In een opiniestuk in De Standaard haalt Ive Marx uit naar het dienstenchequesysteem. Het zou vooral de hogere middenklasse ten goede komen en creëert onvoldoende jobs voor laaggeschoolden aan een hoge kostprijs. ABVV dienstencheques deelt deze ongenuanceerde stelling niet. Issam Benali: "De dienstencheques zorgen voor degelijke jobs met een degelijk statuut, waarbij rechten opgebouwd worden. Het alternatief zijn onvolwaardige jobs in de platformeconomie. Daar passen wij voor."

Een van de belangrijkste argumenten van Ive Marx: "De instroom van nieuwe werknemers zijn vooral mensen van buitenlandse origine die naar hier komen om in het systeem te werken". We vragen ons af op welke cijfers hij zich daarvoor baseert. Het klopt dat heel wat werknemers in het systeem van buitenlandse origine zijn, bijna 50%. Maar volgens een enquête, uitgevoerd door een onafhankelijk onderzoekbureau, bij 3896 dienstenchequers, woonde slechts 5% voor zijn tewerkstelling in het buitenland. En zelfs van hen is helemaal niet bewezen dat de lokroep van de dienstencheques hen naar België geleid heeft. De diversiteit van de sector is net een sterkte.

Het klopt wel dat de instroom van mensen die een werkloosheidsuitkering of leefloon genieten is afgenomen. Maar ook dit verdient enige nuance. Ten eerste: er was een grote instroom bij de start van het systeem. Veel van de geschikte werkzoekenden zijn al aan de slag in het systeem. Die instroom daalt dus logischerwijze. Ten tweede: niet iedereen die werkloos is, geniet een uitkering. Ten derde: mensen vinden vaak een job terwijl ze nog in hun opzegperiode zitten. Ten vierde: mensen gaan op zoek naar een andere job als ze geen toekomst meer zien in hun huidige job. En als laatste: als iemand een job verlaat, kan die job wel ingevuld worden door een werkzoekende.
Uit bovengenoemde enquête blijkt ook dat slechts 8% hoger onderwijs heeft gedaan. De grote meerderheid zijn dus wel degelijk lager geschoolde werknemers.

Issam Benali, federaal secretaris ABVV Dienstencheques: "Wij stellen vast dat het aantal reguliere jobs voor laaggeschoolden onder druk staat door de automatisering en digitalisering van de economie. Stel dat de 80.000 dienstenchequewerknemers die vandaag actief zijn in Vlaanderen op de arbeidsmarkt terecht komen, dan zijn hun kansen gering. Misschien biedt de platformeconomie hen een uitweg. Dat zien we in het buitenland waar geen dienstencheques bestaan. Maar het kan toch niet de bedoeling zijn om mensen uit een degelijk statuut met opbouw van sociale rechten te halen en hen in een ultraflexibel nepstatuut te duwen? Daar passen wij voor."

Wij zijn net vragende partij dat er verder in het systeem wordt geïnvesteerd. Niet noodzakelijk om verder te groeien, maar vooral om te professionaliseren. Opleiding voor de werknemers is essentieel. Om echt laaggeschoolde werknemers nog meer kansen te geven. En de loon- en arbeidsvoorwaarden moeten verbeterd worden. Het gemiddelde brutoloon in de sector bedraagt ongeveer 11 euro. Ruim onvoldoende om waardig van te kunnen leven.
De kostprijs voor de overheid is inderdaad groot. Maar volgens ons te rechtvaardigen. De middelen om verder te investeren kan men zoeken bij de gebruikers. Die betalen nu slechts 6,3 euro per uur netto.