Doe de denktest voor 14 oktober - Lander Wantens, Groen Aalst
Lander Wantens is lid van Groen en trekt de lijst voor Groen..voor de gemeenteraad te Aalst.
Hoe bent u tot uw huidig politiek engagement gekomen?
Een verontwaardiging, dat er zo weinig gedaan wordt voor milieu en klimaat.
Ik wil hier zelf iets aan veranderen ipv aan de zijlijn te roepen neem ik de handschoen op om in de politiek te gaan en beter te doen dan het huidig beleid.
Wat moet er volgens u gebeuren inzake de volgende thema’s?
Woningproblematiek
Groen wil op niveau van de stad kwaliteitscoaches inzetten om er maximaal voor te zorgen
dat sociale woningen worden aangeboden aan een correcte prijs en dat de
kwaliteitsnormen worden gerealiseerd. Burgers moeten met vragen over de kwaliteit van
hun huurwoning terecht kunnen bij hen.
- De stad moet een project ontwikkelen dat erop gericht is de leegstand maximaal te
beperken, niet in het minst boven winkels. Hiertoe kan een taskforce worden opgericht
i.s.m. alle actoren.
- Groen is voorstander van een sociaal verhuurkantoor in Aalst in de schoot van de Dienst
Wonen. Dat moet ervoor zorgen het aantal sociale verhuurwoningen op 5 jaar verdubbelt.
leefmilieu
Meer groen omdat het gezond is en gelukkig maakt.
a. De stad Aalst trekt steeds meer mensen aan. We moeten ervoor zorgen dat onze
stad voor iedereen leefbaar en aantrekkelijk is en kan blijven. Natuur en groen
spelen daar een essentiële rol in. Meer natuur heeft een positief effect op onze
fysieke en mentale gezondheid. Zo is wetenschappelijk bewezen dat mensen
gelukkiger worden wanneer ze in een groene buurt leven. Daarom willen we
aantrekkelijk groen op wandelafstand voor elke Aalstenaar, zowel in het centrum
als in de deelgemeenten. Mensen kunnen er elkaar ontmoeten, kinderen kunnen
er uitwaaien en ravotten, ouderen kunnen er een frisse neus halen, ... Bovendien
dragen we op die manier bij tot de biodiversiteit; de rijkdom van planten en
dieren.
b. Bomen en groen zorgen voor gezondere lucht in onze omgeving. Zo kan groen
langs drukke wegen, mits een correcte inplanting, fijn stof capteren en de
luchtkwaliteit voor de omliggende woonwijken aanzienlijk verbeteren. De
aanwezigheid van voldoende groen en water zorgen bovendien voor afkoeling. Ze
zijn een betere keuze dan airco’s en ventilatoren. Door de keuze voor groen in
plaats van beton zetten we ook in op betere infiltratie van regenwater en
verminderen we de kans op wateroverlast. Water moet opnieuw een prominente
plaats krijgen in de stad. Het zorgt ook voor heel wat sfeer en gezelligheid.
c. Vele bomen samen maken een bos en bossen zijn broodnodig. Het zijn unieke
biotopen die dus verschillende functies vervullen. We moeten – daar waar
mogelijk – bomen, bossen, parken, volks-, geveltuintjes, e.a. uitbreiden zodat alle
Aalstenaars ten volle kunnen genieten van de voordelen ervan. Privégroen kan
mits goede afspraken ter beschikking worden gesteld van omwonenden.
d. Trage wegen zijn paden of wegen die bestemd zijn voor niet-gemotoriseerd
verkeer. Wandelaars, fietsers en ruiters zijn de belangrijkste gebruikers. Je vindt
ze overal: op het platteland, in een dorpskern of verkaveling, zelfs in de stad.
Verhard of onverhard, breed of smal: een trage weg kan alle vormen
aannemen. Ons land ligt bezaaid met trage wegen. Samen vormen al die
veldwegen, kerkwegels, jaagpaden, vroegere treinbeddingen, holle wegen,
bospaden en doorsteekjes een dicht netwerk waar zachte weggebruikers graag
fietsen en wandelen. In plaats van de slechte praktijk van trage wegen te laten
verdwijnen wil Groen net inzetten op het vervolledigen (en creëren) van een
netwerk van trage wegen en zo bv. een veilig alternatief traject bieden voor
schoolgaande kinderen. Om nog te zwijgen over de ecologische en recreatieve
waarde ervan.
3. We gebruiken niet meer energie dan nodig.
a. Energie is kostbaar en we mogen er niet kwistig mee omspringen. De stadsinfrastructuur
moet maximaal energie-efficiënt en - waar mogelijk - energieneutraal zijn. De stad kan de
nodige fondsen voorzien om de burger te ondersteunen wanneer deze haar voorbeeld
volgt om energie-efficiënte en neutrale woningen te realiseren. Ook als het gaat over
groendaken en geveltuinen moet de stad uitblinken en haar bewoners aanzetten om haar
voorbeeld te volgen.
b. De stad kan ook scholen en (jeugd)verengingen motiveren om hun infrastructuur groener
en klimaatneutraal te maken door ze financieel te ondersteunen bij het plaatsen van
energiezuinige installaties en groene speelinfrastructuur. Er kunnen allerlei initiatieven
worden genomen om kinderen het belang te doen inzien van de zorg voor onze planeet.
Bestaande educatiecentra kunnen daarbij een belangrijke rol spelen.
c. De huidige coalitie heeft geen visie m.b.t. windenergie. Dat werd onlangs bij de
vergunningsaanvraag van Aspiravi nogmaals pijnlijk duidelijk. De stad moet kleur
bekennen en aangeven waar windmolens wél kunnen. Groen herinnert het stadsbestuur
eraan dat zij een ambitieus klimaatplan hebben goedgekeurd, maar dat de doelstellingen
voorlopig verre van gehaald worden. Zonder windenergie wordt dat quasi onmogelijk.
d. Een Aalsters klimaatplan moet erop gericht energiegebruik in al zijn aspecten te beperken
tot een minimum. Dat kan gaan van het zorgen voor een degelijke fietsinfrastructuur, het
promoten van lokale handel, verstandig subsidiëringsbeleid ten voordele van energie efficiëntie
tot de verplichting om bijvoorbeeld winkeldeuren in de winter gesloten te
houden. De stad moet er ook bijzondere aandacht voor hebben dat mensen die het minder
breed hebben, ook kunnen genieten van gezonde producten en van goed geïsoleerde
huizen. De klimaattoets moet ervoor zorgen dat er voor elke beleidsbeslissing wordt
nagegaan of ze niet in strijd is met de klimaatdoelstellingen van de stad.
4. We maken van Aalst een fiets- en wandelstad en weren zoveel mogelijk auto’s en
vrachtverkeer uit de kernen.
a. Ook beleidsbeslissingen op het vlak van mobiliteit moeten de klimaattoets doorstaan. We
kiezen voor meer fietsen en minder auto’s. Dat zorgt voor vlot en veilig verkeer. Denken
we maar aan de verkeerschaos en de daarbij horende onveiligheid nabij onze scholen. Om
nog maar te zwijgen van de ongezonde lucht die we daar inademen. De stad moet resoluut
kiezen voor veilige fietsinfrastructuur en auto’s en vrachtvervoer maximaal weren uit de
stad. Meer straten in de binnenstad worden permanent of op bepaalde uren autovrij.
b. Groen wil dat het STOP-principe wordt gebruikt bij slimme inplanning
van mobiliteitsbeleid, waarbij de prioriteit eerst naar Stappen, dan Trappen (fiets),
vervolgens Openbaar vervoer en dan pas naar Personenwagens gaat. Het principe is de
leidraad voor o.a. het Vlaamse mobiliteitsbeleid, omdat blijkt dat meer dan de helft van
de verplaatsingen met de wagen op korte afstanden gebeurt, die even goed te voet of met
de fiets afgelegd kunnen worden. Tot vandaag blijkt dat in Aalst de auto op de eerste plaats
komt: investeringen in openbaar vervoer of fietsinfrastructuur blijven beperkt en zijn het
eerste slachtoffer van besparingen. Groen wil daarin een omslag maken.
5. We vermijden afval en gebruiken het maximaal opnieuw als grondstof.
a. In een circulaire economie wordt afval hergebruikt als nieuwe grondstof. Dit betekentwinst voor milieu, gezondheid, sociaal beleid, tewerkstelling. Aalst moet ook een draaischijf worden van de hergebruik-, herstel- en deeleconomie. Delen en ruilen zijn immers het nieuwe ‘hebben’. Op die manier verkleinen we onze ecologische voetafdruk en stellen we de toekomst voor onze kinderen en kleinkinderen veilig.
b. We sensibiliseren burgers om afval te voorkomen en hanteren het principe van ‘de vervuiler betaalt’. Wie het financieel moeilijk heeft (sociaal), krijgt een financiële tegemoetkoming in de afvalkosten. We plaatsen slimme vuilnisbakken en gebruiken motivatietechnieken om sluikstorten en zwerfvuil tegen te gaan. We ondersteunen verpakkingsarme winkels en verbannen plastic zakjes op markten. We ondersteunen afvalarme en duurzame evenementen (o.a. geen wegwerpbekers). We stimuleren en ondersteunen de lokale kringloop- en deeleconomie: repair cafés, weggeefwinkels en de vele deelinitiatieven.
6. We gaan spaarzaam om met water en zorgen dat water zijn natuurlijke weg kan volgen.
a. Water is kostbaar. We gaan er op een zuinige manier mee om. In publieke infrastructuur
gebruiken we geen drinkwater om planten te besproeien, voor fonteinen of om wc’s door
te spoelen. We vangen opgepompt water van infrastructuurwerken op en we recupereren
de warmte van ons afvalwater (riothermie).
b. Water moet een plek krijgen in het centrum van de stad en in de dorpskernen. Dit kan
door het zichtbaar maken van historische waterlopen in het stadscentrum of
ontmoetingsplaatsen te creëren langs de Dender. Ook dit zorgt voor meer gezelligheid en
maakt van Aalst een toeristische trekpleister.
c. Het regent steeds vaker heel hard. Dit veroorzaakt schade. Dat komt vooral omdat de stad
verhard is met gebouwen, asfalt en tuinen met tegels. Er gaat geen druppel doorheen. Om
wateroverlast te voorkomen zorgen we ervoor dat water traag wordt afgevoerd via wadi’s,
doorlaatbare parkings, bufferbekkens langs wegen en pleinen, daktuinen, een regenton in
de tuin, geveltuintjes, straten die water doorlaten, ...
Concrete voorstellen ‘klimaat’:
- Groen wil elk jaar minstens 5 ha bos realiseren en hiervoor de nodige financiële middelen voorzien. Dit betreft voornamelijk uitbreiding van o.a. Wijngaargdpark, Gerstjens, Kluisbos,
… Groen wil een park, een bos, openbaar groen, … op 300 meter van elke woning.
- Groen wil een Aalsters windplan dat duidelijk aangeeft waar windmolens wel en niet mogen worden geplaatst. Daarover dient het stadsbestuur eerst in overleg te gaan met burgers.
- Met Aalst Rainproof wil Groen de stad bestand maken tegen hevige buien. Dit doen we samen met bewoners, bedrijven, kennisinstellingen en overheden. Sterker nog: Rainproof wil het gratis regenwater niet afvoeren, maar juist gebruiken.
- Groen wil een volledige uitvoering van het initiële kwalitatieve klimaatactieplan.
Momenteel wordt zelfs maar een fractie uitgevoerd van het plan dat nu – na afroming binnen de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen – op tafel ligt.
locale economie
Een circulaire economie op mensenmaat heeft een sterke focus op regionale productie en kwetsbare werknemers
a. ‘Klassieke’ sectoren blijven belangrijk maar de economie van de toekomst is een duurzame en circulaire economie. Het hergebruik van producten en grondstoffen moet worden gemaximaliseerd en de uitval van grondstoffen geminimaliseerd.
b. Groen staat voor een economie en arbeidsmarkt op mensenmaat. Het is een gedeelde verantwoordelijkheid van alle partners om een economische context tot stand te brengen waarin elk individu kan groeien en zijn talenten ontwikkelen. Maar daarnaast heeft een veerkrachtige economie ook een sterke lokale component die bestaat uit het herontdekken, het herontwikkelen en het valoriseren van de eigen regionale productie.
c. Ook de sociale economie is niet meer weg te denken uit ons economisch- en
tewerkstellingsbeleid. Die vergt sterk en creatief ondernemerschap dat goed
verankerd is en schokken kan opvangen voor kwetsbare en laaggeschoolde
werknemers.
Een eigentijdse lokale economie kan onze kernen nieuw leven inblazen.
a. De winkelleegstand moet eindelijk efficiënt aangepakt worden. Groen wil een halt
toeroepen aan de wildgroei van nieuwe winkelpanden buiten de kern. We willen niet toegeven aan bouwpromotoren. Voor de verdere afwerking, uitbouw en ontwikkeling van bedrijventerreinen hanteren we de hoogste standaarden op het vlak van energieefficiëntie, duurzame mobiliteit, verantwoord grondstoffengebruik, graad van tewerkstelling en samenwerking met de sociale economie.
b. We hebben bijzondere aandacht voor de handelsstraten en de kleinhandel in de
wijken. Zeker in tijden van e-commerce is het immers belangrijk in te zetten op
kwaliteit in het winkelgebied. Met een doordacht pandenbeleid worden de winkel- en handelsstraten gerenoveerd. In functie van die kwaliteitsversterking bekijken we per straat hoe we starters en horecazaken kunnen bijstaan. Buurtbewoners worden betrokken bij projecten die de heropleving van oude handelsstraten stimuleren.
c. We creëren ruimtes in de stad waar co-creatieve, kleinschalige en duurzame
maakactiviteiten worden opgezet vanuit een gemeenschappelijk, eventueel
coöperatief businessmodel. We integreren ‘zachte’ economische initiatieven in
nieuwe stadsontwikkelingsprojecten en bewerkstelligen een link tussen die
initiatieven en de omliggende buurt. Dat kan via onder meer coöperatie van
buurtbewoners en bij de revitalisering van verlaten economische gronden en panden.
We onderzoeken de mogelijkheid om meer coworking- en digitale werkplekken te
realiseren.
d. De middenstand en horeca bepalen mee de authenticiteit van Aalst. Ze hebben een plaats in onze stad en verdienen onze ondersteuning. Een divers en creatief aanbod is belangrijk. We waken er over dat lokale en authentieke zaken niet weggeconcurreerd worden. We stimuleren een gezond evenwicht qua schaalgrootte. De stad voert een
actief beleid in het ondersteunen van de horecazaken om zich in orde te stellen met de verschillende regelgevingen en overtredingen te vermijden. We willen leegstaande handelspanden activeren door ze tijdelijk te laten invullen als presentatie- en verkoopssite voor kunstenaars en designers.
Er wordt een taskforce opgericht die in kaart brengt welke elementen de leegstand van panden, in het bijzonder die van winkelpanden, positief kunnen beïnvloeden, alle infrastructurele noden op het vlak van veiligheid en gezondheid in jeugdlokalen in kaart brengt en een plan opmaakt om deze in een periode van 3 jaar weg te werken.
- Groen wil experimenteerruimtes creëren waar economisch en maatschappelijk
vernieuwende ideeën kunnen worden uitgetest in een afgeschermde omgeving.
- We zoeken naar mogelijkheden om lokale ondernemers en start-ups te overtuigen om hun activiteiten op te starten in leegstaande panden die geschikt zijn als locatie voor tijdelijke invulling. De stad kan hierbij administratieve en financiële ondersteuning geven.
Tewerkstelling
Zoveel mogelijk werkgelegenheid in de binnenstad stimuleren, opdat werknemers ook consumeren en de lokale handel steunen, voor, tijdens & na de werkuren ( staat ook in deel economie).
onderwijs
Schoolgebouwen moeten voldoen aan veiligheidsvoorschriften maar ook rond de school moet een veilige en gezonde omgeving worden gecreëerd voor kinderen en jongeren. Zo kunnen sommige lessen ook buiten worden gegeven. Voor fietsers betekent dit de aanleg van fietspaden op de voornaamste toegangswegen naar school. Voor voetgangers betekent dit tevens veilige voetpaden en overgangen op de belangrijkste toegangswegen naar de
school. Er wordt werk gemaakt van een schoolroutekaart om veilig met de fiets of te voet naar school gaan te stimuleren.
- Groen wil eerlijke en diverse scholen. We willen scholen die diversiteit uitademen en die eerlijke, gelijke kansen aanbieden aan alle leerlingen ongeacht achtergrond, afkomst, geaardheid of religieuze keuze. Groen wil daarom het GOK-beleid van Aalsterse scholen actief ondersteunen. Scholen kunnen leerlingen uit digitale uitsluiting halen, door goedkopere computers en internettarieven aan te bieden via school. Armoede mag geen bepalende factor zijn voor iemands studiekansen.
- Via brugfiguren in het basisonderwijs zetten we in op kleuterparticipatie, zetten we in op een vlotte overgang van het basis- naar het secundair onderwijs en voorkomen we schooluitval. Scholen krijgen financiële en inhoudelijke ondersteuning om werk te maken van time-outprojecten (positief alternatief voor uitsluiting),
privatisering van gemeentelijke diensten
De stad moet zijn verantwoordelijkheid nemen en correct uitvoeren. Alle taken van openbare ordehandhaving moeten door stadsdiensten (in casu politie) worden uitgevoerd. Ze moet dan ook aanwezig en actief zijn op het terrein. Versnippering van taken op dat vlak is verlies van geld en efficiëntie. Daarom moeten sommige verbanden (vb. BIN) met grote omzichtigheid worden benaderd. Er is een screening nodig van al wie zich daar een leidende rol toe eigent. Openbare dienstverlening is één van de kerntaken van een (lokale) overheid. Mits een goed georganiseerde werking zal dit altijd goedkoper zijn dan het uitbesteden aan een privébedrijf (die moeten ook geld verdienen)
Zeer vreemd dat die parkeerputten zelfs niet van de stad zijn maar van een bedrijf, al de overlast is voor de stad maar de winst niet. Aalst moet ook veel zwaarder gaan wegen op bovenlokale dingen zoals De Lijn, het is een schande dat die oude dieselbussen die nergens anders mogen rijden hier in Aalst de boel vergiftigen.
opvang van asielzoekers en migranten
Groen wil dat Aalst zich solidair en gastvrij opstelt ten opzichte van asielzoekers, erkende vluchtelingen en subsidiair beschermden. In het bijzonder voor zwangere vrouwen zonder wettig verblijf voorzien we kwalitatieve medische zorgen, voor en na de bevalling. De rechten van minderjarigen, ook al hebben ze geen verblijfspapieren, moeten overeenkomstig het VN-kinderrechtenverdrag, gegarandeerd blijven. Daarom ondersteunen we organisaties die zich hun lot aantrekken.
internationale samenwerking (vredes- en ontwikkelingsbeleid, handel, investeringen …)
Aalst is een van de eerste Fair Trade-gemeenten in Vlaanderen. Die voortrekkersrol heeft dit bestuur losgelaten. We moeten deze rol blijven spelen, niet in het minst op het vlak van eerlijke handel. En daarbij beperken we ons niet meer alleen tot het aankopen en promoten van eerlijke koffie, thee en fruitsap. De Stedelijke Adviesraad
voor Noord-Zuidsamenwerking (STANZ) adviseert het stadsbestuur op welke manier het zijn voortrekkersrol opnieuw voluit kan opnemen.
b. Samen met de Wereldwinkel, het Vredeshuis, 11.11.11, Casa Del Mundo, … brengen we de boodschap van internationale solidariteit naar scholen, (jeugd)verenigingen en naar het brede publiek. Groen wil dat Aalst een open en solidaire stad is. Het Noord-Zuidbeleid van de stad moet zich blijven richten op het versterken van het maatschappelijk draagvlak voor internationale solidariteit.
c. We sensibiliseren en betrekken de Aalsterse burgers bij internationale samenwerking en acties rond duurzaamheid en ecologische rechtvaardigheid. We blijven verbanden leggen tussen een te grote ecologische voetafdruk hier in het Noorden en de klimaatgevolgen ervan in het Zuiden.
gemeentelijke democratie
Participatie gaat verder dan burgers de indruk geven dat ze mee mogen beslissen.
a. In heel wat West-Europese democratische landen wordt de roep naar burgerparticipatie steeds groter. Initiatieven van onderuit voeden steeds vaker
diverse processen van democratische vernieuwing. Samen met burgers en het
middenveld wil ook Groen de relatie tussen burger en overheid actualiseren. We
willen ruimte creëren voor inspraak, participatie, co-creatie en –beheer en
partnerschappen ontwikkelen met burgercollectieven. Zo kan de expertise van
burgers worden gevalideerd in beleidsvoering en daarmee samenhangende
beleidsinvesteringen.
b. Groen wil luisteren naar wijkcomités, adviesraden en verenigingen. Voor Groen zijn ze meer dan schaamlapjes om participatie te verantwoorden. De indruk ontstaat dat adviesraden en verenigingen soms monddood worden gemaakt. Advies is voor Groen geen noodzakelijk kwaad maar een verrijking om gedragen en kwalitatieve beslissingen te nemen. Groen wil op deze manier experimenteren met nieuwe vormen van participatieve democratie.
c. Burgers (al dan niet gegroepeerd in wijkcomités of verenigingen) moeten de
mogelijkheid krijgen om vragen te stellen of voorstellen te formuleren tijdens het
vragenuurtje van de gemeenteraad. Op die manier zullen meer inwoners rechtstreeks bij de besluitvorming worden betrokken. Het vermijdt ook jarenlang politiek getouwtrek en partijpolitieke recuperatie. Uiteraard blijft het de gemeenteraad die beslist, waarna het College van Burgemeester en Schepenen de uitvoering garandeert.
d. Omdat te veel beleidsdomeinen onderbelicht blijven, wil Groen dat adviesraden in ere worden hersteld en vanuit de administratie de nodige ondersteuning krijgen. Op die manier wil Groen bijdragen aan een participatieve democratie op alle grote
beleidsdomeinen. De samenstelling van de adviesraden is niet gericht op politieke
vertegenwoordiging maar op expertise van betrokken burgers. De voorzitters van de adviesraden geven toelichting in de gemeenteraadscommissies en een uitgebracht advies verdient binnen twee maanden een uitvoerig gemotiveerd antwoord.
Concrete voorstellen ‘burgerparticatie’
- Elke burger moet een vraag kunnen stellen aan de gemeenteraad en alle fracties in de gemeenteraad moeten de kans krijgen om hun standpunt met betrekking tot deze vraag officieel kenbaar te maken.
- Groen wil dat de Aalsterse gemeenteraad via livestream (video) wordt uitgezonden en is van mening dat alle burgers deze opname moeten kunnen beluisteren ‘on demand’.
andere thema’s die voor u van belang zijn.
Fietsveiligheid, gezonde lucht, jongeren die veel meer inspraak krijgen in het beleid & aanzien worden als een volwaardige partner.
fractiediscipline
Indien verkozen, zal ik de fractiediscipline volgen: altijd
maar ik zal nooit mijn idealen verloochenen. Idealen staan voor mij voorop.