Eén van de elementen uit een sociaal plan voor Ford Genk zou brugpensioen of beter gezegd werkloosheid met bedrijfstoeslag op 50 kunnen zijn. Omwille van de wettelijke mogelijkheden hadden we die piste ons reeds deze week laten ontvallen. Meteen stonden er mensen recht die zeiden: “We kunnen die mensen toch niet allemaal thuis laten.” Thuis laten? De mensen van Ford Genk hebben nog maar nauwelijks hun verdriet verwerkt en ze worden nu reeds bestempeld als vrijwillige thuisblijvers. Een grotere wereldvreemde reactie kan ik mij gegeven de omstandigheden echt niet indenken en het maakt me zelfs woedend.
Brugpensioen als (tijdelijk) vervangingsinkomen
De federale regering heeft beslist de minimumleeftijd voor het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag bij herstructurering geleidelijk op te trekken naar 55 jaar. Weliswaar zonder rekening te houden met de lengte en de zwaarte van de job. Brugpensioen vanaf 50 kan vandaag nog in uitzonderlijke gevallen bij herstructureringen met een zwaar collectief ontslag. In het geval van Ford Genk zou dit dus een acuut sociaal vangnet zijn dat we kunnen opentrekken zodat mensen niet in een financiële put vallen.
Bovendien zouden werknemers met ‘brugpensioen’, die terug werk vinden, de tegemoetkoming van Ford Genk niet verliezen. Sociaal gezien een toch wel beter vooruitzicht, denk ik dan. Vooral nu we volgende week geconfronteerd worden met de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen. Nog zo’n uitvinding van sociaal onrechtvaardig vernuft.
Activering op de arbeidsmarkt
In het kader van het generatiepact blijven mensen die gebruik maken van dit stelsel beschikbaar voor de arbeidsmarkt. En heel wat werknemers willen niets liever dan zo vlug mogelijk terug in het arbeidscircuit te geraken.
De getroffen werknemers van Ford Genk, de toeleveringsbedrijven en derde bedrijven moeten volop kunnen gebruik maken van outplacement, loopbaanbegeleiding en eventuele herscholing. De oprichting terug van een sociale reconversiemaatschappij zoals met de mijnsluiting is meer dan noodzakelijk.
Maar het is ook aan de werkgevers om met die massale instroom op de Limburgse arbeidsmarkt flexibel om te springen. Als zij nu hun eisen eens minder hoog stellen bij aanwervingen in het algemeen en 50-plussers niet zouden weren, zoals nu het geval is, kunnen we op korte termijn al een stap in de goede richting zetten.
Men moet beseffen dat er duizenden werkzoekenden jonger dan 50 jaar op de arbeidsmarkt komen. Nu al zijn er te weinig jobs voor 50+.
Hoop
Maar voor het allemaal zover is, hoop ik dat tijdens deze consultatieperiode, die in de Wet Renault voorzien werd, het Europees niveau nog enig soelaas kan bieden. Dit is geen kwestie van valse hoop geven. We zijn het ons moreel verplicht om alle mogelijkheden uit te putten. Een gedeeltelijke wijziging van de beslissing door toedoen van een Europese strategie zou immers een krachtig signaal betekenen dat Europa niet enkel voor de bankensector rijdt, maar het ook ernstig meent met de reële industrie.
Maar nog belangrijker : wij doen bij deze een oproep naar het EVV om de zo noodzakelijke solidariteit tussen de werknemers van Spanje, Duitsland, Engeland en België gestalte te geven en eindelijk een gezamenlijke vuist te maken tegen dit harteloze Fordkapitalisme.
Met vriendelijke groeten,
Jan Vercamst, Nationaal Voorzitter