images/headerlefonline.jpg
Delen van artikels

campagne 111111 2019
Wereldwijd tekent zich een trend af die doet terugdenken aan het duistere decennium dat de Tweede Wereldoorlog voorafging. De jongste jaren lijken autoritaire en rechts-populistische leiders de wind in de zeilen te hebben. Met hen zien we ook overal de groei van extreemrechtse partijen. Vakbonden, middenveldorganisaties, LGBTQ-bewegingen en kritische journalisten, worden toenemend geviseerd of gestigmatiseerd. Ook in eigen land.

Eind augustus lekte een onderhandelingsnota van Vlaams formateur Jan Jambon uit met een duidelijke keuze voor een strenger ‘integratiebeleid’. Daarin valt o.m. te lezen dat “parallelle initiatieven, louter gebaseerd op herkomst of levensbeschouwing” niet langer ondersteund kunnen worden vanuit de Vlaamse overheid. Het voorstel komt er na wekenlang overleg tussen N-VA en Vlaams Belang. Die laatste partij spreekt in haar verkiezingsprogramma van een ‘integratie-industrie’ die stevig in handen is van een kaste van ‘beroeps-linksen’ en eist dat de geldkraan wordt dichtgedraaid.

Dat kan de doodsteek betekenen voor organisaties die streven naar gelijke kansen, participatie en integratie van minderheidsgroepen. In een reactie stellen 78 middenveldorganisaties dat het middenveld een onmisbare schakel vormt tussen individuele burgers en beleid. Ze bewaken grondrechten, luisteren naar individuele burgers en brengen hun stem bij beleidsmakers.

Voor extreem- en populistisch rechts zijn mondige organisaties en burgers vervelende stoorzenders. In Hongarije publiceerde de rechts-populistische premier Victor Orban een lijst met 13 ‘problematische’ en ‘ongewenste’ organisaties, tegen wie vervolgens een felle stigmatiserende campagne werd gevoerd. Ook het Vlaams Belang fulmineert tegen het ‘misbruik’ van cultuursubsidies voor ‘links activisme’. Critici en activisten worden steeds meer mikpunt van haatcampagnes die er moeten voor zorgen dat grondrechten worden teruggeschroefd.

Het is daarom broodnodig om de kiezers van dergelijke partijen terug in herinnering te brengen dat de sociale verworvenheden waarvan ze genieten en de rechtsstaat zelf, het resultaat zijn van jarenlange strijd door het middenveld. Vakbonden strijden voor arbeidsrechten, betere lonen en arbeidsomstandigheden. De vredesbeweging neemt het op voor slachtoffers van oorlog en geweld en verdedigt het publiek belang tegen dat van het militair industrieel complex. Wereldwijd ijveren milieuactivisten voor een duurzame toekomst en mensenrechtenverdedigers voor een waardig bestaan voor iedereen. Maar wereldwijd botsen ze op de onstilbare winsthonger van multinationals die in landen met een zwak politiek- en rechtssysteem de vloer aanvegen met sociale en milieurechten.

De strijd voor het behoud en de bescherming van de ‘civiele ruimte’ en meer algemeen voor de democratie wordt alsmaar harder. Volgens CIVICUS, een internationale alliantie van middenveldorganisaties en activisten, is de civiele ruimte in 111 landen ernstig bedreigd. Slechts 4% van de wereldbevolking leeft in landen waar fundamentele rechten als de vrijheid van vereniging, vreedzaam vergaderen en vrije meningsuiting volledig worden gerespecteerd. Organisaties krijgen te maken met restrictieve wetgeving, verbaal of fysiek geweld. In Rusland werd in 2012 een wet gestemd die middenveldorganisaties met ‘politieke activiteiten’ die buitenlandse financiering ontvangen, verplicht om zich te registreren als ‘buitenlandse agenten’ en dat ook zo te vermelden in alle publicaties die ze uitgeven. In Israël wordt de internationale BDS-beweging (Boycot, Desinvestering en Sancties) die ijvert voor de opheffing van de bezetting, gelijke rechten voor Palestijnse burgers en het recht op terugkeer van vluchtelingen, als een ‘strategische bedreiging’ bestempeld. In 2011 nam het parlement er een anti-boycotwet aan die burgers verbiedt om Israël en de Israëlische nederzettingen in de Palestijnse gebieden te boycotten. Andere landen lijken te volgen. In Duitsland stemde de Bundestag een motie die de BDS-beweging als antisemitisch omschrijft en Groot-Brittannië weigerde een visum af te leveren aan activist Omar Barghouti, de medeoprichter van de BDS-beweging. Ook het verbaal en fysiek geweld tegen activisten neemt gevaarlijke proporties aan. In Turkije labelt president Erdogan politieke tegenstanders als terroristen. Tienduizenden van hen vlogen achter de tralies en/of verloren hun job. In de Filipijnen heeft president Duterte er mee gedreigd om mensenrechtenactivisten te onthoofden. Hij mag het dan al niet ernstig menen, het brengt wel anderen misschien op ideeën. Colombia spant de kroon. Daar werden in 2018, 281 sociale leiders en mensenrechtenverdedigers vermoord.

11.11.11, de koepel van de Noord-Zuidbeweging voert dit jaar campagne tegen de slinkende civiele ruimte. Ze wil dat de Belgische overheid een coherente visie en beleid ontwikkelt voor de bescherming en verdediging van de civiele ruimte en geeft zelf een pakket van mogelijke beleidsmaatregelen. Een campagne die meer dan nodig is.

Bron: http://www.uitpers.be/artikel/2019/10/02/zonder-middenveld-geen-democratie/