De openbare diensten vertegenwoordigen in België ongeveer 1/4 van de tewerkstelling. Het gaat over de volgende sectoren: autonome overheidsbedrijven (NMBS, De Post, Belgacom, Belgocontrol), administratie (lokale en regionale besturen, gewestelijke overheden, federale overheid), parastatalen (semi-overheidsbedrijven en instellingen, bijv. RVA), onderwijs en ziekenhuizen.
Het federaal regeerakkoord bevat bijzonder weinig concrete plannen en hanteert vooral vage termen zoals de “onontbeerlijke modernisering van de federale administratie”.
Op vlak van tewerkstelling is er één concreet punt: de oprichting van een mobiliteitspool. Bedoeling is “overtallige” ambtenaren te herscholen en te werk te stellen in een andere openbare dienst. Een postbediende zou bijvoorbeeld kunnen overgeplaatst worden naar een gemeentelijke administratie.
Bij de overheidsbedrijven ligt de nadruk op reorganisatie in functie van de liberalisering van deze sectoren. De reorganisaties laten op termijn toe bepaalde diensten te privatiseren. De reorganisaties hebben rechtstreekse gevolgen voor de tewerkstelling. Zowel bij Post, de NMBS als Belgacom staan duizenden banen op de helling.
Bij Post en NMBS wordt de reorganisatie vooral verklaard vanuit het “financieel gezond maken” van deze bedrijven. Dit is echter niet het einddoel. Belgacom is een winstgevend bedrijf en ook daar volgen de herstructureringen mekaar op.
De privatisering is het verst gevorderd bij Belgacom. Slechts de helft van de aandelen + 1 is in overheidshanden. Het privéaandeel wordt in 2004 op de beurs gebracht. De waarde wordt geschat op 5 miljard EUR. De overheidsaandelen worden niet op de beurs gebracht. Dit betekent echter niet dat de regering zich verzet tegen verdere privatisering. De financiële situatie is op dit ogenblik zodanig dat er gewoon geen behoefte toe is.
De gevolgen van de reorganisaties zijn niet beperkt tot de arbeidsvoorwaarden, maar grijpen rechtstreeks in op de dienstverlening (tarieven, aanbod). Dit is nog meer het geval bij privatiseringen. De privatisering van de Britse spoorwegen is een fiasco, zowel op vlak van arbeidsomstandigheden (arbeidsveiligheid, lonen, flexibilisering, druk op vakbonden) als op vlak van dienstverlening (veiligheid, tarieven, frequentie). In het geval van De Lijn, die wordt gezien als voorbeeld, is de privatisering volledig ten koste van het personeel gebeurd.
De privatiseringen voltrekken zich ook minder zichtbaar, bijv. publiek-private samenwerking (bijv. in de sociale woningbouw) en de ontmanteling vna de intercommunales.
De plannen met de openbare diensten zijn niet los te zien van de neoliberale koers van de EU en de dictaten van de WTO (GATS).
Voor een goede dienstverlening is het noodzakelijk blijvend te investeren en te moderniseren. Di is perfekt mogelijk binnen het kader van een openbare dienst. Moderniseren is niet hetzelfde als privatiseren.
2 voorstellen:
akties die een link leggen tussen de gebruikers en de werknemers bijv. vanuit een gebruikerskollektief
studie(namid)dag waarop verschillende aspecten kunnen uitgediept worden
Besproken in de werkgroepen van de trefdag van 18 oktober 2003