Erwin Cornelis

© Michael Marais

Een elektrische auto die thuis geparkeerd wordt, heeft doorgaans nog voldoende stroom in de batterij zitten om een gezin voor een aantal dagen aan stroom te voorzien.

De wagen van de toekomst is niet alleen een elektrische wagen, maar ook een wagen die stroom aan het net kan terugleveren. Bidirectioneel laden heet dat, ook wel Vehicle-to-Grid of iV2G. En dat deze toekomst niet zo veraf is, bewijst Utrecht. Met nu al 400 dergelijke laadpalen, is Utrecht zijn tijd ver voorop.

Baanbrekende burgers
Het begon allemaal in 2015 toen burgers van de Utrechtse wijk Lombok de handen in elkaar sloegen om in hun wijk een supersnel internetnetwerk uit te bouwen. Om hun project financieel interessanter te maken, legden ze er ook een stroomkabel naast en bouwden ze lokaal een micronet uit. Dat was een stimulans om schooldaken vol te leggen met zonnepanelen. Op zijn beurt was dat aanleiding om een eerste klassieke laadpaal te installeren en deelauto’s uit te rollen, omdat zo de zonnestroom beter ten gelde gemaakt kon worden.

Maar het werd snel duidelijk dat het nog beter kon. Een elektrische auto, die thuis geparkeerd wordt, heeft doorgaans nog voldoende stroom in de batterij zitten om het huisgezin voor een aantal dagen aan stroom te voorzien. Dus rijpte in Utrecht heel snel het idee om met de laadpalen niet alleen te laden, maar ze ook te gebruiken om stroom terug te injecteren. Zo hoeft het gezin in de avondpiek geen duurdere stroom aan te kopen en wordt het stroomnet beter benut.

Wereldprimeur
Om dat mogelijk te maken, moest Utrecht wel zelf eerst het pad effenen, want noch bidirectionele laadpalen, noch bidirectionele auto’s waren zomaar beschikbaar. In 2016 tekende Utrechtse partners met Renault een samenwerkingsverband voor de ontwikkeling van elektrische wagens die stroom kunnen terugleveren.

Ondertussen ontwikkelde Utrecht samen met andere partijen een bidirectionele laadpaal. Ze legden ook een protocol vast om auto, paal en net vlot met elkaar te laten communiceren.

Op 21 maart 2019 was het zover: de eerste bidirectionele laadpaal werd in het bijzijn van Koning Willem-Alexander in dienst genomen. Ook de CEO van Renault was van de partij, want het bedrijf had net twee prototypes van de bidirectionele Renault ZOE geleverd. Die luister was terecht, want tot hun eigen verbazing bleek Utrecht op vlak van V2G een wereldprimeur te hebben neergezet.

Het is duidelijk dat Utrecht niet over één nacht ijs gegaan is: het vergde visie, ambitie, durf, doorzettingsvermogen en een goede samenwerking.

Opschaling
Nu het pad geëffend is, gaat het hard. Intussen beschikt Utrecht en omstreken over ruim 400 bidirectionele laadpalen. Zo herbergt de stad ‘s werelds grootste bidirectioneel laadpark met 60 stations -met telkens twee laadpunten en een tweede laadpark met 125 stations en 250 laadpunten is in aanbouw.

Dat blijft niet onopgemerkt, getuige het samenwerkingsakkoord dat Hyundai in april van dit jaar met Utrechtse partners ondertekende, om er de IONIQ 5, haar eerste bidirectionele productie-auto, te testen en grootschalig in te zetten.

Niet over één nacht ijs
Het is duidelijk dat Utrecht niet over één nacht ijs gegaan is. Het vergde visie, ambitie, durf en doorzettingsvermogen om zo ver te komen. En ook een goede samenwerking: niet minder dan tien partners hebben elk een inbreng in dit succesverhaal: van stadsontwikkelaars, laadpaalinstallateurs tot leveranciers van deelmobiliteit.