PFOS lozen, stikstof uitstoten, Europese regels overtreden: en toch kreeg chemiebedrijf Evonik vergunning
Op 10 november 2021 leverde de deputatie van de Provincie Antwerpen een eeuwigdurende vergunning af voor het chemiebedrijf Evonik in de Antwerpse haven. Aangezien Evonik PFOS loost in de Schelde, geen maatregelen neemt om haar grote NOx-uitstoot te reduceren én een loopje neemt met de Europese regelgeving had ze die vergunning nooit mogen krijgen. Bond Beter Leefmilieu gaat in beroep.
“Dit is al de vierde vergunning op korte tijd die volkomen tekortschiet op het vlak van milieu, klimaat en volksgezondheid. Is dat toeval? Nee. Het is een symptoom van een laks vergunningenbeleid dat er niet in slaagt om milieu- en klimaatregels au serieux te nemen. Dit zorgt enkel voor rechtsonzekerheid en komt de Vlaamse industrie allesbehalve ten goede”, zegt Tycho Van Hauwaert, beleidsexpert Industrie van Bond Beter Leefmilieu.
Na Ineos, TotalEnergies en BP Chembel sprong ook de vergunning van Evonik in het oog omwille van de milieu-impact: 550.000 ton CO2, 810 ton NOX en 21 ton NH3. En opvallend: ook nog wat PFOS. Een overheid die zich als goede huisvader gedraagt, zou de analyse maken van zo’n milieu-impact en er alles aan doen om die tot een minimum te beperken. De vergunningverlener, de provincie Antwerpen, liet dat allemaal na.
Milieubeleid anno 2021: PFOS lozen & stikstof uitstoten
Het was de provincie Antwerpen die in 2019 een vergunning verleende aan 3M met een vrijgeleide om PFOS te lozen. Een beslissing die ze bijstelde na de mediastorm over de vervuiling. Maar blijkbaar heeft de provincie niets geleerd uit de saga: ook Evonik heeft een lozingsvergunning voor PFOS op zak, en draagt zo bij tot de vervuiling in de Westerschelde. Erger nog, Evonik zegt geen enkel idee te hebben waar haar PFOS vandaan komt. Ze krijgt van de provincie ongeveer 1 jaar de tijd om dat uit te zoeken. Ter vergelijking: 3M kreeg in september een dagvaarding van minister van Leefmilieu Zuhal Demir in de bus met de eis alle documenten en bronnen van PFOS binnen de maand te bezorgen. Twee maten en twee gewichten.
Ook voor stikstof liggen de kaarten van Evonik barslecht. In verschillende waardevolle natuurgebieden is Evonik verantwoordelijk voor een significante stikstofdepositie. De stikstof vliegt zelfs tot in de Kalmthoutse heide en heeft een negatieve impact op de volksgezondheid. Toch komt Evonik weg met argumenten als “het is technisch niet haalbaar” of “niet kostenefficiënt” om het probleem in te perken. Een besparing op kap van onze volksgezondheid en gezonde leefomgeving dus. Door geen maatregelen te nemen voor hun verbrandingsinstallaties, kunnen ze ook niet voldoen aan de Europese emissieniveaus. Zo stoten de branders 297 mg NOx/Nm³ uit, terwijl dat volgens de nieuwe regelgeving slechts 200 mg NOx/Nm³ kan zijn. Sterker nog: Evonik vroeg in een nota aan Europa of de norm niet 300 mg mocht zijn. Milieu-experts van de VMM en het Department Omgeving maakten naar aanleiding van de milieuvergunning dezelfde opmerkingen. Wat doet de provincie? Niets.
“De beroepsprocedure tegen Evonik wordt een lakmoesproef voor de ministeriële instructie over stikstof. Maar de Vlaamse regering had het nooit zover mogen laten komen. We wachten, samen met de bedrijven en investeerders, al een lange tijd op een definitief akkoord rond de PAS. ” zegt Tycho Van Hauwaert van BBL.
De Vlaamse regering maakt van de vergunning eerder een recht om te vervuilen, dan een instrument om ons leefmilieu en gezondheid zo goed mogelijk te beschermen.
Zachte heelmeesters maken stinkende wonden
Is er een link tussen de milieuaanvragen van TotalEnergies, BP Chembel en Evonik? Natuurlijk, dit is geen toeval meer. Dat Vlaanderen te laks omgaat met het vergunningenbeleid en onze industrie is duidelijk. Keer op keer legt ze laksere normen op. Die laksheid sluipt in de milieuvergunningsaanvragen en de milieueffectenrapporten van de bedrijven. Zij denken: het komt wel goed en aanvaarden de lage lat van Vlaanderen in dank.
Maar zachte heelmeesters maken stinkende wonden. De toekomst voor de zware industrie wordt steeds precairder. Op vlak van stikstof heerst er heel wat rechtsonzekerheid. 3M moest al een deel van haar productieproces sluiten omdat het alsnog het milieubeleid moet volgen. Als de bedrijven niet meer vergund kunnen worden doordat er geen duidelijk perspectief is en door gebrek aan industrieel milieu-en klimaatbeleid, dan gaat onze industrie terug naar af. Deze investeringsonzekerheid komt niemand ten goede.
Wat is het toekomstbeeld voor onze industrie?
De hamvraag is: welke industrie willen wij in de toekomst? Dat de industrie voor een grote omslag staat, is duidelijk. Nieuwe processen, hernieuwbare grondstoffen en meer elektrificatie en circulariteit. Maar, als we in Vlaanderen de weg blijven plaveien voor een industrie die de leefomgeving stelselmatig overbelast (doordat Vlaanderen kiest voor de zwakste stikstofnormen, zit het stikstofbad vol), dreigt er voor die nieuwe activiteiten geen plaats meer te zijn.
Willen we voorop lopen? Dan zal de Vlaamse overheid veel beter haar best moeten doen. Zo moet ze kiezen voor de strengste normen en toekomstbestendige activiteiten. In ruil levert ze de industrie een helder en betrouwbaar transitiekader voor de toekomst. Alleen dat zal de juiste investeringen aantrekken.
“Elke aanvraag voor een omgevingsvergunning is een kans voor een bedrijf om te tonen hoe ze haar milieu-impact tot een minimum wil beperken. Maar de Vlaamse regering maakt van de vergunning eerder een recht om te vervuilen, dan een instrument om ons leefmilieu en gezondheid zo goed mogelijk te beschermen.” zegt Tycho Van Hauwaert van BBL.
Ook de bedrijven hebben een verantwoordelijkheid naar hun werknemers toe. Zij zien de verschillende toekomstscenario’s van veel dichterbij en kunnen belangrijke keuzes maken voor de toekomst van het bedrijf. Doordat Evonik nalaat een klimaatplan op te stellen, zet het bedrijf, net zoals de raffinaderij van Total, haar activiteiten en vele jobs op de helling. Is het niet verstandiger om te anticiperen op de toekomst, dan te wachten tot -vroeg of laat- een minister of rechter de boite sluit?
Tycho Van Hauwaert
Als geoloog kent Tycho Van Hauwaert z'n grondstoffen in de diepte. Hij speurt naar oplossingen om die grondstoffen optimaal te benutten, te hergebruiken, te delen en om afval te vermijden. Daarnaast is hij een wegbereider voor de industriële transitie.