West-Afrika, en Senegal in het bijzonder, heeft al lang te lijden onder grote industriële vissersvloten die er de zee leegroven. Europese en Aziatische bedrijven maken gebruik van de lockdown-maatregelen om het visbestand nog verder uit te putten. De grootste slachtoffers zijn de lokale gemeenschappen en de vrouwen die voor hun inkomen afhankelijk zijn van de artisanale visvangst.
De vicieuze cirkel van roofbouw waarin deze gemeenschappen de afgelopen decennia verstrikt zijn geraakt, toont aan hoe industriële actoren niet alleen de oceanen leeg vissen, maar ook oneerlijke concurrentie zijn voor de plaatselijke bevolking. Onderzoek van Greenpeace Afrika, gepubliceerd in het nieuwe rapport Seasick: As COVID-19 locks down West Africa, its waters remain open to plunder bewijst dat de internationale visserijsector minder onderhevig is aan de Covid-beperkingen dan de lokale artisanale vissers en de vrouwen die de vis verwerken.
Deze vrouwen zorgen voor lokale toegevoegde waarde en maken dat mensen toegang hebben tot een betaalbare bron van hoogwaardige proteïnen. In de wetenschap dat 43 miljoen West-Afrikanen dit jaar allicht te kampen zullen krijgen met voedselonzekerheid terwijl ze 70% van hun proteïnen uit kleine vissen zoals sardientjes halen, is het ontstellend dat er tonnen verse vis verdwijnt in het toenemend aantal fabrieken die visolie en veevoer produceren. Deze fabrieken mochten net als de industriële visserijvloten blijven produceren tijdens de lockdown. Ze respecteren bovendien de wetgeving niet en verkrijgen hun licenties vaak in duistere omstandigheden.
De plaatselijke regeringen zien vaak pas veel te laat in wat de gevolgen zijn van de monopoliepositie van een handvol industriële visserijbedrijven. Ze lijken ook geen lessen te trekken uit het verleden en de lokale gemeenschappen moeten zelf opkomen voor hun recht op voedsel, een basisinkomen en een gezonde leefomgeving.
Intussen blijven de Europese en Aziatische markten gretige afnemers van visolie en veevoer, voor de industriële vis- en veeteelt. Reden genoeg dus om te kiezen voor ecologische en zoveel mogelijk plantaardige alternatieven op je bord!
Greenpeace vraagt dat er onmiddellijk een stop wordt gezet op de industriële veevoerfabrieken, dat de lijst van schepen die in Senegalese wateren mogen vissen gepubliceerd wordt en dat de lokale vrouwen officieel het statuut van visverwerker krijgen.
Op internationaal vlak blijven we ijveren voor een nieuw ambitieus oceanenverdrag dat het kader moet scheppen voor de bescherming van minstens 30% van de oceanen tegen 2030. Dat kan destructieve industrieën zoals de roofbouwvisserij in West-Afrika mee aan banden helpen leggen.
Teken de petitie om de oprichting van mariene reservaten te eisen