Byebye belbus, hallo ‘deeltaxi’
Hoe geraak je van punt A naar punt B op een plek waar geen bussen of treinen rijden? Vlaanderen heeft het Amerikaanse bedrijf Via gekozen om die ritten aan te bieden: via een app, deeltaxi’s en flexbusjes. Ten vroegste tegen 2023, al wordt zelfs dat nipt.
TOM LE BACQ
100 miljoen euro krijgt het Amerikaanse bedrijf Via van de Vlaamse overheid om voor een periode van acht jaar een “mobiliteitscentrale” uit te bouwen. Dat heeft de Vlaamse regering vrijdag beslist. Die centrale moet je helpen om van deur tot deur op een bepaalde plek te geraken. Vlaanderen mikt met Via op een systeem dat al gebruikt wordt in steden als Amsterdam, Berlijn en Londen.
De bedoeling is dat je via een app, website of via de telefoon een volledige route zal kunnen plannen, van deur tot deur. Je geeft je start- en aankomstplaats in, en dan moet Via de efficiëntste route uitdokteren om daar te geraken.
Niet overal bushaltes
Dat maakt deel uit van de “basisbereikbaarheid” die De Lijn wil aanbieden. Dat is niet meer, zoals vroeger, een bushalte bouwen bij iedereen in de buurt. Vlaanderen wil uitgaan van de vraag van de reiziger. Dat betekent: nog altijd vaste buslijnen tussen de steden en een streeknet tussen de kleinere gemeentes en de gebieden rond de steden. Maar daaronder komt dan “vervoer op maat”. Dat biedt Via al aan in een twintigtal landen.
GEERT WITTERZEEL
CHRISTELIJKE VAKBOND ACV
“Zij die het meest nood hebben aan dit type busritten, dreigen uit de boot te vallen”
Het gaat om een soort deeltaxi’s. Je geeft via de app of de computer in van welk punt je wilt reizen en naar waar. De app geeft dan aan waar een Via-chauffeur je kan komen oppikken met zijn busje: je moet je dus altijd een beetje verplaatsen voor je meekan. Het systeem klinkt een beetje als een Uber-rit bestellen, maar het verschil is dat je bij Via het busje moet delen met andere reizigers. De software detecteert hoeveel mensen zich in dezelfde richting willen verplaatsen en berekent zo de ritten voor de chauffeurs.
Via werd in 2012 in New York opgericht door twee Israëlische ondernemers, Daniel Ramot en Oren Shoval. Het is intussen actief in meer dan twintig landen en heeft al meer dan een half miljard dollar aan kapitaal opgehaald. In Europa werkte het een paar jaar onder de naam ‘ViaVan’ door een samenwerking met Mercedes-Benz, maar sinds begin dit jaar gaat het als ‘Via’ door het leven.
Via zal ook een systeem moeten garanderen voor mensen met een fysieke beperking, en voor leerlingen van het buitengewoon onderwijs.
Platteland bloedt
De vakbonden bij De Lijn zien het met lede ogen gebeuren. Ze stuurden Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD) een paar weken geleden al een brief om duidelijkheid te eisen.
“Het platteland gaat bloeden met dit systeem”, zegt Geert Witterzeel van de christelijke vakbond ACV. “Zie jij zo’n busje al rijden ergens diep in de Westhoek of ergens diep in Limburg? Hoeveel mensen gaan er zijn die niet mee kunnen met dat systeem van apps en online ritten aanvragen? Zij die het meest nood hebben aan dit type busritten, dreigen uit de boot te vallen. En wanneer die nieuwe mobiliteitscentrale echt van start zal gaan, is ook nog niet duidelijk.”
De ritten van Via zullen het systeem van de belbus vervangen. Bij de belbuscentrale van De Lijn werken vijftig mensen. Die zouden volgens Peeters een andere functie krijgen binnen de vervoersmaatschappij. Nog volgens Peeters is er minstens negen maanden nodig om het systeem van ritten op maat te ontwikkelen voor Vlaanderen. Het zal dus ten vroegste tegen 2023 zijn voor Via hier echt aan de slag kan.
Bron Nieuwsblad
Dit zal de doelgroep die momenteel het belbusje gebruikt nog meer doen vereenzamen. Mijn moeder heeft geen iPhone , laat staan dat ze met een app kan werken. En wat zal dat kosten ?
dat bedrijf zal daar winst op maken, 100 miljoen van onze belastingen, waarvan een deel naar de verre aandeelhouders: hoe kan goedkoper zijn dan eigen openbaar vervoer en lokale taxis?