Koopkrachtplakkaat

EnergieplakkaatC

173646265 10222054268599783 1356797931624160070 n

Delen van artikels

Koopt u een nieuwe thermometer als de koorts niet overgaat?

Het voorbije paasweekend lanceerden enkele politieke partijen hun verkiezingsplannen rond onderwijs. Dat onderwijs opnieuw top moet worden, er nood is aan rust en er meer focus moet komen op lesgeven, onderschrijft COC volledig. We zijn blij dat politieke partijen instemmen met belangrijke krachtlijnen van het COC-congres. Maar opvallend is dat die politieke partijen ook de idee lanceren om centrale examens in te voeren in het secundair onderwijs. Hierdoor zouden we als samenleving een helder zicht krijgen op de opbrengst van investeringen in onderwijs en zouden de niveauverschillen tussen de onderwijsnetten weggewerkt kunnen worden. COC heeft heel wat opmerkingen en bedenkingen bij de invoering van centrale examens. Een reactie.

In onderwijsmiddens zijn de argumenten tegen centrale toetsing/toetsen ondertussen welbekend: het gevaar van teaching to the test, de verdrukking van de ‘kleinere’ vakken, het gevaar van publieke rankings van scholen … Professor Jan Vanhoof zegt over dat laatste het volgende: “In het buitenland zien we welke schade dat (openbaar maken van resultaten, red.) aanricht. Succesvolle directeurs worden weggekocht en het loon van leraren wordt gekoppeld aan de prestaties van hun leerlingen. Zwakkere leerlingen worden vriendelijk verzocht om niet deel te nemen aan de testen of de school te verlaten. De woningprijs in de buurt van scholen die goed scoren, stijgt. De verleiding om het systeem te bedotten wordt groter voor alle partijen. Dat is een prijs die je niet wil betalen.” Ereprofessor Roger Standaert spreekt over schijntransparantie: “Voor alles centrale examens ontwikkelen is een optie, maar de kans is groot dat de nadruk komt te liggen op de kernvakken. Muziek of tekenen is al veel moeilijker centraal te meten. Dergelijke vakken kunnen dan in de verdrukking komen. De Cito-testen in Nederland tonen bijvoorbeeld ook hoe taalvakken al snel verengd kunnen worden tot iets mechanisch.” Ook die prijs wil COC niet betalen. COC pleit voor een brede vorming voor jonge mensen en erkent het belang van de rijke en diverse pedagogische en methodische traditie waar het Vlaamse onderwijs op steunt. Het is niet ondanks maar dankzij die traditie dat Vlaanderen altijd een brede vorming voor zijn leerlingen heeft vooropgesteld en gerealiseerd.

Sinds de jaren 90 is in Vlaanderen heel bewust gekozen voor een systeem dat de kwaliteit van ons onderwijs niet bewaakt via centrale examens maar via eindtermen, peilingsproeven en inspectie. De overheid gaat steekproefsgewijs na in welke mate die eindtermen op Vlaams niveau worden gerealiseerd en waar eventueel bijsturingen nodig zijn. Daarvoor dienen de peilingsproeven. Verder ligt het toetsen in de handen van leraren. Niveauverschillen tussen scholen worden voorkomen doordat de onderwijsinspectie de kwaliteit van de schoolexamens nauwkeurig bekijkt bij het beoordelen van een school. "In Vlaanderen vertrouwen we de leraar", zegt Roger Standaert in een interview met de Nederlandse krant Trouw. "In Nederland sturen jullie het onderwijs aan met toetsen, wij in Vlaanderen geven sturing via doelstellingen. Dat is een groot verschil. Wij zijn niet tegen toetsen, maar we geven ze in handen van de leraar. Die is een professional en hij kent zijn leerlingen het best. Hij kent hun achtergrond, vooruitgang en talenten en kan dus bepalen of een leerling zijn diploma verdient en klaar is voor het vervolgonderwijs. Daarover denken jullie in Nederland anders: die leraar zal wel subjectief zijn. Dat is ook zo. Maar een leerling is niet zomaar te vatten in een momentopname en in een cijfer. Bovendien heb je die subjectiviteit ook met een centraal eindexamen. Het enige dat je dan zeker weet, is dat elke leerling dezelfde toets maakt. Maar had een ander instituut die test gemaakt, dan was het een andere toets geworden. Bij ons is het uiteindelijk de klassenraad die besluit of een leerling slaagt. En wij sparen een massa geld uit door dat niet uit te besteden aan een aparte instantie."

Voor COC is een centraal examen aan het einde van het secundair onderwijs dan ook absoluut niet de juiste weg naar beter onderwijs. Natuurlijk maken wij ons ook zorgen over de kwaliteit van ons onderwijs. Maar er is geen enkele reden om aan te nemen dat een centraal examen aan het einde van het secundair onderwijs de kwaliteit zal verbeteren. Integendeel. Nog los van de eerdergenoemde gevaren, zouden we hoogstens vaststellen dat die examens de resultaten die we vandaag al kennen, bevestigen. Gaat u ook naar de huisarts/apotheker voor een nieuwe thermometer als de koorts niet overgaat?

Vlaanderen heeft in internationale onderwijsvergelijkingen altijd prima gescoord. En dat zonder centrale examens! Zou het kunnen dat het succes van Vlaanderen steunde op een onderwijssysteem waar (vak)bekwame leraren, zowel individueel als in teamverband, de vrijheid en de verantwoordelijkheid kregen om leerlingen, ongeacht hun achtergrond, interesses en talenten, doelgericht tot leren te brengen en om daarover aan het einde van de rit een gewogen oordeel uit te spreken? Maar – en hier knelt het schoentje – er zijn vandaag redenen om aan te nemen dat die voorwaarden al enige tijd onder druk staan: leraren kreunen onder verantwoordingsdwang, hun vrijheid om verantwoordelijkheid op te nemen krimpt, lerarenopleidingen krijgen niet de aandacht en de middelen die ze verdienen in het hoger onderwijs, leermodellen die uitgaan van verschil en individuele ontwikkeling dringen de klasvloer binnen en te veel leraren onderwijzen inhouden waar ze zelf onvoldoende voor zijn opgeleid … En het lijdt geen twijfel dat een centraal examen het geloof en het vertrouwen in professionele leraren helemaal overboord gooit.

In haar jaarrapport concludeert de inspectie dat het evaluatiebeleid van scholen niet altijd spoort met de onderwijsdoelen. Dat signaal moeten we ernstig nemen, maar voor COC zijn centrale examens geen remedie voor dalende onderwijsprestaties. Scholen en leraars moeten een doordacht evaluatiebeleid voeren. Daartoe is het van belang dat de vernieuwde lerarenopleiding inzet op leren evalueren zodat de beoordeling van leerlingen valide, transparant en betrouwbaar gebeurt. Daarnaast kunnen scholen, lerarenteams en vakgroepen in vrijheid gebruikmaken van toetstoolkits met gestandaardiseerde toetsen. Dat kunnen goede referentiepunten zijn om de eigen werking te evalueren en zo nodig bij te sturen.

Het is eigenaardig dat sommige politieke partijen hun vertrouwen in de Vlaamse leraar en de delibererende klassenraad die de beste kijk heeft op de leerlingen lijken op te zeggen. Zo’n maatregel zal de aantrekkelijkheid en de professionaliteit van het beroep niet versterken, integendeel. Maar na Pasen volgt Pinksteren.


Koen Van Kerkhoven
Secretaris-generaal COC (Christelijke Onderwijscentrale)