Op 28 februari hield de Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken van het Vlaams Parlement een hoorzitting over het ‘ontwerp van decreet basisbereikbaarheid’. ACOD TBM heeft goede redenen om dit mobiliteitsplan te verwerpen.
Behalve VOKA, MORA, TreinTramBus, De Lijn, het FBAA, het departement Mobliteit en Openbare Werken (MOW) en andere sprekers werden ook wij op de zitting uitgenodigd om het standpunt van de huisvakbonden van De Lijn in te nemen. ACOD TBM herinnerde de Commissie eraan dat de keuze voor een nieuw decreet een politieke keuze is en dat het decreet ‘basismobiliteit’ dat voor de huidige regering moet sneuvelen, belangrijke principes heeft waar wij tot op vandaag ook blijven achterstaan. Wij wezen op het belang van het afdwingbaar recht op openbaar vervoer en het sociale karakter ervan en drukten erop dat OOK de buitengebieden werden bediend door De Lijn op een gelijkwaardige wijze.
Het ontwerpdecreet
Het staat voor ons buiten kijf dat de regierol van het openbaar vervoer door de De Lijn moet worden opgenomen. De Lijn bezit immers alle expertise. Een overheveling naar het departement Mobiliteit en Openbare Werken is volgens ons onzinnig. Uiteraard zien wij voor De Lijn niet alleen de regierol weggelegd, maar ook zeker en vooral de rol van uitvoerder van het openbaar vervoer in Vlaanderen. In het ontwerpdecreet is er sprake dat voor de operationele regie van ‘het vervoer op maat’ een mobiliteitscentrale zal worden opgericht voor alle vervoerregio’s. Wie die mobiliteitscentrale zal uitbaten, is nog niet bepaald. Wij vinden het belangrijk dat voor de inwerkingtreding van dit decreet vooraf geweten is wie de werking van de mobiliteitscentrale op zich neemt. Wat ons betreft is De Lijn de meest geschikte partij.
Politieke keuzes voor later
Het ontwerp van decreet zal uitvoering krijgen door middel van meerdere uitvoeringsbesluiten van de Vlaamse regering. Dit zal gaan van de uittekening van vervoersnetten, de samenstelling van de vervoerregioraden, de subsidiëring van het mobiliteitsbeleid en het infrastructuurbeleid tot het tarievenbeleid. Te veel en te belangrijke politieke keuzes zullen later gemaakt worden, zodat ze vandaag aan het maatschappelijk en parlementaire debat worden onttrokken. Om basisbereikbaarheid uit te werken zal de Vlaamse regering een ‘regisseur’ van het openbaar vervoersnetwerk aanstellen. Die moet op een hoog en strategisch niveau zijn regierol spelen. ACOD TBM verwacht dat in het definitieve decreet basisbereikbaarheid de operationele expertise van De Lijn erkent.
Financiering
ACOD TBM wil tevens dat in het decreet de financiële middelen voor het aanvullend en kernnet worden verzekerd. Daar staat en valt de rol van De Lijn als interne operator voor ons mee. Wij willen dat in het decreet moet wordt opgenomen dat het onmogelijk is om financiële middelen naar het vervoer op maat over te dragen. Daarom moet de afbakening van de netten zeer duidelijk worden gedefinieerd. Er moet ook duidelijkheid komen over de budgetten die ter beschikking zullen gesteld worden van de vervoersregio’s en hoe zij over de 15 vervoersregio’s zullen worden verdeeld. Wij zien het al van ver aankomen dat er een interne strijd zal ontstaan om de meeste financiële middelen binnen te halen. Een spel dat de reizigers niet ten goede zal komen. Door het decreet dat op tafel ligt zal De Lijn haar exclusieve rechten verliezen op de exploitatie van het geregeld vervoer in Vlaanderen. Wij willen dat deze exclusiviteit opnieuw decretaal zou worden verzekerd.
Rechten van de reizigers
Het ontwerpdecreet definieert niet wat geldt als ‘basis’ in basisbereikbaarheid. Er wordt louter gesteld dat het doel van basisbereikbaarheid ‘belangrijke maatschappelijke functies’ bereikbaar maken is. ACOD TBM meent dat de rechten van de reiziger duidelijk moeten zijn en moeten verzekerd worden in het nieuwe decreet, zodat basisbereikbaarheid, net zoals basismobiliteit, een openbare ‘dienstverplichting’ is die door de Vlaamse overheid wordt gegarandeerd aan alle Vlaamse burgers. ACOD TBM is er niet mee akkoord dat De Vlaamse regering kan beslissen over tariefdifferentiatie. Wij willen in heel Vlaanderen – ongeacht de vervoersregion - hetzelfde sociaal tarief, dat rekening houdt met de minst kapitaalkrachtigen in onze samenleving.
Afstemming met NMBS
ACOD TBM vindt het heel vreemd dat in het nieuwe decreet met geen woord gerept wordt over de samenwerking met de NMBS of Infrabel. De spoorwegen worden nochtans aanzien als dé ruggengraat van het toekomstige openbaar vervoer in Vlaanderen. Wij vinden niets terug over hoe beide vervoersmaatschappijen zich op elkaar op goede wijze gaan kunnen afstemmen, en of de reizigers ermee zullen gebaat zijn.
Sociale dumping
Elke ‘vervoerregioraad’ mag zelf het ‘vervoer op maat’ regelen. Die zou kunnen via onder andere taxicheques, deelwagens, buurtbussen, collectieve taxi’s of leerlingenvervoer. Voor ACOD TBM moeten hier dezelfde criteria inzake opleiding en vakbekwaamheid gelden voor alle chauffeurs. Wij huiveren ook voor de te verwachten loons- en arbeidsvoorwaarden van dit soort van collectief personenvervoer. We vrezen dat de overheid met de tijd zelf sociale dumping zal organiseren en concurrentievervalsing in de hand zal werken.
Onze eisen
Indien het Vlaams Parlement verkiest om toch met dit decreet door te gaan dan eist ACOD TBM:
- garanties dat De Lijn haar exclusieve rechten behoudt, de interne operator blijft en haar regierol blijft vervullen;
- garanties op voldoende financiële middelen;
- garanties dat er geen concurrentie gevoerd kan worden op loon- en arbeidsvoorwaarden en criteria over opleiding en vakbekwaamheid;
- basisbereikbaarheid als openbare dienstverplichting aan sociale tarieven;
- meer middelen voor het openbaar ‘tout court’ om een grotere doelgroep te kunnen overtuigen de overstap naar collectief vervoer te maken.
Wat de basisbereikbaarheid in de praktijk zal veranderen, blijft dus voor ACOD TBM voorlopig erg onduidelijk – net als voor de commissieleden overigens. De betrokkenheid van het middenveld in de proefprojecten was onvoldoende. De bevolking is niet bevraagd, en uiteindelijk vonden er in de proefregio’s geen experimenten in de praktijk plaats. Het is dus momenteel niet het geschikte moment om oordeelkundige beslissingen te nemen omtrent het nieuwe decreet. ACOD TBM gelooft niet dat de reizigers en de werknemers van De Lijn beter zullen worden van basisbereikbaarheid.
Rita Coeck