggen: dit is een zoeken naar winst op de rand van de afgrond.

Met behulp van censuur en leugens.

Waar wij uit betrouwbare enquêtes sinds lang weten dat de grote meerderheid van de Europese bevolking tegenstander is van kernwapens op ons continent, verklaart de NAVO-top in Lissabon, dat het bestuur en de bevolking geen bezwaar heeft tegen deze kernwapenopslag en dat de zaak dus definitief geklasseerd is.

De Europese landen trachten zoveel mogelijk referenda in verband met kernwapens te verhinderen om problemen met de NAVO te vermijden.

Waar men er in lukte ernstige officiële referenda te organiseren, was de uitslag duidelijk. In Zweden ging in juni van dit jaar een officieel referendum door dat als resultaat gaf dat niet minder dan 89 % van de Zweedse bevolking achter het voorstel stond om Europa kernwapenvrij te maken.

We moeten ons tegen dit onrechtmatig opdringen van ongewenste, massaver-nietigende wapens blijven verzetten.

Jef de Loof - september 2014 (redactioneel Vredeshuiskrantje nr. 148)