Laurien Spruyt
Klinkt groener dan ie in werkelijkheid is: de plug-inhybride. - © Ralph Hutter
Plug-inhybrides lijken een aantrekkelijk alternatief voor de klassieke diesel- of benzinewagen en worden door autofabrikanten ook als milieuvriendelijk gepromoot, omwille van hun zogenaamd hoge elektrische bereik. Op die manier hopen fabrikanten hun Europese CO2-normen te halen. Maar de realiteit is minder rooskleurig, met opvallend hogere brandstofkosten en -uitstoot dan de consument beloofd wordt.
Plug-in hybridewagens zijn gemiddeld 61 procent minder zuinig dan fabrikanten beweren, zo blijkt uit nieuw onderzoek van de Britse consumentenorganisatie Which. Bezitters van zulke wagens hebben jaarlijks gemiddeld 460 euro meer brandstofkosten dan hen beloofd was bij aankoop van de wagen.
Zo detecteerde Which dat de BMW X5 Plug-in hybrid luxury SUV slechts 22 kilometer kan afleggen met één liter brandstof, terwijl de producent beweert dat de wagen een brandstofefficiëntie van 80 kilometer per liter heeft. De wagen is dus 72 procent minder efficiënt dan BMW claimt. En dit resulteert dus jaarlijks in 782 euro extra brandstofkosten voor de mensen die zo’n wagen kopen. Hetzelfde zien we bij de Mercedes-Benz GLE Plug-in hybrid, die in realiteit 44 kilometer per liter brandstof aflegt, terwijl Mercedes een efficiëntie van 133 kilometer per liter voorlegt. Een efficiëntieverschil van 67 procent dus, en jaarlijks 370 euro aan extra brandstofkosten.
De beweringen van de fabrikanten over het brandstofverbruik zijn gebaseerd op de WLTP-testcyclus, die sinds 2017 de officiële norm is en de NEDC-testcyclus vervangt, die onder vuur kwam te liggen tijdens het Dieselgate-schandaal. De WLTP test wordt geacht een realistischere weergave van de werkelijke rijomstandigheden te geven.
Which gebruikte strengere testen met zwaardere testcycli, waaronder een unieke snelwegtest, om het realistisch gebruik van de wagen beter te repliceren. Daarnaast berekende Which ook het brandstofverbruik voor plug-inhybrides door ze elk over een vaste afstand te laten rijden met de accu's in verschillende oplaadstanden. Dit is een belangrijk verschil met de WLTP-test, waar het aantal kilometer per liter brandstof wordt berekend op basis van de elektrische actieradius van het voertuig.
Bron: Transport & Environment
De ideale wereld versus de realiteit
Ook Transport & Environment berekende afgelopen najaar dat plug-inhybrides in realiteit 2,5 keer meer uitstoten dan de testresultaten weergeven. Hoe komt dit? Eigenaars van zulke wagens laden hun elektrische motor meestal niet frequent op. Het gebrek aan publieke laadinfrastructuur kan hiervoor een verklaring zijn, maar ook nonchalance speelt een rol. Het is per slot van rekening niet noodzakelijk om de wagen voort te drijven, dus waarom telkens die moeite doen?
Daarnaast gebruiken de wagens ook als ze zogezegd emissievrij rijden hun verbrandingsmotor. Bijvoorbeeld op koude dagen, als de wagen moet verwarmd worden, of als je de voorruit wil ontmisten, of als de wagen sneller rijdt dan de elektrische modus toelaat. In realiteit rijden plug-inhybrides zelden op 100 procent elektrische modus, zelfs voor korte afstanden. Dit is zeker het geval voor de zware SUV-modellen, die in vergelijking met het totale gewicht van de wagen een relatief kleine elektrische motor hebben.
Nieuw lid van fossiele familie
De conclusie is dat plug-inhybrides op vlak van uitstoot veel vergelijkbaarder zijn met fossiele wagens dan met batterij-elektrische voertuigen (zie grafiek). In de wetgeving verdienen deze voertuigen daarom absoluut geen andere behandeling dan fossiele diesels en benzines. Ze brengen ons in realiteit slechts een beperkte winst op vlak van uitstoot, maar leiden niet tot de noodzakelijke shift naar zero-emissies in transport die nodig is om de klimaatdoelstellingen te realiseren. Verschillende Europese landen hebben een datum afgesproken waarin ze wagens met een verbrandingsmotor willen uitfaseren. Plug-inhybrides moeten hier ook deel van uitmaken. In ons land wil men vanaf 2026 enkel nog elektrische bedrijfswagens fiscaal bevoordelen. Ook hier is het belangrijk dat de hybrides niet binnensluipen. Elektrische wagens met batterij zijn het enige en meest efficiënte en schone alternatief.
Daarnaast is het hoog tijd dat het gesjoemel met de uitstoot van wagens stopt. Zowel consumenten als het klimaat hebben recht op correcte informatie.
Herbeluister het interview op Radio 1 (Nieuwe Feiten)