Koopkrachtplakkaat

EnergieplakkaatC

173646265 10222054268599783 1356797931624160070 n

Delen van artikels

"Je serai mort depuis longtemps que la Belgique existera toujours." aldus filosoof Philippe Van Parijs bij de voorstelling van het boek "Good morning Belgium" "Pourquoi la Belgique n’est pas près de disparaître" van de Franse politoloog Vincent Laborderie.

 

 

Een boek met een Engelstalige titel dat positief is over België . . . Voor veel commerciële 'Vlaamse' persjongens een verschrikking. Kunnen ze nog eens Engels tetteren, maar positief zijn over België ? Neen, dan toch maar afzien van het genot te kunnen Nengelsen. En het boek is nog in het Frans ook ... Liever Carl Devos weer van stal halen en hem erg onacademisch laten foeteren op "De lamlendigheid van Di Rupo I" in een stuk met als titels "Hoe België de N-VA groot maakt  - Besluiteloosheid Di Rupo I doet geloof in compromispolitiek nog afnemen." (De Standaard 17/11). Had er niet beter gestaan: "Hoe Vlaamse pers NVA groot maakt" ? Moeten academici niet juist uitleggen hoe het Belgisch sociaal model dat grote delen van de wereld ons benijden, de vrucht is van een compromispolitiek ?

 

Enfin, het waren vooral (om niet te zeggen alleen) de Franstalig Belgische media die informeerden over het boek "Good morning Belgium" van de Franse politoloog Vincent Laborderie, terwijl de Nederlandstalige landgenoten er - alvast volledig op Krantenkoppen.be - van verstoken bleven.

 

Voor de krant met de mooie naam "La Libre Belgique" mocht journalist Christian Laporte het boek bespreken en hij werd er niet door ontgoocheld: "Ziehier waarom we moeten blijven geloven in dit land, zo anders dan alle andere " ("Voilà pourquoi il faut continuer à croire dans ce pays pas comme les autres.") De belangstelling van La Libre voor het boek deed overigens de rattachisten - daarvan lopen er ook nog enkelen rond: lieden die Wallonië willen zien opgaan in Frankrijk - tandenknarsen: "La Libre maakte van het boek een evenement" gromde G.R. van "Alliancewalloniefrance".

 

Terug naar het boek. Samensteller Vincent Laborderie werkt aan de UCL aan een doctoraatsthesis over het separatisme in Europa. Een kenner dus van splitsingsbewegingen zoals die in Schotland, Catalonië en elders.

 

Samen met Nicolas Parent heeft Laborderie een dossierboek gemaakt vol beschouwingen over een "fédéralisme revigoré” (te vertalen als: "een nieuw krachtig", "een nieuw bezield federalisme"). Diverse Frans- en Nederlandstalige academici en anderen verleenden hun medewerking. Aan het eind van het boek nodigt Laborderie de lezer uit om niet toe te geven aan de angst en om het einde van België niet als iets onafwendbaars te beschouwen.

 

En wat dan met het argument dat men maar bezig blijft met staatshervormingen ? De zesde is nauwelijks gestemd of er wordt al gesproken over de zevende. Laborderie vindt dat 'normaal': welke federale staat kan beweren dat hij een organisatieniveau bereikt heeft dat perfect is, dat niet meer verbeterd kan worden ?

 

Voor Laborderie blijven er twee belangrijke vragen: het statuut van Brussel en de aanwezigheid van twee verschillende soorten 'entiteiten': de gewesten en de gemeenschappen. Op een dag moeten we daartussen kiezen. Dan komt het tot een fundamenteel debat: willen we een federalisme met 2, 3 of 4 ?

 

 

Er is nog een denken mogelijk buiten de NVA-stramienen

 

Waar Laborderie en zijn 8 metgezellen niet willen over horen praten, is over de "évaporation" (het verdampen) van België. Met het woord verdampen, stelt men het voor alsof het om een natuurlijk proces zou gaan, geheel onafhankelijk van de menselijke wil. Alsof het einde van België zou beantwoorden aan een soort goddelijke wet en niet zou afhangen van de wil van zijn burgers, zijn politici én (voegen we er noodzakelijk aan toe) zijn economische machthebbers. En dat is duidelijk niet het geval en dus verwerpt Vincent Laborderie deze nieuwe "pensée unique" die het einde van België als een historische onafwendbaarheid voorstelt.

 

Tegen deze voorstelling van zaken ingaan door concrete elementen aan te dragen - zoals de onmogelijke splitsing van Brussel of het feit dat de meeste Brabanders/Antwerpenaren, Limburgers en Vlamingen geen scheiding willen - dat haalt volgens Laborderie niet veel uit. De nieuwe "pensée unique" is een modeverschijnsel, dat al wie niet volgen wil, afdoet als 'voorbijgestreefd', 'achterhaald door de feiten'.

 

Een haaks daarop staande vaststelling: het behoud van België is niet iets dat alleen Franstaligen nastreven. "De betoging voor de eenheid" werd geboren aan Nederlandstalige kant met “Niet in onze Naam – Pas en notre nom”. En nog uit het noordelijk landsdeel komt een voorstel zoals dat van Erwin Mortier om een nieuw Belgisch ministerie voor Cultuur op te richten, naast de regionale cultuurministeries.

 

Maar ondertussen leeft de idee van het onafwendbare einde van België verder als een zichzelfrealiserende profetie. De perceptie van dat onafwendbare einde, geeft de politieke realiteit vorm. Allerlei gebeurtenissen worden vanuit het nieuwe eenheidsdenken geïnterpreteerd. Zo ziet men bv. overal nieuwe verschillen tussen Frans- en Nederlandstaligen opduiken, zich vaak niet eens bewust dat men er eerst alles aan gedaan heeft om die verschillen te creëren. Het is alsof velen half of zelfs helemaal onbewust het gedachtengoed van de NVA in zich opgenomen hebben. We moeten dringend uit de val van dat nieuwe eenheidsdenken ontsnappen en terug onder ogen zien dat een andere toekomst voor dit land mogelijk is.

 

De eerste stap daartoe is van psychologische aard. De geschiedenis ligt niet vast en er is geen enkel mechanisme of onbedwingbare kracht dat de Belgen er toe dwingt om te scheiden. "Om zich te verenigen overigens ook niet", schrijft Christian Laporte. Hij vindt “de toestand van een democratie zonder burgers" overigens "erger dan het uiteen zien vallen van een land." We moeten de vrees overwinnen en opnieuw positieve projecten ontwikkelen. Daar mankeert het in het boek niet aan. Zo is er bv. de federale (Belgische) kieskring, waar prof Philippe Van Parijs zich voor inzet. Van Parijs heeft verder ook een originele visie ontwikkeld voor Brussel. En Laporte stelt vast dat we "ook terug meer België kunnen ontwikkelen." Zo kunnen bijvoorbeeld sommige bevoegdheden zoals de buitenlandse handel, de topsport of de milieunormen terug op Belgisch in plaats van op regionaal niveau behandeld worden. Denk bv. aan de luchtkwaliteit. Kan het Brussels gewest die toch niet zelf regelen, afhankelijk als het is van de luchtstromingen uit het omliggende 'Vlaamse' en 'Waalse' land.

 

Allemaal goed en wel, maar wat indien NVA zich bij de verkiezingen in 2014 onmisbaar maakt om op Belgisch niveau tot regeren te komen ? Wel, dan kan een volksraadpleging een uitkomst bieden. Niet over de splitsing want dat de bevolking die niet wil, dat is genoeg bekend uit talloze opiniepeilingen. De kiezers zouden zich wel kunnen uitspreken over een project van hervorming indien de partijen er niet uit geraken, of indien ze de steun van de bevolking willen om een bepaalde hervorming door te voeren. De bevolking zelf eens aan het woord laten, zou dat niet het beste zijn in een democratie ?

 

En om voor die bevolking de zaken duidelijk te maken, moet er klaarheid komen rond de term "confederalisme". In het boek houden zowel Gilles Vanden Burre als Luk Ryckaert en Luc Van Coppenolle zich met dat concept bezig dat vaak gebruikt wordt, maar zelden uitgelegd. Vooral NVA misbruikt de term om het eigenlijke streefdoel van de partij - de splitsing van het land - te verhullen voor een bevolking waarvan de NVA-leiding al te goed weet dat ze niet voor splitsing is.

 

Good Morning Belgium”, Editions Mols, 210 pp., ISBN: 978-2-87402-140-4 , Prix: 20 Euros

 

Jan Pieter Everaerts

 

Deze boekbespreking verscheen eerder in De Groene Docu-Belg 801, Onafhankelijk Belgisch e-zine - 18/11/2011

 

De Groene Belg is een onafhankelijke uitgave van vzw Mediadoc. Voor alle correspondentie: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.