Pleidooi voor een onuitgegeven linkse coalitie in 2024
Er wordt gespeculeerd over een Vlaamse regering met Vooruit en N-VA in 2024, maar echte verandering zou er pas komen met een coalitie tussen Vooruit, PVDA, Groen en CD&V.
'Een regering vormen is niet alleen ideologie, maar ook rekenkunde', zo verduidelijkte Conner Rousseau (De Morgen, 08/05/2022) het politieke (eind)spel nadat de stemmen geteld zijn. Hij had het dan over een eventueel samengaan van Vooruit met N-VA. Maar de rekenkunde gebiedt om deze oefening ook te maken voor een mogelijke coalitie met Vooruit, PVDA, Groen en CD&V. Een regering die pas echt voor verandering zou zorgen.
DEMOGRAFISCHE EVOLUTIES
Iedereen is uitgenodigd, of gewaarschuwd, om de kiesuitslagen van 2024 nauwgezet te analyseren. Zeker ook in het perspectief van 2029, wanneer allicht de echte slag om de kiezer zal gebeuren. De demografische schok in 2024, en zeker in 2029, zal zorgen voor een land en gewest waarin de inwoners met migratieachtergrond zich niet alleen wetenschappelijk en cultureel, maar ook politiek, steeds meer zullen laten gelden. Partijen die nu de belangen van de nakomelingen van de migratie vertolken, zitten in de lift. Ook al worden deze er nog niet ten volle in weerspiegeld. 'Demografie is de basis van elke sociale wetenschap', zo oreerde prof. Van Mechelen in 1968 in de cursus Statistiek in de 1ste kandidatuur Pol & Soc in Leuven. Niemand die dat toen kon begrijpen of geloven. Nu, 54 jaar later, wordt de samenleving gevormd naar onder meer de impact van de migratie en wat 'rekenkundig' vast te stellen is. Rechts en extreemrechts, en daarmee bedoel ik N-VA en Vlaams Belang, moet het daarbij vooral hebben van een ouder wordende bevolking van Belgische afkomst in landelijke gemeenten en kleinere steden die alsmaar meer mee bevolkt worden door verhuizende inwoners met migratieachtergrond uit de grotere steden, van een kleine en marginale groep doldraaiende fascistische jongeren en van een subklasse van culturele, wetenschappelijke en media epigonen die in Doorbraak opgevoerd worden voor 'minder dan een mening'.
Wat is de 'rekenkundige' evolutie van de kiesuitslagen in de loop van het voorbije decennium, 2010-2019? Daarbij is ook de analyse van sociale kenmerken, die samengaan met de kiesresultaten van 2019 én de drastische verschuivingen die zich hebben voorgedaan tussen 2018 en 2019, van belang. Die analyse leert veel over de evoluties van het toekomstige politieke landschap, over de kenmerken van gemeenten en regio's die de opgang of versterking van linkse partijen gaan bewerkstelligen, en over de kenmerken die de onontkoombare afgang van N-VA en Vlaams Belang inhouden, vooral op demografisch vlak.
GAAT N-VA-VLAAMS BELANG VERDER BERGAF IN 2024?
In 2019 zorgde de verkiezingen voor een ommekeer. In vergelijking met de verkiezingen van 2018, betaalde niet alleen N-VA cash voor het doen vallen van de regering over het zogenaamde 'Marrakesh-akkoord', waar later niets meer van gehoord werd. Waar N-VA en Vlaams Belang tot 2018 als communicerende vaten de rechtse en extreemrechtse kiezer onder elkaar (her)verdeelden, was het nu CD&V die in de landelijke gemeenten in West- en Oost-Vlaanderen, Haspengouw en de Kempen kiezers zag overgaan naar Vlaams Belang, waarbij ook Vooruit en Groen in de klappen deelden. Enkel PVDA kon met de hakken over de sloot voor het eerst de kiesdrempel halen in Vlaanderen. N-VA bleef stabiel in 2019, maar zag dus Vlaams Belang voor het eerst kiezers afromen van de klassieke partijen.
De groei van Vlaams Belang in 2019 was echter in feite een anomalie, een 'accident de parcours' in de neergang die haar na 2010 steil bergaf deed gaan naar 5,8% in 2014, waar ze als communicerend vat dienst deed voor N-VA. Gaat N-VA-Vlaams Belang verder in neergaande zin ten aanzien van 2010? En komt, in dat scenario, de mogelijkheid open voor een onuitgegeven linkse coalitie van Vooruit, PVDA, Groen en CD&V als Vlaamse regering in 2024, voortgaande op 61,2% niet-N-VA- en niet-Vlaams Belangstemmen ( TABEL 1 )?
Zo'n alternatieve, of onuitgegeven linkse, coalitie is hoe dan ook maar mogelijk als PVDA voldoende stemmenwinst realiseert én als er een progressief-linkse eenheid kan worden gevormd. Dat wil zeggen, als de ideologische verschillen kunnen worden overbrugd. Open VLD, met een naar links opschuivend kiespubliek, zou op de valreep hierin de beslissende stem kunnen krijgen, maar dat soort strategische overwegingen hangt van de uitslag in 2024 zelf af.
VOLGT PVDA HET PAD VAN PTB?
In 2018 zat PVDA met 3,2% in zak en as: amper 0,4% meer dan in 2014 en geen verkozenen. Maar in 2019, slechts een jaar later, besliste 'het volk' er anders over met 5,6% voor PVDA. Dat was +2,4% meer dan het jaar voordien en goed voor 4 verkozenen in het Vlaams parlement.
PTB-GO! (Gauche d'Ouverture/Open voor Links!) was de trigger om PTB in Wallonië en ook in Brussel op de kaart te zetten, met twee verkozenen van PTB-GO! in 2014. Onder deze partijnaam zorgde Raoul Hedebouw met pittige interventies in het federale Parlement voor een nieuwe wind. In PTB-GO! werden de restanten van trotskistische partijen en van de Parti Communiste Belge verzameld, met de steun van 150 voortrekkers in de culturele, wetenschappelijke en syndicale wereld.
Misschien kan een aangepaste versie van PTB-GO! de springplank worden voor verdere groei en, wie weet, beleidsdeelname op een onderhandeld programma. Een extrapolatie van de stemuitslag van 2014- 2019 naar 2024 van de uitslagen van PVDA toont een stijging naar 11,4%; een extrapolatie van 2018-2019 naar 2024 een stijging naar 15,6%, als de tussentijdse jaren geïnterpoleerd worden. Hiermee zou PVDA mogelijk al N-VA als grootste Vlaamse partij na Vlaams Belang voorbijsteken, en initiatiefrecht kunnen krijgen voor regeringsvorming in een onuitgegeven coalitie. Of ze moest dit eventuele momentum te vroeg vinden en hun boontjes te week leggen tegen 2029. Wat het ook wordt, veel zal ervan afhangen of PVDA in Brussel of Wallonië aan zet komt, en of ze er eventueel zelfs beleidspartij wordt. Dat kan ook de poort openen in het Vlaams gewest.
HOE ZULLEN VOORUIT, GROEN EN CD&V EVOLUEREN?
De vraag blijft uiteraard hoe de andere partijen van zo'n eventuele onuitgegeven coalitie met Vooruit, PVDA, Groen en CD&V zullen evolueren? Is er voor hen heropstanding of verdere afgang? Zal Groen eindelijk haar thema's en potentieel kunnen benutten? Zal het christelijke vermogen, haar beheerders in gezondheid, welzijn en cultuur, en de christelijke werknemersbeweging de politieke agenda van CD&V kunnen bepalen? Een vijfde van de toegevoegde waarde en een kwart van de tewerkstelling, hangt rechtstreeks van haar af. Als de politiek de voortzetting is van de economische macht, dan zal CD&V (opnieuw) op de kaart komen.
Wie weet waren Jozef Cardijn en Arthur Haulot verre voorlopers op de synergie tussen Vooruit en CD&V in zo'n mogelijke, onuitgegeven coalitie in 2024?
'En nu Vooruit' was de klassieke afsluiter van toespraken van de Belgische priester Jozef Cardijn (1882-1967), een slogan die recent werd opgepikt en vastgelegd door de Organisatie Socialistische Partij als websitenaam; kwestie dat niemand anders met de naam Vooruit aan de haal kon gaan. Gevangen gezet in Sint-Gillis door de bezetter in de Tweede Wereldoorlog, werd door Jozef Cardijn en Arthur Haulot van de Socialistische Jonge Wacht de Nationale Raad voor de Jeugd voorbereidt. Misschien, wie weet, waren ze verre voorlopers op de synergie tussen Vooruit en CD&V in zo'n mogelijke, onuitgegeven coalitie in 2024? Ook niet vergeten dat zowel Groen (denk aan jezuïetenpater Versteylen) als PVDA/PTB wortels hebben in het christelijke gedachtengoed, onder meer in het rode boekje van de Kristelijke Werknemersbeweging (KWB) dat in 1963 het rode boekje van Mao in 1964 voorafging.
KENMERKEN VAN GEMEENTEN WAAR PARTIJEN GOED OF MINDER ZULLEN SCOREN IN 2024
De meeste onderzoeken naar stemgedrag focussen op individuele kenmerken van de onderzochte respondenten. Dat is waardevol, zoals uit de RepResent-onderzoek 'Proteststem of ideologische stem?' (KUL, ULB, VUB) en 'De stemming' (VRT NWS) blijkt. Maar men kan ook de socio-economische kenmerken van gemeenten nagaan, net als de relatie met de stemuitslagen in de gemeenten.
De Pearsons correlatiecoëfficiënt geeft hiervoor een aanduiding. Deze coëfficiënt gaat de correlatie na van een socio-economisch kenmerk en de kiesuitslag van een partij, door een rangorde van gemeenten op te maken voor een socio-economisch kenmerk en daarnaast de rangorde te leggen van deze gemeenten volgens stemuitslag en na te gaan hoe sterk ze overeenkomen: coëfficiënt 1 is volledig samengaand, -1 volledig tegengesteld, 0 is volledig geen verband. Een coëfficiënt tussen 1 en 0 geeft de mate van het samen voorkomen aan, tussen 0 en -1 het omgekeerde. Die samenhang is voor honderden kenmerken geanalyseerd ( TABEL 5 ).
De sterkste correlatie die in TABEL 5 wordt vastgesteld, is deze van het percentage van de 18-64-jarigen die een RVA-uitkering genieten zonder beschikbaar te zijn om te werken – diegenen die Vlaams Belang nog al eens vlug de 'profiteurs' van de sociale zekerheid noemt en daarmee de inwoners met migratieachtergrond bedoelt (die, in tegenstelling tot wat rechts en extreemrechts denken, wél beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt). Ook gemeenten met een hoog percentage werkend in industriële sectoren, bouw en energie matchen met een stem voor Vlaams Belang. Arbeidersgemeenten tonen geen verband met een stem voor PVDA. In gemeenten met een hoger percentage moslims wordt wel in meerdere mate voor PVDA gestemd. In dezelfde lijn correleert stemmen voor PVDA met een hoger percentage inwoners met niet-Europese migratieachtergrond en Belg geworden vreemdelingen. Groen matcht niet met arbeiders; ze moet het hebben van hoger opgeleiden en bedienden uit de tertiaire sector. N-VA is de partij met het meest verschillende publiek, zonder verband met Belgen met Belgische achtergrond (die wel sterker terug te vinden zijn bij Vlaams Belang). Gemeenten waar meer dan elders Italianen wonen, scoren lager voor Vlaams Belang. En CD&V heeft een lager kiesresultaat in gemeenten met inwoners uit zwart-Afrika.
BIJKOMENDE KIEZERS, BLANCO/ONGELDIG, NIEUWE EN OVERLEDEN KIEZERS
Belangrijk om na te gaan, is het samengaan van een blanco/ongeldige stem van mensen die zich naar het stemhokje verplaatst hebben (4,6% van de stemplichtigen), met de uitslagen van de partijen, en ook met diegenen die niet zijn gaan stemmen (7,4% van de stemplichtigen, 11% in Antwerpen). Dit zijn onderscheiden groepen die verschillend samengaan met kiesuitslagen. Ten slotte komt in TABEL 6 ook de correlatie in beeld met 351.991 jongeren die in 2024 18 jaar geworden zijn en dus stemplichtig zijn (7,6% van de stemplichtigen) en de 329.874 stemplichtige Belgen (helft van de huidige 75+) die overleden zijn. Daarbij voegen zich 80% van de 89.033 Belg geworden vreemdelingen die gedurende de vijf voorafgaande jaren aan de verkiezingen in 2024 Belg geworden zijn (1,8% van de stemplichtigen).
Alles samen is er dus een wisseling en toevoeging van 9,5% van stemplichtigen en zijn er 11% van de stemplichtigen die hetzij blanco/ongeldig, hetzij niet zullen stemmen. In totaal kunnen partijen de stem van deze 20% proberen te verwerven, het merendeel daarvan zijn inwoners met migratieachtergrond. Wie het evidente doet, en moslima's met hoofddoek op de kiesaffiches zet, zal zowel het nieuwe kiespubliek als de niet-stemmers aanspreken, en hun stem kunnen winnen.
Groen haalt haar potentieel in gemeenten die in 2024 nieuwe kiezers leveren, maar waar in vorige verkiezingen minder stemplichtigen zijn gaan stemmen. In gemeenten met een groter aantal kiezers met een effectieve stem haalt CD&V een hoger percentage. Waar veel blanco en ongeldig gestemd wordt, zien we de sterkste correlatie met stemmen voor N-VA. Vlaams Belang heeft een negatieve correlatie met gemeenten waar veel nieuwe stemmers zich zullen aanbieden in de stemhokjes.
Er dient dus rekening gehouden met een 'demografische' schok. In de beslissing om een 'kiespauze' van vijf jaar te voorzien, heeft allicht meegespeeld dat de demografie haar werk zou doen in het nadeel van extreemrechts. En in 2029 zal de demografie het kiesveld nog grondiger beïnvloeden. Dan kan ze voor de echte switch in het Vlaams gewest zorgen. Beleidsvoerders kunnen dus maar beter vooruitziend zijn. Zoals ze dat in de jaren 1960 waren, om langs migratie en gezinshereniging de grotere steden voor een demografische ramp en uitsterven behoed te hebben.
MOGELIJKE BELEIDSPUNTEN VAN EEN LINKSE COALITIE IN 2024.
Volgende concrete beleidspunten kunnen al aan Vooruit, PVDA, Groen en CD&V voorgelegd worden, met de vraag hun positie te bepalen. (Klimaat, energie en buitenlands beleid worden hier besproken, gezien hun verbondenheid met het federale niveau)
Samenleving & Politiek, Jaargang 29, 2022, nr. 8 (oktober), pagina 29 tot 36
Bron: https://sampol.be/2022/10/pleidooi-voor-een-onuitgegeven-linkse-coalitie-in-2024