Bart Sturtewagen stelt in zijn gelijknamig stuk dat ‘de verleiding van geen groei’ een sirenenzang is: verleidelijk maar gevaarlijk. Voor hem is er geen twijfel: sociaal en economisch gezien kunnen we niet zonder groei. Vanuit een blind technologisch optimisme rekent hij er op dat de wetenschap ooit alle problemen inzake milieu en energie zal oplossen.
Kijk, dat noemen wij pas een verleidelijke maar gevaarlijke gedachte. Er is geen enkel wetenschappelijk bewijs dat we ooit meer zullen kunnen maken met minder grondstoffen en energie, laat staan dat we de astronomische hoeveelheden zullen kunnen produceren waarbij je uitkomt als je jaarlijks 2% groeit. Het is zoals de legende van de Indische koning die de uitvinder van het schaakspel wilde belonen met een geschenk naar keuze. De gelukkige koos gewoon voor rijstkorrels, met de vraag om op ieder vierkant van het schaakbord dubbel zoveel korrels te leggen als op het vorige: dus 1, 2, 4… Een te bescheiden geschenk vond de koning, tot het merkte dat in heel het koninkrijk niet genoeg rijst is voor het laatste vierkant. Wiskundig betekent een jaarlijkse groei van 2% dat de economie elke 35 jaar verdubbelt. Dubbel zo veel olie, CO2, grondstoffen en vernietiging van ecosystemen. Neem daarbij de uitdaging van een reductie van 90% broeikasgassen en het wordt duidelijk dat dit onmogelijk is.
De milieudruk van onze huidige economie verstoort ecologische processen die de leefbaarheid van de aarde voor de mens garanderen. De drempels voor klimaatwijziging en biodiversiteitverlies zijn al overschreden. Een langdurige overschrijding van de drempelwaarde kan leiden tot plotse en onomkeerbare veranderingen die vooral de allerarmsten zullen treffen. Een vissoort kan jarenlang overbevist worden zonder dat dit te merken is, tot plots het visbestand in elkaar stort en vissers jaren later nauwelijks nog iets bovenhalen. Deze inzichten hebben niets te maken met doemdenken. De transitie gaat dan ook niet over de clichés die Sturtewagen opsomt van rechte boontjes uit Kenia of aardbeien in januari. Dit zijn slechts excessen van een economisch systeem dat ten gronde helemaal fout zit.
Spijtig genoeg ziet Bart Sturtewagen nog een aantal zaken over het hoofd. Voor hem komen vooruitgang, economische groei en welvaart op hetzelfde neer. Een gemeenschap ontwikkelt zich alleen als het BBP stijgt, denkt hij. Welnu, deze redenering klopt niet. Een stijging van BBP omvat ook zaken die onze welvaart schaden. Het BBP stijgt bij milieurampen, verkeersongevallen, wapenproductie. BBP is gewoon een heel slechte thermometer om de welvaart te meten. Ook instellingen als de Wereldbank en de EU beseffen dat nu en zijn op zoek naar andere indicatoren.
Voor welvarende landen als België komt verdere ontwikkeling niet neer op 'meer produceren' maar 'beter doen'. Natuurlijk, in armere landen blijft groei van het BBP nodig om mensen een waardig leven te geven. Maar bij ons is de koek groot genoeg en gaat het om betere verdeling. Vanaf een BBP per inwoner van 15.000 dollar leidt groei niet tot minder armoede, extra welzijn, betere volksgezondheid of meer subjectief geluksgevoel. Onderzoek maakt dat heel duidelijk. Nog meer rijkdom maakt mensen niet gelukkiger of welvarender, integendeel. Alternatieve thermometers als de index voor duurzame economische welvaart (ISEW) tonen zelfs dat het welzijn in heel wat westerse landen daalt. Het fenomenale gebruik van slaapmiddelen of antidepressiva is daar maar één symptoom van.
Het grote probleem is dat nulgroei tot dusver altijd geleid heeft tot stijgende werkloosheid en begrotingsproblemen. Komt door wat de Oostenrijker Schumpeter 'creative destruction' noemt: de druk op bedrijven om elk jaar beter te doen (lees: 'meer te produceren') met minder input (lees 'minder mensen'). Maar er zijn tekenen dat we uit deze impasse kunnen geraken als we de juiste condities creëren. Japan doet het inderdaad al decennia lang zonder groei en het welzijn daalt niet. En de econoom Peter Victor berekende dat nulgroei in Canada op duurzame wijze mogelijk is als de overheid stuurt en als rijkdom en arbeid herverdeeld worden.
We hebben nood aan een radicaal maatschappijoptimisme dat menselijke ontwikkeling verkiest boven steeds meer produceren en consumeren. En op een manier die de draagkracht van de aarde respecteert. Dat zou pas vooruitgang zijn! In onze huidige economie zetten duizenden knappe koppen alles op alles om ons apparaten aan te praten die we eigenlijk niet nodig hebben en die niet langer mee gaan dan enkele jaren. Het lijkt ons slimmer het menselijk vernuft aan te wenden voor een duurzaam leven voor alle mensen.
Als we ons daar maximaal op voorbereiden, zien we een beter leven tegemoet dan als we denken dat de bui van stijgende milieudruk en klimaatverandering wel zal overwaaien.
Dirk Holemans, coördinator denktank Oikos
Piet Van Meerbeek, stafmedewerker Bral vzw
Dit opiniestuk verscheen eerder in De Standaard op 14 september 2013.