De internationale gemeenschap keek vol verwachting uit naar president Obama’s speech over het Midden-Oosten. Zou die de weg plaveien voor een nieuw Midden-Oostenbeleid? In lijn met zijn toespraak in Caïro twee jaar geleden, verwelkomde hij verandering in de regio. Inspelend op de Arabische straatprotesten en de dood van Osama Bin Laden, pleitte hij voor politieke en economische hervormingen, komaf makend met de militaire strategie van zijn voorganger in Irak en Afghanistan. Begripvol sprak hij over het recht op zelfbeschikking en de roep om waardigheid in de regio. Hij maakte zijn visie concreet, en ging in op de uitdagingen in de verschillende landen.
Zoals verwacht, ging president Obama ook uitvoerig in op het Israëlisch-Palestijns conflict. Al stelde hij dat ook hier de status quo onhoudbaar is, toch maakte hij geen nieuwe openingen. Hij beaamde wel dat de grenzen van vóór 1967, met een akkoord over landruil, de basis moeten zijn voor onderhandelingen. Israëlisch premier Netanyahu was ontstemd. Hij had verwacht dat Obama zoals voormalig president Bush zou stellen dat een terugkeer tot de grenzen van voor 1967 niet realistisch is en Israël een vrijgeleide zou geven voor de annexatie van de nederzettingenblokken. Maar president Obama kan niet anders dan de visie van de internationale gemeenschap bekrachtigen. Anders zou hij de Europese Unie en de Arabische landen voor schut zetten. Bovendien dreigen de Palestijnen ermee in september unilateraal de Palestijnse staat uit te roepen in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties.
In zijn reactie daarop, mist Obama een kans voor een nieuw Midden-Oostenbeleid. Hij kantte zich tegen het Palestijnse plan en benadrukte dat ‘symbolische acties om Israël in september binnen de VN te isoleren, niet zullen leiden tot een onafhankelijke staat.’ Hij beschreef het als een poging om Israël te delegitimeren. Dat is niet het geval. De Palestijnen sturen het signaal dat ze niet langer geloven in het vredesproces onder leiding van de Amerikanen en alternatieven zoeken.Als Obama daadwerkelijk gelooft dat vrede niet kan worden opgelegd, dan mag hij ook de Palestijnen niet dwingen om verder te gaan met een vredesproces dat hen geen staat opleverde en de Israëlische nederzettingenbouw niet tegenhield. De Amerikaanse president moet begrijpen dat
de onvoorwaardelijke steun van de VS aan de politieke opstelling van Israël het vredesproces ondermijnde. Toen de VS in februari een resolutie over Israëls nederzettingen in de Veiligheidsraad tegenhielden, was de maat vol voor de Palestijnse leiders. Ze besloten dat ze andere drukkingmiddelen moeten zoeken als ze ooit een leefbare en onafhankelijke staat willen zien.
Het is ook veelzeggend dat Obama de Palestijnse verzoening niet verwelkomde. ‘De recente aankondiging van een akkoord tussen Fatah en Hamas roept ernstige en legitieme vragen op voor Israël. Hoe kan je onderhandelen met een partij die je recht op bestaan niet wil erkennen?’ In tegenstelling tot de Europese Unie blijken de VS sceptisch te staan tegenover Palestijnse verzoening. Die moet leiden tot een Palestijnse eenheidsregering van technocraten die verkiezingen zal voorbereiden. Palestijnse eenheid is de enige manier om de impasse te doorbreken en Hamas te dwingen om een echte politieke speler te worden en het geweld af te
zweren. Obama beseft waarschijnlijk dat er geen tweestatenoplossing mogelijk is zonder
Palestijnse verzoening en dat Israël er niet bij gebaat is dat Hamas nog verder wordt geïsoleerd. Maar hij koos ervoor om veilig te spelen en op dit punt de lijn van de Israëlische regering te volgen. Of dit de beste strategie voor veiligheid en verandering in de regio is, valt te betwijfelen.
Brigitte Herremans, medewerker Midden-Oosten
Broederlijk Delen-Pax Christi Vlaanderen
Dit standpunt verscheen in E-week van Pax Christi Vlaanderen – week 20
Link