Koopkrachtplakkaat

EnergieplakkaatC

173646265 10222054268599783 1356797931624160070 n

Delen van artikels

Warzone 38 of 56 770x382Foto: Vinnie De Craim
Opinie - GuidoDeckers and Beweging Strijdbaar

Het coronavirus heeft veel onzekerheden meegebracht. Maar het virus brengt ook zekerheden met zich mee. De coronapandemie toont nu zeer duidelijk dat een sterke en niet-geprivatiseerde sociale zekerheid, met voldoende personeel en middelen in de gezondheidssector in alle tijden onmisbaar is.

In landen waar dit ontbreekt, zie je onmenselijke toestanden. In een opiniestuk op DeWereldMorgen.be geeft Stefaan Decock (algemeen secretaris ACV Puls) hiervan enkele voorbeelden. Zo schrijft hij: “Stel dat je in Nederland woont, waar grote delen van de zorg in privéhanden zijn, met een ernstig medisch probleem op intensieve zorgen moet worden opgenomen. Dan mag je hopen dat je niet het etiket ‘te oud’ of ‘te kwetsbaar’ krijgt, want dan ga je naar de palliatieve zorg. De koele doelmatigheid voorziet slechts 6,4 intensive care-bedden op 100.000 mensen. België heeft er 15,9.” Aldus Stefaan Decock.

Momenteel proberen een groot deel van de politici ons te laten vergeten dat er sinds de jaren 1980 op de sociale zekerheid werd bespaard en dat grote delen van de gezondheidszorg werden geprivatiseerd. Hoe proberen ze ons dat te laten vergeten? Door zich vandaag charmant te gedragen tegenover de helden. Laten we ons geheugen even opfrissen met een voorbeeld, lang voor de crisis. Dit zei Bart De Wever op 8 januari 2017: ‘De federale regering moet in 2017 haar budget opnieuw onder controle krijgen. En dat kan door te knippen in de sociale zekerheid. Maar daarop besparen, betekent weinig populaire beslissingen nemen’.

Om de afbraak en de privatisering van de sociale zekerheid te stoppen, kan de tijd aan de sociale kant komen te staan. De coronacrisis doet denken aan het boek van Naomi Klein: ‘De shockdoctrine, de opkomst van rampenkapitalisme’. In dit boek stelt Naomi Klein dat de neoliberale ideologie wordt opgedrongen na shocks. Dit zijn gebeurtenissen zoals natuurrampen en oorlogen. De bevolking is verward en niet in staat om zich te verzetten tegen economische hervormingen en zich bezig te houden met politiek. Ze heeft al haar energie nodig om te overleven. Terwijl de bevolking nog in verwarring is, worden publieke voorzieningen snel geprivatiseerd.

Deze methode is zich tijdens de coronacrisis ook al aan het ontwikkelen. Het rechtse kamp is de geesten al aan het bewerken door te herhalen dat we ‘allemaal’ onze verantwoordelijkheid moeten nemen om de schulden terug te betalen, die veroorzaakt werden door de pandemie. Allemaal? En wat dan met de besparingen in de sociale zekerheid, de fiscale fraude, de grote vermogensongelijkheid, de onrechtvaardige belastingen, de al decennialange besparingen op de lonen en de uitkeringen? Laten we de puntjes eens op de i zetten vooraleer we het over ‘allemaal’ hebben.

De hold-up op de sociale zekerheid
Al meer dan dertig jaar kennen de opeenvolgende regeringen loonkostsubsidies toe aan de werkgevers. In 2018 was dit bedrag al opgelopen tot 7,9 miljard euro. Daarbij krijgen de werkgevers ook verlagingen van de werkgeversbijdragen aan de sociale zekerheid. In 2018 was dat voor een bedrag van 2,5 miljard euro.

De taxshift van de regering-Michel deed er nog een schep bovenop. Door deze operatie werden de tarieven van de werkgevers verlaagd van 32,4 procent naar 25 procent. Dit werd gekoppeld aan verminderingen in de personenbelasting. De werknemers zouden ook wat krijgen. Maar tegenover deze verminderingen was de afspraak dat er evenveel nieuwe inkomsten zouden komen. Daarom sprak men van een taxshift: een verschuiving van bijdragen op arbeid naar andere belastingen. Het ging dan vooral over een hogere btw op elektriciteit, hogere accijnzen op diesel, tabak en alcohol, maatregelen tegen fiscale fraude en belastingontwijking, en een verhoging van de belasting op inkomsten uit kapitaal.

Maar wat gebeurde er? De werknemers hebben weinig koopkrachtverbetering gevoeld. Hun verlaging van belastingen werd teniet gedaan door de verschillende verhogingen van consumptiebelastingen en allerhande besparingsmaatregelen. De verhoging van belasting op inkomsten uit kapitaal werd een maatregel die vooral het spaargeld van de middenklasse raakte. Daar tegenover werd aan de grote vermogens niet geraakt en werden de fiscale fraudeurs zo goed als niets in de weg gelegd. De maatregelen tegen hen waren eerder schone schijn. Ze brachten nauwelijks wat op en sommige werden zelfs gewoon terug afgeschaft. Het resultaat: een zware aderlating voor de schatkist en de sociale zekerheid. De Nationale Bank sprak van een gat van 4,8 miljard euro.

De verlaging van de werkgeversbijdragen werd door de regering-Michel gerechtvaardigd door het geloof dat dit jobs zou creëren. Het resultaat ziet er wel anders uit. Er zijn de afgelopen jaren jobs bijgekomen, maar het overgrote deel kwam er door de verbeterde conjunctuur in Europa. In ons land was de toename van tewerkstelling zowat de laagste van Europa. Bovendien ging het in minder dan de helft over voltijdse contracten. Volgens professor Paul De Grauwe gebruikten de Belgische bedrijven de lastenverlagingen niet om jobs te creëren, maar om hun winstmarges te verhogen.

Werkgeversbijdragen zijn een deel van je loon
Iets wat we niet genoeg kunnen herhalen: het begrip werkgeversbijdrage is een fictie! Net als de sociale bijdrage en de belastingen op je brutoloon, is de werkgeversbijdrage ook een deel van je loon. De werkgeversbijdrage is een percentage boven op het brutoloon dat de werkgever moet doorstorten aan de Rijksdienst Sociale Zekerheid (RSZ). Anders gezegd: de werkgeversbijdrage is een deel van de opbrengst van jouw arbeid, dat naar het collectieve verzekeringsmechanisme van de sociale zekerheid gaat. Het is dus niet iets wat tot de werkgevers behoort, maar wel degelijk geld dat je arbeid heeft opgebracht.

Waarom we spreken over werknemersbijdragen en werkgeversbijdragen, heeft te maken met het ontstaan van de sociale zekerheid zoals we die nu kennen. Het idee om het loon op te splitsen en een deel daarvan ‘werkgeversbijdrage’ te noemen, is ontstaan tijdens de besprekingen van het Sociaal Pact in 1944. Door de werkgevers en de werknemers samen het beheer toe te vertrouwen van de sociale zekerheid, zouden de sociale spanningen afnemen. De begrippen werkgeversbijdragen en werknemersbijdragen rechtvaardigden de deelneming van beide groepen. Het overleg tussen werkgevers en werknemers werd hierdoor geboren, waardoor akkoorden konden gesloten worden. Maar tijdens de loop der jaren is men erin geslaagd het begrip om te toveren in ‘lasten op arbeid’ waardoor het lijkt alsof het voor de werkgever een bijkomende last is en dat de bijdrage van de werkgever geen deel uitmaakt van het loon.

Wat te doen? Als werkgeversbijdragen en werknemersbijdragen een deel van je loon zijn, dan zouden we er voor kunnen pleiten dat deze begrippen verdwijnen en vervangen worden door het begrip ‘uitgesteld loon’. Tevens moet er zo vlug mogelijk werk worden gemaakt van een wet dat loonkostsubsidies en bijdrageverminderingen niet meer worden toegekend, als bedrijven niet kunnen aantonen dat deze worden gebruikt om volwaardige tewerkstelling te creëren. Aansluitend hierop moet staatssteun worden verboden aan bedrijven die geregistreerd staan in belastingparadijzen. Vorig jaar stuurden 800 bedrijven 172 miljard euro naar belastingparadijzen. Met als gevolg miljarden euro’s die niet in de Belgische staatskas terecht komen. Geld dat we hier hadden kunnen investeren in de gezondheidszorg en de openbare diensten.

Belastingen
De sociale zekerheid wordt niet alleen gefinancierd door bijdragen uit arbeid, maar ook door inkomsten uit de belastingen. Het gaat over vier aparte financieringen, samen goed voor 26 procent van het budget: een gewone overheidsdotatie, inkomsten uit btw-ontvangsten en uit belastingen op kapitaal, een evenwichtsdotatie en tenslotte uit toelagen vanuit de Gewesten. Ook hierop heeft de regering-Michel in 2017 bespaard door een wet in te voeren over de financiering van de sociale zekerheid.

Tot dan was het zo dat de overheid de sociale zekerheid aanvulde met een variabele dotatie die de uitgaven dekte naargelang de evolutie van de behoeften. Het is wat we noemen de ‘evenwichtsdotatie’. Dat is niet onbelangrijk, want met de vergrijzing nemen de behoeften toe. Toch voorziet de wet van 2017 een geleidelijke vermindering van die financiering tot 2021 en daarna stopt het. Volgens de laatste meerjarenraming zou dat betekenen dat de sociale zekerheid bij ongewijzigd beleid afstevent op een structureel tekort van 4,2 miljard euro in 2021, verder oplopend tot 5,9 miljard euro in 2024.

Nu de coronacrisis heeft bewezen dat onze sociale zekerheid onmisbaar is, en dat de roep hard klinkt om deze opnieuw te versterken, zal men al wat voorzichter worden met uitspraken om in de sociale zekerheid verder te besparen. Maar de crisis heeft ook een groot gat gemaakt in de schatkist. En dat moet opnieuw worden gedicht. En dat kan. Hoe? Door rechtvaardige belastingen waarbij de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen. Welke eisen daarvoor nodig zijn is wat volgt. We beperken ons tot vier voorstellen die vele miljarden opbrengen.

Coronataks
De roep om een vermogensbelasting in te voeren, klinkt steeds luider. De PVDA staat hiermee niet meer alleen. Ook binnenlandse en buitenlandse academici, zoals Bea Cantillon, Paul De Grauwe en Ivan Werning, vragen expliciet om een progressieve vermogensbelasting. Zelfs de financiële krant, de Financial Times, verzet zich niet langer tegen het idee. Het is vandaag meer dan het moment om de grote vermogensongelijkheid in België aan te pakken. Een kleine laag van de bevolking is de voorbije jaren veel rijker geworden door het werk van miljoenen werknemers. Twee procent van de bevolking heeft een totaal vermogen van 663 miljard euro. Een éénmalige coronataks van 5 procent op dit vermogen brengt in één klap 15 miljard euro op.

Fraude
Verliezen door fraude zijn enorm. Dat werd duidelijk gemaakt door de Britse expert Richard Murphy die vorig jaar een studie maakte over de verliezen die de Europese lidstaten leden als gevolg van belastingontduiking en belastingontwijking. Het eerste is illegaal, het tweede is het verlagen van de belastingdruk binnen de grenzen van de wet. Hij schatte dat de belastingontduiking door grote bedrijven de Europese lidstaten elk jaar 1.000 miljard euro kost: 823,5 miljard euro door belastingontduiking en 50 tot 190 miljard euro aan belastingontwijking. In 2013 citeerde toenmalig Europees president Herman Van Rompuy dit bedrag ook al, toen hij besliste de strijd tegen fraude op de Europese agenda te plaatsen. Voor België gaat het om een verlies van 30,4 miljard euro aan belastinginkomsten.

Aan fraude kan onmiddellijk iets worden gedaan door het bankgeheim volledig op te heffen en door het opstellen van een vermogenskadaster. Aan zo’n kadaster kan men vrij snel beginnen. Enkele jaren geleden al zei de toenmalige gouverneur van de Nationale Bank, Luc Coene dat een vermogenskadaster invoeren redelijk eenvoudig is. “Veel van die gegevens zoals immobiliën en financiële activa zijn nu al bekend bij diverse overheidsdiensten. Technisch gezien is het met de huidige IT niet moeilijk om die gegevens samen te brengen”. Aldus Luc Coene.

Als we willen dat iedereen naar draagkracht belastingen betaalt, is een vermogenskadaster onmisbaar. Om het in te voeren, is het ook noodzakelijk het bankgeheim in België volledig op te heffen door de invoering van een automatische uitwisseling van alle financiële informatie tussen banken. Nu kunnen ze nog hun toevlucht nemen tot procedures om dat te blokkeren.

Vind je de eis om het bankgeheim op te heffen te radicaal? Dat is het niet, want het bestaat al. Heel wat gegevens van Europeanen bij Belgische banken worden al automatisch aan de fiscus van hun land bezorgd in het kader van de Europese Spaarrichtlijn. De automatische uitwisseling geldt internationaal ook tussen landen die hierover een akkoord hebben afgesloten in het kader van een OESO-initiatief. Wanneer de Belgische fiscus gegevens wil van een rekening in eigen land moet er eerst een ganse procedure worden opgestart. Het resultaat: voor de buitenlandse fiscus ligt er een boulevard open, voor de eigen fiscus blijft het aanmodderen.

Vennootschapsbelasting: de belasting op de winst van bedrijven
België is een waar belastingparadijs voor multinationals. Door de fiscale aftrekken betalen grote bedrijven zo goed als geen belastingen op hun winsten. Zo kregen de duizend meest winstgevende bedrijven in 2018 een korting van 18,8 miljard euro. Daarbovenop verlaagde de regering-Michel vanaf 2018 de tarieven van de vennootschapsbelasting. Eens de maatregel op kruissnelheid komt in 2021, zullen de inkomsten voor de overheid jaarlijks met 5 miljard euro verminderen.

De regering-Michel heeft haar hervorming van de vennootschapsbelasting verkocht met de bewering dat ze tegelijk de fiscale aftrekken ging aanpakken. Ze beloofde dat de verlaging van de tarieven zou gecompenseerd worden door de hogere ontvangsten wegens het afschaffen van de achterpoorten. Maar toen puntje bij paaltje kwam, stond alleen de verlaging van de belastingvoet vast.

De coronacrisis dwingt ons de vennootschapsbelasting te herzien. Het is nu het moment om de aftrekmogelijkheden drastisch te beperken samen met het invoeren van een minimumtarief van 25%. Tevens zouden we in de vennootschapsbelasting kunnen pleiten voor progressieve tarieven waardoor het belastingtarief stijgt naarmate de winst groter wordt. Alleen zo kan men de lasten onder de bedrijven eerlijker verdelen. Daar we dit als land niet alleen kunnen, zal actie op Europese schaal nodig zijn.

De personenbelasting: de belasting op inkomen
In plaats van de populistische praat van ‘minder belastingen’, zou men beter tot volwassenheid komen en de burgers het inzicht geven dat een samenleving zonder rechtvaardige belastingen tot armoede en ongelijkheid leidt. Rechtvaardige belastingen zijn progressieve belastingen. Dat wil zeggen dat je hele inkomen opgedeeld wordt in schijven, van laag naar hoog. Op elke hogere schijf rust een hoger tarief. Met een progressief belastingstelsel betalen mensen met een hoog inkomen meer dan mensen met een laag inkomen.

Sinds de neoliberale wind door ons land raast, is dit principe uitgehold. Voor 1988 kenden we in België nog 13 tarieven. Vandaag zijn dat er nog 4. Dit komt vooral de hoge inkomens ten goede. Het afschaffen van de hoogste tarieven kost de overheid ook veel geld. Nemen we als voorbeeld de afschaffing in 2003 van de twee hoogste belastingtarieven van 55 procent en 52,5 procent. De maatregel kwam in 2005 op kruissnelheid. Deze belastingvermindering, een fenomenaal cadeau aan de rijksten, kost de overheid jaarlijks zo’n 6 miljard euro. Daarbovenop wordt inkomen uit kapitaal minder belast dan inkomen uit arbeid. Wat weer maar eens zorgt dat de rijke klasse minder belastingen moet betalen.

Aan deze onrechtvaardigheid kan een einde worden gesteld door alle inkomsten samen te tellen en de progressiviteit van de belastingen te verbeteren. Met alle inkomsten bedoelen we: inkomsten uit arbeid, uit kapitaal en uit huur. Die tellen we samen en onderwerpen dit aan de personenbelasting. Het is niet zo dat bijvoorbeeld een gepensioneerde met een klein pensioentje en wat financiële inkomsten daardoor zijn belasting zal zien stijgen. Neen! Het zal eerder andersom zijn. Door de winst die we maken door alle inkomsten samen te tellen en belastingen te innen naar draagkracht, zullen de belastingen voor velen verminderen en voor de hoge inkomens zullen ze stijgen.

De wereld kan nu kantelen
De coronacrisis maakte zichtbaar wie écht de samenleving doet draaien. Het zijn niet de CEO’s met hun extravagante lonen van gemiddeld 2,46 miljoen euro. Niet de fiscale specialisten die een rijke klasse helpt om zo weinig mogelijk belastingen te betalen. Neen, het zijn de gewone werknemers, in vele gevallen met een veel te laag loon. We kunnen de wereld nu doen kantelen. Laat ons verdomme niet meer knielen, maar rechtstaan en deze erkenning blijvend opeisen. Wat ons te doen staat?

We eisen betere en volwaardige lonen waarop sociale bijdragen worden betaald. We eisen hogere uitkeringen en pensioenen. Er moet gestopt worden met de wilde uitbreiding van deeltijdse banen, interimarbeid en flexi-jobs. Zonder vast en volwaardig werk kun je geen toekomst opbouwen. We eisen rechtvaardige belastingen. We eisen een sociale zekerheid en een gezondheidszorg in handen van de samenleving. Dat betekent ook dat het functioneren van de farmaceutische industrie moet worden aangepakt. De mens moet de maatstaf zijn, niet het maximale rendement. Dat kan maar als we het onderzoek, de ontwikkeling maar ook de vruchten ervan in publieke handen brengen.

Bronnen:
https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2020/04/15/applaus-voor-duurzame-solidariteit/
https://www.standaard.be/cnt/dmf20170108_02663007
https://nl.wikipedia.org/wiki/De_shockdoctrine,_de_opkomst_van_rampenkapitalisme
Loonkostsubsidies, CRB 2020-0620 p. 68
ACV-Vakbeweging 914, 20/12/2019, p.10
Paul De Grauwe, De Morgen, 21/05/2019, p.23
De beginjaren van de sociale zekerheid in België, 1944-1936, Guy Vanthemsche
Graailand, Peter Mertens, p.150
De Morgen, 27/04/2020, p. 2
https://www.solidair.org/artikels/75-jaar-later-een-nieuwe-beslissende-strijd-voor-de-sociale-zekerheid
ACV-Vakbeweging 914, 20/12/2019, p.22
De standaard, 23/04/2020, p.5
https://www.pvda.be/pvda_wil_inkomensbehoud_voor_iedereen_via_een_coronataks_op_de_grote_vermogens
https://trends.knack.be/economie/beleid/studie-belgie-loopt-30-4-miljard-euro-aan-belastinginkomsten-mis/article-normal-1420801.html?cookie_check=1586266947
https://www.demorgen.be/nieuws/topman-nationale-bank-pleit-voor-belasting-op-vermogen~b884e3d0/?referer=https%3A%2F%2Fwww.google.be%2F
https://d3n8a8pro7vhmx.cloudfront.net/pvdaptb/pages/4738/attachments/original/1571427271/201910_Studie_PVDA_Top50_2019_NL.pdf?1571427271
Daling van de Vennootschapsbelasting, nota ACV, Yannick.Mercier
De schande van een rijk land, Jan Béghin, p.152
Lang leve de vergrijzing, Patrick Deboosere & Marijke Persoone, p. 115
De Tijd, 21/04/2020, p.14
https://www.pvda.be/gezondheid_boven_winst_hoe_we_ervoor_kunnen_zorgen_dat_corona_geen_cashkoe_wordt_voor_big_pharma?utm_campaign=portalnewsletter&utm_campaign=200508_nieuwsbrief_n&utm_content=html&utm_medium=email&utm_source=pvda2020-05-08utm_medium%3Demail&utm_source=pvdaptb

Bron: https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2020/05/11/hoe-de-sociale-zekerheid-na-de-coronacrisis-herstellen/