In Vlaanderen staan meer dan 2.600 bedrijfsgebouwen leeg. De cijfers tonen dat er de afgelopen tien jaar weinig evolutie in die leegstandscijfers zit: nooit waren het er minder dan 2.100. Vaak zijn die leegstaande industriepanden een zware smet op de omgeving. Het is spijtig dat er zo weinig mee gebeurt: een nieuwe economische of residentiële invulling is een optie, of gewoon teruggeven aan de natuur. Het is een chronisch probleem, dat eindelijk eens om een kordate oplossing vraagt.
Van leegstaand naar zinvol
De cijfers komen uit het antwoord op een parlementaire vraag van Robrecht Bothuyne (CD&V). De cijfers zijn veelzeggend en zijn bovendien nog een onderschatting. De inventaris wordt opgemaakt door gemeentebesturen, die daar vaak de tijd noch het personeel voor hebben. In veel gemeenten worden daarom alleen bedrijfsruimten op bedrijventerreinen gecontroleerd. Daarom zou het al kunnen helpen om gemeenten sterker te ondersteunen in de inventarisatie van leegstaande bedrijfsruimten.
De volgende vraag is wat de overheid kan doen om meer leegstaande bedrijfspanden een nieuwe functie te geven. Nu is de inventaris de basis voor heffingen, als de leegstand blijft duren. Maar een groot effect hebben die niet gehad: de cijfers blijven redelijk constant. Al zou het wel helpen om de heffingen te verhogen en meer subsidies uit te betalen bij een herinvulling.
Een basisprobleem blijft dat het veel goedkoper is om nieuwbouw te zetten op een maagdelijk terrein dan een oud, versleten bedrijfspand te renoveren en mogelijk ook de bodem te saneren. Er is bovendien een zeer groot aanbod aan vrijliggende bedrijventerreinen, het gaat om duizenden hectaren. En met voorstellen voor nieuwe bedrijventerreinen, zoals recent op de Groene Delle in Limburg, wordt dat aanbod nog wat groter.
Logisch dus dat er weinig vraag is naar leegstaande bedrijfsgebouwen. Zolang de overheid blijft inzetten op nieuw aanbod aan bedrijfsgronden, zal dat ook zo blijven. Het nieuwe aanbod slechts druppelsgewijs op de markt brengen kan al helpen. Daarnaast kan de overheid het prijsverschil tussen nieuwbouw en renovatie bijpassen en zo de leegstand echt aanpakken.
Een andere optie is afbreken en teruggeven aan de natuur. De Vlaamse overheid wil inzetten op ontharding en het herstellen van het watersysteem, om zo beter gewapend te zijn tegen periodes van droogte. Hier ligt een open doelkans.