Koopkrachtplakkaat

EnergieplakkaatC

173646265 10222054268599783 1356797931624160070 n

Delen van artikels

 

10 jaar Fight for $15: een strijd van alle sectoren

Op 29 november was het exact tien jaar geleden dat in de VS voor de eerste keer actie gevoerd wordt in de campagne Fight for $15, een campagne om het minimumloon, toen vooral in de fastfoodsector, op te trekken tot minstens 15 dollar per uur. Verschillende ABVV-centrales dragen nu al jarenlang deze campagne. Een terugblik.

ABVV Horval deed in 2017 inspiratie op bij de Amerikaanse campagne voor een hoger minimumloon. Daaruit groeide Fight for 14, een jarenlange strijd voor een degelijk minimumloon van €14 per uur of €2.300 bruto per maand.

De Algemene Centrale – ABVV heeft zich steeds achter de campagne voor hogere minimumlonen geschaard. Voor diverse sectoren waar de werknemers destijds nauwelijks €10 per uur verdienden, zou de doelstelling van €14 per uur een aanzienlijke verbetering van hun levensstandaard hebben betekend. Tot op vandaag moet werknemers uit veel van deze sectoren worstelen om het hoofd boven water te houden.

 

Geoffrey Goblet, algemeen secretaris van de AC, beaamt: “Met de campagne van Fight for €14, heeft het ABVV de verhoging van het minimumloon  hoog op de maatschappelijke agenda gezet. De druk die momenteel uitgeoefend wordt op onze koopkracht toont duidelijk aan hoe noodzakelijk onze strijd toen al was. Dit versterkt ons in onze overtuiging dat wij deze strijd moeten verderzetten.”

Met de fel gestegen energieprijzen, mogen de lonen uiteraard niet achterblijven. In de sector van de dienstencheques staan de werknemers, waarvan de overgrote meerderheid vrouwen zijn, mede dankzij de automatische indexering van de lonen en hun strijdvaardigheid, op een zucht van de 14 euro. Daarmee komt er uiteraard geen einde aan hun strijd voor waardige lonen.

 

Vanessa werkt als poetshulp met dienstencheques. “Ik verdien vandaag 13,64 euro bruto per uur. Dat is dus bijna 14 euro. Hoera? Niet helemaal. Onze lonen staan, met deze prijsstijgingen, onder druk. De 14 euro blijft belangrijk voor ons, maar in deze omstandigheden volstaat het niet om goed van te leven. Daarom blijven wij tot op vandaag strijden voor meer, voor een reële verhoging van de lonen bovenop de index.”

Handel

Myriam Delmée en Johan Van Eeghem zijn voorzitter en federaal secretaris bij BBTK: “Met 1.300 euro kan je gewoon niet rondkomen.

 

“In de handelssector hebben de meeste werknemers zeer lage lonen. Velen werken deeltijds, vaak zijn dat vrouwen. Met een nettoloon van €1.300 voor een week van 24 uur (het basiscontract in de handel) kom je gewoonweg niet rond.”

“Dit geldt ook voor de sector van de woonzorgcentra. Lage lonen, deeltijdse werknemers, meestal vrouwen, de strijd om aan het eind van de maand de eindjes aan elkaar te knopen … De situatie is de laatste tijd nog erger geworden door de explosieve stijging van de energie- en winkelprijzen. Hoe kun je met zo’n maandinkomen een torenhoge gasrekening betalen? Hoe kun je tegelijkertijd je huur betalen, eten kopen en in je basisbehoeften voorzien?”

“De realiteit is dat in al te veel sectoren de werknemers arme werknemers zijn. Het minimumloon is onvoldoende om hiervan waardig te kunnen leven. Dit is onaanvaardbaar. Een loon van €14 per uur of €2.300 bruto per maand is het minimum om te kunnen leven. Wij zullen onze strijd en inspanningen voortzetten om deze essentiële eis sneller te realiseren. Iedereen moet kunnen leven van de vruchten van zijn arbeid. Vandaag en morgen zijn arme werknemers onaanvaardbaar!”

Transport

Ook voor Tom Peeters, adjunct-federaal secretaris BTB Wegvervoer & Logistiek blijft Fight for 14 brandend actueel.

“Als we het chauffeurstekort en andere knelpuntberoepen in de transportsector willen wegwerken, moeten de lonen aanzienlijk omhoog. Al bijna 20 jaar is vrachtwagenchauffeur een knelpuntberoep. De gemiddelde Belgische vrachtwagenchauffeur is 55 jaar oud. Ze werken vaak meer dan 60 uur per week om een deftig loon bij elkaar te rijden. Een degelijk loon betekent dat chauffeurs minder werken en toch kunnen rondkomen. Maar het biedt hem of haar ook een beter evenwicht tussen werk en privé. Uitgeruste chauffeurs leiden tot veiligere wegen en het maakt de sector opnieuw aantrekkelijk om in te werken.”

Erik Weckx, chauffeur bij Altrea, geuitgt: “Als er niet dringend hogere lonen betaald worden in de sector zal de economie tot stilstand komen, want er zullen geen chauffeurs meer zijn om de goederen te vervoeren. Als ik in mijn bedrijf zie hoe weinig jonge mensen achter het stuur van een vrachtwagen zitten, is dat doemscenario niet langer ondenkbaar.”

Metaal

ABVV-Metaal schaarde zich ook van meet af aan achter de campagne Fight for 14. Sinds de lancering van de campagne in 2017 hebben de vakbonden van de sector een mooie doorbraak gerealiseerd in PC 111.

De hoge inflatie van de voorbije twee jaar – en de hoge indexering van de lonen die daar het gevolg van is – heeft er in alle metaalsectoren voor gezorgd dat het sectorale minimumloon van 14 euro gerealiseerd is of in de loop van 2023 gerealiseerd wordt. De enige sector waar dit nog niet het geval is, is de maatwerksector (PC 327.01), die in Zuid-West-Vlaanderen wordt opgevolgd door ABVV-Metaal.

In PC 111 werd met het laatste sectorale akkoord (2021-22) een mooie vooruitgang afgesproken inzake de sectorale minimumlonen. ABVV-Metaal was de drijvende kracht achter de invoering van een groeipad om dat minimumloon tegen 2026 op te trekken tot 15 euro per uur, met een eerste grote sprong voorwaarts in 2022. Deze belangrijke realisatie was een kers op de Fight for 14-taart.

Ronny Champagne: “De akkoorden in onze sector zijn toonaangevend voor de andere sectoren”

Voorzitter Rohnny Champagne vertelde daar toen het volgende over: “De afspraken in de sector metaalbouw rond het minimumloon zijn toonaangevend tot ver buiten onze eigen sector. We mogen daar met recht en reden heel fier op zijn.”

Er is één sector, wat de metaal betreft, waar de Fight for 14 nog niet gestreden is: de maatwerkbedrijven. ABVV-Metaal volgt deze sector op in het Zuiden van West-Vlaanderen, met vier grote maatwerkbedrijven: ’t Veer, Mariasteen, Westlandia en Waak. Die zijn nauw verstrengeld met de metaalindustrie en stellen 3.600 werknemers tewerk.

Ondanks de vele indexeringen in 2022 (de spilindex werd maar liefst 5 keer overschreden), bedragen de laagste lonen voor de doelgroepwerknemers nog altijd maar 11,87 euro per uur. Deze lonen moeten dus dringend omhoog.

Yves Allewaert: “Veel maatwerkers werken bijvoorbeeld in enclaves op grote metaalbedrijven, maar verdienen een pak minder dan wat een metaalarbeider daar verdient”

In de woorden van secretaris Yves Allewaert: “De lonen in de maatwerkbedrijven zijn te laag. Er is dringend een inhaalbeweging nodig. Veel maatwerkers werken bijvoorbeeld in enclaves op grote metaalbedrijven, maar verdienen een pak minder dan wat een metaalarbeider daar verdient. Nochtans moet in die enclaves evengoed serieus gewerkt worden. Bovendien werken er heel wat kwetsbare mensen, zowel op psychisch als lichamelijk vlak, wat vaak extra kosten met zich meebrengt.”

Conclusie: in de Fight for 14 werden al mooie stappen gezet, maar de strijd is nog niet ten einde.

Dat bevestigt ook ABVV-voorzitter Thierry Bodson: “Deze campagne helpt ons om verhogingen van het minimumloon op interprofessioneel niveau te onderhandelen. Mede dankzij deze campagne kon het minimumloon met €80 opgetrokken worden in april 2022.”

“We hebben het altijd gezegd: 14 euro bruto per uur, ofwel 2.300 euro bruto per maand, is het minimum om waardig te kunnen leven. De werknemers die dit nog steeds niet verdienen, bevestigen ons dit. Vandaag heeft deze campagne nog meer zin, met de torenhoge energieprijzen en kosten van levensonderhoud.”

Bron: https://denieuwewerker.be/10-jaar-fight-for-15-een-strijd-van-alle-sectoren/