In een opiniestuk op Knack.be (6/10) betreurt kamerlid Tim Vandenput (Open Vld) dat de Nobelprijs voor de Vrede dit jaar gaat naar de International Campaign to Abolish Nuclear Weapons (ICAN). "Kernwapens 'wegwensen' is nobel maar brengt vrede geen stap dichterbij", stelt hij. Vandenput geeft daarbij, al dan niet bewust, verschillende aspecten van het nieuwe kernwapenverbod fout weer. Over de olifant in de Belgische nucleaire kamer, de kernwapens in Kleine Brogel, rept hij met geen woord.
Vandenput echoot in zijn stuk de Belgische diplomaten in Brussel en New York, die het steevast hebben over een 'declaratoir' verdrag. Hij vergeet er bij te zeggen dat vriend en vijand de politieke impact van het verdrag erkennen, terwijl de VS in uitgelekte documenten de militaire impact van het verdrag erkennen. Het illegaal verklaren van kernwapens heeft bovendien een directe impact op de financiering van nucleaire arsenalen, aangezien banken zich steeds meer zullen terugtrekken uit investeringen in illegale massavernietigingswapens.
Het verbodsverdrag wordt overigens ook gesteund door zwaargewichten als Mohamed El Baradei (voormalige baas van het Internationaal Atoom Energie Agentschap) en William Perry (oud-Defensieminister van de Verenigde Staten). Niet bepaald naïeve en dromerige types.
Hand reiken naar kernwapenstaten
Het verbodsverdrag predikt geen nucleaire revolutie en reikt de kernwapenstaten uitdrukkelijk de hand. Het voorziet in concrete verificatiemechanismen en een zogenaamde 'join & destroy'-benadering, waardoor kernwapenstaten kunnen toetredenvoordat ze hun volledige kernwapenarsenaal geëlimineerd hebben. Met andere woorden: de kernwapenstaten worden enkel gevraagd een tijdsgebonden en verifieerbaar plan in te dienen voor de volledige ontmanteling van hun nucleaire arsenalen.
Dergelijk plan is enkel een concrete uitwerking van de belofte van volledige nucleaire ontwapening die de kernwapenstaten al in 1970 (met het non-proliferatieverdrag) deden, en hoeft dus niet controversieel te zijn. Als Vandenput en co zo'n vraag onredelijk vinden, zeggen ze eigenlijk dat het non-proliferatieverdrag op de schop mag.
Iemand moet eerste stap zetten
Vandenput stelt daarentegen dat het verdrag enkel een effect zal hebben in democratische staten, die daardoor verzwakt worden tegenover ondemocratische en autoritaire staten.
Het klopt dat het verdrag wellicht een sterkere impact zal hebben binnen democratische staten, maar indirect beïnvloedt het zo ook de niet-democratische staten. Doordat het verbodsverdrag de druk verhoogt op kernwapenstaten om concrete stappen richting nucleaire ontwapening te zetten, stimuleert het een algemene ontwapeningsdynamiek. Iedereen met een basiskennis van de Koude Oorlog en nucleaire ontwapening weet dat ontwapening van de ene zijde een wederzijds dynamiek kan ontketenen. Binnen democratische én niet-democratische staten.
De conclusie is dus eenvoudig: iemand moet die eerste stap durven zetten. Een kernwapenvrije wereld zal nooit realiteit worden als iedereen de kat uit de boom blijft kijken. NAVO-landen, die hoe dan ook over voldoende conventionele afschrikking beschikken en momenteel een nucleaire capaciteit hebben waarmee ze de wereld tientallen keren kunnen vernietigen, moeten zelf die eerste stap(jes) durven zetten zonder daarmee een (ingebeeld) existentieel veiligheidsrisico te lopen. Wachten totdat anderen de eerste stap zetten is vooral een excuus om niets te doen en is de beste garantie op het behoud van een gevaarlijke en explosieve nucleaire status quo.
Gerecycleerd en gevaarlijk
Maar laat vage excuses om niets concreet te doen nu net hetgeen zijn waar België in uitblinkt. Zo passioneel als Vandenput zich uitspreekt tegen een historisch verbodsverdrag en Nobelprijs, zo vaag blijft hij over wat België dan wél kan doen.
Vandenput verwijst naar het recente Belgische voorzitterschap van een werkgroep die het Kernstopverdrag (CTBT, dat in 1996 werd afgesloten maar nog steeds niet in werking trad) nieuw leven wil in blazen, maar dat is het zowat. Welke concrete initiatieven België als voorzitter van die werkgroep zal nemen, en hoe die initiatieven ook maar enige impact zullen hebben, laat Vandenput onvermeld.
Toegegeven, België heeft natuurlijk wel ruime ervaring met vriendelijk en vrijblijvend aan de kernwapenstaten te vragen om alsjeblief een beetje te ontwapenen, zonder dat dit enige effect sorteert. De afgelopen twee decennia herhaalden en recycleerden Belgische diplomaten telkens opnieuw dezelfde verzoekjes aan de kernwapenstaten, die er verder niet veel aandacht aan besteedden. We kunnen het natuurlijk altijd nog een keertje vriendelijk vragen. Dat maakt ongetwijfeld indruk in Washington. Misschien zijn niet alle Belgische dromen bedrog. Of misschien wel.
Maar mag het voortaan ietsje meer zijn? Mogen de Belgische ambities iets verder reiken dan een werkgroep die keer op keer bijeenkomt zonder veel vooruitgang te boeken? Het nucleaire wapenbeheersysteem staat onder enorme druk. De gebrekkige ontwapening van de kernwapenstaten zorgt ervoor dat steeds meer niet-kernwapenstaten dreigen zich niets meer aan te trekken van hun belofte om geen kernwapens te verwerven. Met het door België gepromote tempo van nucleaire ontwapening stevenen we af op een ineenstorting van het hele nucleaire wapenbeheersingssysteem. Niet bepaald een houding die van veel 'realpolitiek' getuigt.
De olifant in de kamer
Opvallend genoeg rept Vandenput ook met geen woord over de olifant in de Belgische nucleaire kamer, de Amerikaanse kernwapens in Kleine Brogel. De verwijdering van die kernwapens is nochtans, met ruime voorsprong, de belangrijkste bijdrage die België zou kunnen leveren aan nucleaire ontwapening.
Resoluties van het federale en Vlaamse parlement uit 2015 vragen hun verwijdering, terwijl militaire experts en diplomaten het erover eens zijn dat ze geen enkele militaire waarde hebben. Liberale zwaargewichten als Guy Verhofstadt en Louis Michel spraken zich eerder al uit tegen de B61-kernwapens in Kleine Brogel. Het zou Vandenput dus sieren als hij in de voetsporen treedt van zijn collega-liberalen.
Eenvoudige vragen
Kernwapens zijn geen dragers van stabiliteit, maar illegale en grensoverschrijdende wapens van terreur. Kernwapens enkel vriendelijk 'wegvragen' en laten liggen in Kleine Brogel is niet nobel en brengt vrede geen stap dichterbij.
De vragen die journalisten en bezorgde burgers de komende maanden aan Tim Vandenput en zijn partij moeten stellen zijn daarom eenvoudig.
Is Open VLD voorstander van de blijvende stationering van illegale massavernietigingswapens in België of niet? En waarop wachten Vandenput en zijn collega's om - voor het einde van de huidige legislatuur- het internationaal recht en het non-proliferatieverdrag te respecteren en de uitvoering van hun eigen parlementaire resoluties te eisen?
Deze opiniebijdrage verscheen op 11 oktober 2017 in een licht gewijzigde vorm op Knack.be
Foto: Pax Christi Vlaanderen viert de Nobelprijs met een fraaie banner aan de toegangspoort
Bron: https://www.paxchristi.be/nieuws/kernwapens-laten-liggen-kleine-brogel-niet-nobel-en-brengt-vrede-geen-stap-dichterbij