Confederalisme is een term waar de rechtse partijen in Vlaanderen ons al jaren mee om de oren slaan. Het vreemde is dat niemand precies weet wat de term nu betekent. Van een federalisme waarbij de klemtoon bij de gewestregeringen ligt, zoals in de staatshervorming die de regering Di Rupo aan het doorvoeren is tot… ja tot wat? De splitsing van België? Het vreemde is dat ook de N-VA, toch de kampioen in dit thema, hierover geen standpunt had. Daar is nu verandering in gekomen met de voorbereidende tekst voor het congres dat ze van 31 januari tot 2 februari zullen houden.
Die teksten hebben het voordeel van de duidelijkheid. Voor N-VA betekent confederalisme wel degelijk de splitsing van België. Ongeveer alle bevoegdheden willen ze overhevelen naar de Vlaamse en Waalse regeringen. De federale (Belgische) regering behoudt slechts enkele bevoegdheden en dan vooral het afbetalen van de staatsschuld. Ze is nog nauwelijks een regering. Ze bestaat slechts uit vier ministers, twee uit elke taalgroep, zonder eerste minister. Het staat in de sterren geschreven dat N-VA ook die federale regering op de vuilhoop wil zetten eens de staatsschuld is afbetaald (N-VA schat over 25 jaar). In Brussel moeten de inwoners kiezen tussen de Vlaamse of de Waalse identiteit, de Brusselkeuze noemt de N-VA dat. Het is een sterk staaltje van politieke sciencefiction, dat feitelijk door niemand gesteund wordt. Niet door de Franstalige politieke partijen natuurlijk, maar ook alle Vlaamse partijen schieten met meer of minder hevigheid het plan af. Idem voor de vakbonden. De belangrijkste geledingen van het patronaat, incluis VOKA en UNIZO zetten niet in op een zevende staatshervorming na de verkiezingen van mei 2014. Ze willen snel een federale regering die de sociale afbraak versnelt. Dit verklaart hun schuchterheid of stilzwijgen rond het voorstel van confederalisme van de N-VA. Confederalisme betekent bijkomende administratie en knaagt aan de winsten. N-VA lijkt zich zo politiek buiten spel te zetten, wat ook het resultaat van de volgende verkiezingen is. Zijn ze dan zot geworden bij de N-VA (of altijd zot geweest?). Onze analyse is dat deze congrestekst een toegeving is aan de harde kern binnen de N-VA, die gek gemaakt door de gunstige opiniepeilingen met niets minder tevreden is dan Vlaamse onafhankelijkheid. Daar is geen politieke meerderheid voor, ook niet binnen Vlaanderen; bovendien wil een grote meerderheid van de Vlaamse bevolking het niet. Maar deze harde kern schrikt niet terug voor chantage en desnoods dreiging tot splitsing om haar wil door te drukken. Zij leven in een vreemd soort romantisch beeld van Vlaamse achterstelling, niet gehinderd door enige feitenkennis.
De vorige keer heeft de regeringsvorming al anderhalf jaar geduurd, wat zou het worden als de N-VA met dit programma de verkiezingen wint? Blijkbaar hebben ze daar bij de N-VA ook al aan gedacht. Ze zeggen niet: dit programma is maar om te lachen, maar toch. “Het is ons ideaalbeeld”, zegt Bart De Wever, dit zal moeten onderhandeld worden met andere partijen. En dadelijk wordt een vreemd soort bocht ingezet. Nee, de N-VA wil geen ellenlange regeringsvorming. De Wever zegt dat het vooral belangrijk is snel een “sociaal-economische herstelregering” te vormen. “De N-VA zal geen enkele kans op een socio-economische herstelregering laten liggen. Want ik weet ook wel dat je de structuren van dit land niet van de ene dag op de andere verandert.” Daar wordt het voor ons socialisten pas echt gevaarlijk. Die regering zou om te beginnen de PS niet mogen bevatten. Niet dat de PS en de SP.a naar hun achterban hebben geluisterd, maar de beperkte syndicale invloed op de socialistische partijen is al teveel voor de N-VA. Verder pleit de N-VA voor: de afschaffing van de index en het brugpensioen, de beperking in tijd van het recht op werkloosheiduitkering tot maximum twee jaar en de “uitdoving” van de wachttijd voor schoolverlaters. Tegelijkertijd worden de belastingen verlaagd voor de bedrijven en ja, ook voor de loontrekkenden. Professor Decoster van de KUL berekende dat dit voor een rijke familie per maand 200 euro meer zou betekenen en voor de armste één euro. Ook de middengroepen zouden er niet echt zwaar op vooruitgaan: tussen 28 en 44 euro. Geld dat al direct op zal gaan door de zware besparingen in de gezondheidszorg en de sociale zekerheid die daardoor onvermijdelijk duurder worden.
Het wordt griezelig als je beseft wat de praktische gevolgen hiervan zouden zijn. Stel dat iemand van 52 werkloos wordt omdat het bedrijf waar hij werkt failliet gaat. Brugpensioen is er niet meer. Als hij na twee jaar nog geen nieuw werk gevonden heeft rest hem niets anders dan het OCMW, van zijn 54 tot zijn 65! Het gevolg zal waarschijnlijk zijn dat die persoon ofwel helemaal de dieperik ingaat ofwel bereid is om het even welk werk te aanvaarden tegen om het even welk (honger)loon. Automatisch komen dan ook de andere lonen onder druk te staan. En ja, om zeker te zijn dat de vakbonden gemuilkorfd worden wil de N-VA ook het intersectoraal overleg afschaffen (waarin men ondermeer onderhandelt over de minimumlonen).
Zou het werkelijk zo zijn dat de Vlamingen staan te springen voor de afschaffing van de index, van het brugpensioen of de beperking van de werklozensteun tot 2 jaar? Natuurlijk niet. Maar waarom stemmen dan zo veel mensen op de N-VA? Veel mensen kennen deze standpunten van de N-VA niet. In die zin mogen we blij zijn dat ze nu duidelijk zwart op wit vermeld staan in de congresteksten. Maar wij denken dat voor veel van hun kiezers iets anders geldt. Zij denken dat de N-VA een speciale partij is, anders en rechtlijniger dan de andere traditionele partijen. De N-VA is niet speciaal. Ze vertellen het zelfde afgezaagde verhaal dat de kapitalisten in alle landen door onze strot willen rammen.
Dat ontmaskeren is niet voldoende. Er is maar éen manier waarop de arbeidersbeweging een efficiënt antwoord kan geven op dergelijke aanvallen. Door consequent te gaan voor een socialistische politiek. Door er voor te zorgen dat de 99 procent van de bevolking die de N-VA en de andere rechtse krachten wil laten opdraaien voor de crisis er integendeel op vooruitgaat. Dat zal moeten gaan door de 1 procent, de vadsige en arrogante klasse die nu alle rijkdom en macht bezit te onteigenen. Door even consequent de zijde van de werkende bevolking te kiezen als de N-VA die van zijn kapitalistische bazen kiest.
André Gonsalis - 2 december 2013 (eerder verschenen op vonk.org)