Zopas herdachten Britten, Ieren en Belgen probleemloos de honderdste verjaardag van de glorievolle Slag van Menen. Op 7 juni 1917 was het mensdom inderdaad getuige van de alsdan grootste dynamietontploffing in de geschiedenis. Vlaggen en muziek, actie en emo, royals en toneel! En hoho – kijk eens naar die gek dansende Maori! We zagen ook wel veel ernstige gezichten. En kindjes, want die doen het ook altijd goed.
Het is fijn onze doden te eren, maar met zijn vijftigduizend slachtoffers was het militaire resultaat van deze veldslag zero. Dit was een spektakelvariante van een van de vele nutteloze massaslachtingen waarin de grote mogendheden in 1914-1918 hun jeugd soms met vele honderdduizenden tegelijk rücksichtloss de dood injoegen. Hulde aan de natie? Nee toch.
De overgave waarmee we de Eerste Wereldoorlog herdenken heeft me altijd verbaasd. Het verstand staat dan op nul, zoveel is zeker. Deze herdenkingen verglijden steeds meer naar opgepept landennationalisme en nostalgie gecombineerd met soldaatje spelen. Nee, de gekte is nog lang niet voorbij. Dat belooft voor 2018.
11 november mag dan al een belangrijke dag zijn, het einde van de Eerste Wereldoorlog kwam er pas in 1919 met het Verdrag van Versailles, dat de kiemen legde voor de nieuwe wereldoorlog. Wat herdenken we eigenlijk op die novemberdag, behalve het einde van zinloze slachtpartijen en de voorzetting van heel foute geopolitiek?
Wat minstens evenzeer moet verbazen is het kwakkele tot onbestaande herdenkingsbeleid in België om en rond de Tweede Wereldoorlog. Nemen we bijvoorbeeld 8 mei, de capitulatie van nazi-Duitsland. Zeer velen weten niet waar die dag voor staat. Een werkdag zoals alle andere.
Toch kan een heel sterke balans worden voorgelegd. Niet in mensenlevens, wel omdat de nederlaag van Duitsland ook de overwinning van de democratie betekende. Veel meer dan de Eerste Wereldoorlog, was de Tweede een titanenstrijd tussen ideologieën, tussen democratie en dictatuur. Met de overwinning van het democratische systeem begon bovendien de Europese eenmaking. 8 mei is een van de belangrijkste data in onze geschiedenis.
Vele landen hebben dat zo begrepen en een aangepast herinneringsbeleid uitgebouwd. Frankrijk voerde 8 mei als vrije dag in. Ook het Verenigd Koninkrijk en andere Europese landen vieren rond 8 mei bevrijdingsdag. Nederland houdt op 4 mei een minuut stilte, die avond herdenken de Nederlanders ook hun doden. En op 5 mei, vrije dag, viert heel Nederland de bevrijding. Dat zijn belangrijke momenten van sociale cohesie waarbij de herinnering wordt verbonden met basiswaarden zoals vrijheid en verdraagzaamheid, in de context van een Europees natieproject.
België, een moeilijk verhaal
Wat liep dan fout in België? Omdat het land al in september '44 werd bevrijd, zijn er bij ons twee data in het geding. Dat mist de helderheid van een '11 november'. Ook speelt een gebrek aan consensus over de betekenis van de bevrijding een rol. In de jaren 1960-1970 maakte een Vlaamse beweging school die de collaboratie eenzijdig idealiseerde. Ze deed ook schamper over de 'bevrijding', die voor haar enkel gelijkstond met heksenjacht, repressie en willekeur. Intussen is deze kwalijke publieke opinie gekeerd en weggewerkt. Dat is begonnen met een Maurice De Wilde begin jaren '80, nadien overgenomen door een eensgezind gild van historici en journalisten die vanuit onderzoek de publieke opinie hebben ingelicht. De uitbouw in Mechelen van Kazerne Dossin als museum van de Vlaamse gemeenschap, heeft een plaats in die evolutie. We hebben een hele weg afgelegd.
Tot in 1974 kregen de schoolkinderen in België nochtans vrijaf op 8 mei, maar het toen nog nationale ministerie van Onderwijs voerde dit af. Het Brussels Hoofdstedelijke Gewest besliste in 2007 om 8 mei als officiële feestdag te nemen, maar de scholen hebben er geen vrijaf en ook blijven vele administraties doorwerken. Er valt, kortom, in België niet veel te beleven op 8 mei. Business as usual.
Minder feestdagen?
Werkgevers zullen opwerpen dat België eerder nood heeft aan minder officiële feestdagen. Zeker in de meimaand waarin scholen, ambtenaren en banken van de ene brugdag naar de andere hoppen. Maar kan niet wat beknibbeld worden op bepaalde feestdagen? We vieren die maand niet enkel Paasmaandag, maar ook Hemelvaart en tweede Pinksterdag. Past zulks nog in een gelaïciseerde samenleving, waarin bovendien ook andere erediensten markant aanwezig zijn?
Weg met de slag van Menen! Leve de democratie!
Herman Van Goethem
Rector Universiteit Antwerpen
Deze opinie verscheen eerder in De Standaard van 9 juni 2017