Afgelopen week was er een vergadering van een V.S. delegatie met de Venezolaanse President Maduro. Wacht even, de V.S. erkennen Maduro toch niet? Had dat niet Guaidó moeten zijn?

Natuurlijk niet. President Biden weet maar al te goed dat enkel Maduro kan beslissen over de grootste aardolievoorraad ter wereld. En die heeft Biden nodig.

De V.S. willen meteen af van de grondstoffen uit Rusland. Zo erg afhankelijk zijn ze weliswaar niet, maar er is wel vervanging nodig. En Venezuela is één van de landen die daar kunnen voor zorgen.

Wat er precies is besproken, weten we niet. Vandaag zegt de woordvoerder van het Witte Huis, Jen Psaki, dat er helemaal niet over de import van Venezolaanse olie is gesproken. En ja, dat de V.S. Guaidó blijven erkennen als legitiem leider van een ‘interimregering’. Dat laatste was wel nodig, want Guaidó was razend, hij was niet eens op de hoogte gebracht van het hoge bezoek in Caracas. Er werd aardig wat afgelachen op de sociale media.

Er werd natuurlijk wel degelijk over de mogelijke olie-import uit Venezuela gesproken! En over een al dan niet gedeeltelijke opheffing van de sancties. En over een herziening van de diplomatieke relaties tussen Rusland en Venezuela, en over andere voorwaarden die Maduro ongetwijfeld heeft gesteld. Ja, het ging wel degelijk over ‘energie en veiligheid’ gaf het Witte Huis toe.

Details werden niet bekend gemaakt. We weten wel dat Maduro beloofde de dialoog met de oppositie weer op te nemen. Als blijk van goede wil liet hij ook twee V.S. gevangenen vrij: Gustavo Cardenas van olieraffinaderij CITGO en een V.S.-burger met Cubaanse roots, Jorge Alberto Fernandez.

Guaidó was niet de enige die boos werd. Ook buurland Colombië heeft lange tenen. Wij kunnen meer olie leveren dan Venezuela, zei President Duque. Hij kreeg meteen een troostprijs: Colombië wordt één van de belangrijkste bondgenoten, zonder lid te zijn van de NAVO. Plus twee miljoen vaccins om Venezolaanse migranten van COVID-19 af te helpen.

Het klopt natuurlijk dat Venezuela niet zo immens veel olie kan oppompen. Momenteel is het nauwelijks 755 duizend vaten per dag en de V.S. willen er minimaal twee miljoen. Het kan, zegt Maduro, maar insiders beweren dat daarvoor wel miljoenen Dollar investeringen nodig zijn en dat het vier tot vijf jaar kan duren.

Geopolitiek gaat niet over vriendschap en broederschap. Wie het meest voordeel kan halen uit het opheffen van het olie-embargo is Chevron, het enige V.S. bedrijf dat nog in Venezuela aanwezig is en eveneens lijdt onder het embargo. Het bedrijf werkt samen met PVDSA en kreeg een vergunning in 2019, op het ogenblik dat het embargo werd ingesteld. Die vergunning loopt af in juni van dit jaar en voor Chevron hangt er ontzettend veel van af in termen van een miljoenenschuld.

Hoe dan ook staat de ‘hechte band’ tussen Rusland en Venezuela op de helling, want met de sancties tegen Rusland zijn ook de tegoeden van Venezuela op Russische banken bevroren en dat komt hard aan.

Kortom, het is nu zoeken naar wederzijdse belangen. Dat spelletje met Guaidó was leuk, maar als Maduro olie kan leveren wordt hij onze beste vriend. Dit week-end waren er trouwens ook gesprekken met de Europese Unie. Iedereen is blijkbaar bereid erg veel water in de wijn te doen voor wat zaakjes met ‘de dictator’.