Onze hoofdstad bevindt zich in de onderste regionen van een ranking van 13 Europese steden op basis van duurzame mobiliteit en leefbaarheid. Op het vlak van openbaar vervoer, verkeersveiligheid en het ontraden van de auto scoort Brussel bijzonder slecht.
"Brussel blijft koppig hangen in de twintigste eeuw", zegt Joeri Thijs, expert Transport en Mobiliteit van Greenpeace. "Politici en de autolobby hebben koning auto groot gemaakt in onze hoofdstad, en nu wordt er veel te weinig ondernomen om zijn macht in te perken. Nochtans kent iedereen intussen de nefaste gevolgen van de auto voor het milieu en voor onze gezondheid en vooral die van onze kinderen." [1]
Op vraag van Greenpeace nam het Duitse Wuppertal Instituut dertien grote Europese steden onder de loep op vlak van duurzame mobiliteit en leefbaarheid. Ze verzamelden daarvoor gegevens op basis van 21 indicatoren in vijf categorieën. In maar liefst vier categorieën eindigt Brussel bij de slechtste vijf steden: openbaar vervoer, verkeersveiligheid, actieve mobiliteit en mobiliteitsmanagement.
Bijna de helft van de verplaatsingen gebeurt per auto!
In Brussel is het belangrijkste transportmiddel nog steeds de auto (43,40% van de verplaatsingen gebeuren per 'persoonlijk gemotoriseerd voertuig'). Dit is in geen enkele andere onderzochte stad het geval, behalve in Rome. Maar daar is dat hoge cijfer ook te wijten aan de alomtegenwoordige scooters die ook in deze categorie vallen.
In slechts drie steden reist men relatief gezien minder vaak met het openbaar vervoer dan in Brussel: Kopenhagen, Amsterdam en Berlijn. Maar dat zijn steden waar men 4 tot 10 keer vaker dan in onze hoofdstad de fiets neemt.
De lage emissiezone als springplank?
"Als de Brusselse regering eindelijk de 20e eeuw achter zich wil laten, moet ze de lage emissiezone gebruiken als springplank om eerst diesel- en daarna ook benzinewagens volledig uit de stad te bannen. Met Parijs als goede voorbeeld", suggereert Joeri Thijs. "Daarnaast moet de regering samen met de Brusselse gemeenten werken aan veilige wandel- en fietspaden, een drastische upgrade van het openbaar vervoer en het ontraden van autoverkeer."
Om een betere luchtkwaliteit en duurzame mobiliteit te eisen, voeren de lokale groepen van Greenpeace de hele week acties verspreid over het hele land: in Brussel, Gent, Antwerpen, Hasselt, Luik en Leuven. Greenpeace heeft bij het Wuppertal Instituut ook een vervolg op deze Europese studie besteld dat ook Antwerpen, Gent, Charleroi en Luik onder de loep neemt. Die resultaten verwachten we in september.
De vrijwilligers van Greenpeace Brussels zijn vandaag in actie op de Brusselse tunnels.
"Onze hoofdstad moet, zoals al onze steden, opnieuw een stad zijn op maat van haar inwoners en niet op maat van de auto", concludeert Joeri Thijs.
Noten:
[1] http://www.greenpeace.org/belgium/nl/nieuws/rapporten/Every-Breath-a-Threat--Een-adembenemende-studie/
[2] Een samenvatting in het Nederlands leest u hier. Het volledige rapport, in het Engels, leest u hier.
Hieronder vindt u het volledige klassement, per categorie.
Brussel eindigt op de achtste plaats in het finale klassement. "Een uitslag die scheefgetrokken is door het gebrek aan representatieve meetgegevens van de luchtkwaliteit in Brussel. In de officiële data die Brussel aan Europa geeft, worden straten met druk verkeer onvoldoende in rekening gebracht", legt Joeri Thijs uit. Deze kwestie heeft een groep burgers er trouwens toe aangezet om Brussel voor de rechter te dagen. De zaak is naar het Europese niveau doorverwezen en is nog steeds in behandeling. En ook het Wuppertal Instituut heeft zich hier kritisch over uitgelaten. Als je de categorie 'luchtkwaliteit' niet meerekent, eindigt Brussel zelfs op de voorlaatste plaats in deze Europese ranking.
Contacten:
Thomas Leroy, persverantwoordelijke van Greenpeace, 0496/26.31.91
Joeri Thijs, expert Transport en Mobiliteit van Greenpeace, 0496/26.31.92