Koopkrachtplakkaat

EnergieplakkaatC

173646265 10222054268599783 1356797931624160070 n

Delen van artikels

Vrede vzw is zeer tevreden met het advies van het Vlaams Vredesinstituut (VVI) dat een duidelijke richting aangeeft in de acties die België moet ondernemen om effectief werk te maken van kernontwapening. Het VVI is een adviesorgaan van het Vlaams parlement dat maatschappelijk en partijpolitiek pluralistisch is samengesteld.

In dit advies formuleert het VVI ook aanbevelingen aan de Belgische regering. In de eerste plaats moet er transparantie zijn over de aanwezigheid van nucleaire wapens op Belgisch grondgebied. De VS-kernbommen in Kleine-Brogel zijn er gekomen op basis van een geheim akkoord tussen de VS en België begin de jaren 1960. Een parlementair debat over hun aanwezigheid is al decennia onmogelijk. De regering weigert te bevestigen of ontkennen dat de kernwapens er liggen. Transparantie moet een politiek debat mogelijk maken en ervoor zorgen dat ons publiek juist geïnformeerd is.

Het VVI vraagt verder dat ons land in maart dit jaar als waarnemer deelneemt aan de eerste ‘Meeting of State Parties’ (MSP) in Wenen, van het nucleair Verbodsverdrag (TPNW), dat begin dit jaar in werking is getreden. Meer nog: het VVI vindt dat ons land “op termijn” het TPNW moet ondertekenen en ratificeren.
Het is wellicht de eerste keer dat een officieel orgaan van een NAVO-lidstaat dit zo expliciet stelt. De NAVO, die zichzelf definieert als nucleaire alliantie, zet haar lidstaten onder druk om het TPNW te verwerpen. Maar er groeit dissidentie. NAVO-lidstaat Noorwegen heeft onlangs laten weten als waarnemer aan de MSP deel te nemen.

De Belgische minister van Buitenlandse Zaken liet zich deze week uitermate negatief uit over het TPNW dat volgens haar “niet het juiste instrument is om onze doelstelling te bereiken”. Ze kondigde ook aan dat België in de Algemene Vergadering van de VN – net als vorig jaar - een resolutie zal verwerpen die het TPNW verwelkomt. Nochtans stelt het regeerakkoord dat de regering zal onderzoeken of het Verbodsverdrag een nieuwe impuls kan geven aan het nucleaire ontwapeningsregime.

Vrede vzw verheugt er zich vooral over dat het VVI ons land vraagt om samen met de andere gastlanden van VS-kernwapens, zoals Nederland en Duitsland, tot een akkoord te komen met Washington over de terugtrekking van de tactische kernwapens uit Europa. Indien dat niet lukt “dient België in overleg met de VS te beslissen deze kernwapens van het Belgisch grondgebied te verwijderen en de modaliteiten van de terugtrekking (waaronder de F-35 gevechtsvliegtuigen) te bepalen”, aldus het VVI.

Naar het Vlaams Parlement toe adviseert het VVI om een resolutie aan te nemen die “oproept om voortbouwend op de vorige resoluties, de kernwapens uit Vlaanderen te verwijderen”. Ook moet Vlaanderen op vlak van onderwijs en vredeseducatie inzetten op een “beter geopolitiek begrip van de wereld en de problematiek van nucleaire wapens”.

Vrede vzw vindt dat de Belgische regering haar verantwoordelijkheid moet opnemen en de daad bij het woord voegen. Keer op keer herhalen onze ministers het belang van een kernwapenvrije wereld, maar verdedigen ze het NAVO-beleid van nucleaire afschrikking en taakverdeling. Hoe geloofwaardig is onze regering met haar pleidooien voor kernontwapening als vanaf volgend jaar nieuwe ‘bruikbare’ B61-12 kernbommen worden opgesteld en de bestelde F-35 gevechtsvliegtuigen contractueel zijn uitgerust met een nucleaire capaciteit.

België moet haar woorden in daden omzetten en binnen de NAVO en de Verenigde Naties tonen dat kernontwapening niet bij woorden blijft door het TPNW te ondertekenen en de kernbommen uit het land te verwijderen, net zoals het VVI ook adviseert.