Van de doden niets dan goed, maar na al de lofbetuigingen die we reeds van de 'regime-media' mochten slikken naar aanleiding van het overlijden van oud-premier Wilfried Martens, passen hier toch enkele kritische bedenkingen.
Op sociaal politiek vlak is Martens, zowel als Belgisch premier als als 'overtuigd Europeaan' zoals dat zo mooi heet, iemand geweest die de gewone Belg diep in zijn zakken gezeten heeft. Er was de 'en petite comité' in Poupehan beraamde devaluatie van de Belgische frank. Er waren de besparingen in de jaren '80 mee doorgevoerd door de jonge Baby-Thatcher-Verhofstadt. Er was zijn steun als voorzitter van de EVP - de Europese volkspartij waar hij zelfs de Italiaanse ramp Berlusconi binnenhaalde - aan het Europa van de rijken. Nu maandag 14 oktober nog wordt er opnieuw aktie gevoerd - in Eupen aan het parlement van de Duitstalige Belgen - tegen het 'Begrotingspact' dat de E.U. aan de lidstaten wil opleggen en dat alleen maar leidt tot een verdere uitholling van onze sociale rechten en ontmanteling van onze openbare diensten. Het is dat asociale Europa dat Martens willens nillens mee op de rails zette en tot het eind toe bleef dienen.
Toen hij in eigen land in de jaren '80 als premier - zogenaamd van ACW-strekking - de socialisten 'inruilde' voor de liberalen van 'dat joenk' 'Verafstoot', leverde hem dat op de BRT-radio een zeer kritisch interview op van journalist Daniel Buyle. Een tijdje nadien werd Buyle door de BRT ontslagen. Over dat ontslag ben ik Martens in 2003 voor de documentaire 'De Zaak Buyle' van Irina Stankova, gaan interviewen. Martens beweerde bij hoog en bij laag niets met het ontslag te maken gehad te hebben. Zijn perschef Lou De Clerck vertelde ons hetzelfde. En het kan nog waar geweest zijn ook, want een premier laat dat soort vuile karweien door anderen opknappen. Een interview met journalist Guy Polspoel - destijds Buyle's collega - leerde ons nochtans dat de beslissing om Buyle - een statutair ambtenaar - buiten te gooien, op het hoogste niveau moet genomen zijn. Zelfs de op de BRT toezichthoudende cultuurminister Patrick Dewael kon het ontslag niet tegenhouden.
In 1991 had ik Martens al een keer eerder (voor de BRT-televisie) geïnterviewd en de indruk die hij beide keren op me maakte, was die van een afstandelijke en autoritaire persoonlijkheid. Iemand die je niet te veel kritische vragen moest stellen, want dan zou hij het interview wel snel beëindigen.
"Martens hamsterde macht" blokletterde Knack ooit. En hoe hamstert een jongen van eenvoudige komaf, macht? Niet door je kritisch op te stellen. Dat kan ik je uit eigen ervaring garanderen. Wel door je tegen de machtigen aan te schurken. Martens ACW-collega Dehaene zou hetzelfde doen. Beiden begonnen links, maar toen ze in het pluche van de politieke macht beland waren, hadden ze reeds goed begrepen waar de eigenlijke macht huist - in de patronale cenakels - en gingen ze rechtse besparingsregeringen leiden, daarbij terend op hun aura van 'links' te zijn.
Martens verdient overigens om nog iets anders bekritiseerd te worden. Voor de nefaste rol die hij 'speelde' bij het opsplitsen van België in een wirwar van 'gemeenschappen' en 'gewesten'. Een 'overtuigd federalist' prijzen de regimemedia hem. Maar wat heeft ons dat opgeleverd? Een handvol deelregeringen met hun minister-president-pippo's, meer dan 50 ministers en een 600-tal parlementairen. Van een wonderbaarlijke vermenigvuldiging van politieke postjes gesproken en dat voor een bevolking (11 miljoen) die nauwelijks groter is dan die van Groot-Londen (9 miljoen). Groot-Londen, weet u, doet het met één stadsbestuur en één burgemeester. Met het geld dat heel het Belgisch federaal systeem ons jaarlijks kost - de Belgische Unie (BUB) raamde dat het om zo'n 10 miljard euro jaarlijks zou gaan, aan uitgaven en gederfde inkomsten - had elke Belg bij wijze van spreke 10-talig gemaakt kunnen zijn.
Neen, Wilfried Martens is geen groot staatsman geweest. Martens was een ondergraver - in de 'beste' christendemocratisch-
Jan-Pieter Everaerts - 11 oktober 2013
(1) Het zeer verhelderende boek "De ethnische concurrentie, België, Europa en het neoliberalisme" van Paul Dirkx verschijnt eind dit jaar bij EPO.